Broeders, leidt de volgende generatie op
Uit Bijbelse Boeken en Preken
(Nieuwe pagina aangemaakt met '{{info|Brothers, Train Up the Next Generation}}Ik heb ontdek dat er een hardnekkige verleiding bestaat in mijn leven en pastorale dienst. Het is de verleiding om getro...')
Huidige versie van 16 aug 2021 om 21:22
Door Mike Bullmore Over Pastorale Ministerie
Vertaling door Bert Dijkhoff
U kunt ons helpen door de herziening van deze vertaling voor de nauwkeurigheid. Hier meer (English).
Ik heb ontdek dat er een hardnekkige verleiding bestaat in mijn leven en pastorale dienst. Het is de verleiding om getrouw mijn eigen levensloop tot een goed einde te brengen.
“Wat is daar mis mee?”, vraagt u. Het klinkt eigenlijk zeer Bijbels, bijna als Paulus. “Ik wil tot het gaatje gaan. Ik wil niet gediskwalificeerd worden. Ik wil tot het einde als trouw gezien worden.” Dat is goed en aardig behalve als het begrip trouw aan het evangelie beperkt is tot en zich alleen bezig houdt met mijn toegewezen 70 of bij een goed gestel, 80 levensjaren.
Ik weet niet hoe het u vergaat maar door de uitdagingen en zwaarte van de pastorale dienst kan ik soms alleen maar zeggen: “Heer, help me om trouw tot het eind te zijn.”
De keerzijde van die verleiding is het eenvoudige feit dat het zeer moeilijk is om enthousiast te zijn, en om enthousiast te blijven, over de toekomst, vooral als deze toekomst buiten ons zichtveld valt. Het is gemakkelijk voor mij om passievol te zijn als het om het welzijn van mijn kinderen gaat. En het is gemakkelijk om deze passie uit te breiden naar hun kinderen. Maar tot hoeveel generaties vooruit kunt u deze passie vasthouden? Voor mij is het moeilijk om veel verder te gaan dan drie generaties zonder dat het abstract begint te worden.
Dat deel ik met u om te illustreren dat het een probleem is, zelfs in ons begrip van zoiets goeds als evangelische trouwheid, om de toekomst helder en juist voor de geest te hebben. Dat kan bijdragen aan de tendens om trouwheid aan het evangelie teveel af te bakenen tot min of meer onze eigen ambtsperiode.
Laat me mijn punt positief neerzetten: Noodzakelijk voor onze trouwe evangelische dienst is een investering in de evangelische dienst die na de onze komt. Ik zie dit uiteengezet in de eerste twee hoofdstukken van 2 Timotheüs.
Mannen trouw aan de discipelen
Paulus zegt in 2 Timotheüs 1:14: “Bewaar het goede dat je is toevertrouwd.”¹ Dan, een paar verzen later, in min of meer dezelfde taal, vertelt hij Timotheüs, als deel van dat “bewaren”, om “aan betrouwbare mensen door te geven” wat hem is toevertrouwd, en een deel van dit “toevertrouwen” bestaat uit het hen onderwijzen om hetzelfde aan anderen door te geven (2 Timotheüs 2:2).
Paulus vertelt Timotheüs dat een essentieel deel van de trouwe evangelische dienst bestaat uit deze investering in de volgende generatie. Dat is niet een soort keuzetaak. Met andere woorden, toen Paulus Timotheüs vertelde om het evangelie te “bewaren” riep hij Timotheüs niet alleen op om de integriteit van het evangelie te beschermen tegen de effecten van de valse leer. Hij riep Timotheüs ook op om het op te nemen voor de bescherming van de voortzetting van het evangelie tegen de tand des de tijds, zelfs voorbij Timotheüs’ tijd.
Laat ik het wederom zeggen. Essentieel voor onze trouw aan de evangelische dienst is de investering in een opvolgende generatie van evangelische predikanten.
Pas op voor het Hizkia-syndroom
Ik geloof dat de grootste uitdaging op dit gebied is wat we de “mijn levensduur”-neiging zouden kunnen noemen, een neiging die we geïllustreerd zien in een zekere oudtestamentische Israëlische koning. Misschien herinnert u zich het verhaal nog. Hizkia is koning van Juda. Sanherib, de koning van Assyrië, komt om aan te vallen. Met Jesaja’s hulp bidt en zegeviert Hizkia. Hizkia wordt ziek en wordt opgedragen door Jesaja om zijn huis op orde te brengen. Hizkia smeekt tot God en wordt vijftien extra jaren gegeven. Na dit gehoord te hebben, stuurt de koning van Babylon zijn afgevaardigden, schijnbaar om Hizkia met zijn herstel te feliciteren. Hizkia laat vol naïeve trots de nationale rijkdom zien. De afgevaardigden keren terug naar Babylon. Jesaja vraagt om een verslag van het bezoek. Hizkia vertelt Jesaja wat hij gedaan heeft. Als reactie voorspelt Jesaja de aanstaande Babylonische ballingschap. En nu komt het.
Toen zei Hizkia tegen Jesaja: “Het is goed, wat u namens de HEER tegen mij hebt gezegd.” Maar hij dacht: “Dat betekent dat er zolang ik leef, rust en vrede zal heersen.”²
Wat dit boeiend en ontnuchterend verhaal als waarschuwing aan ons versterkt is het feit dat Hizkia uiterst invloedrijk was in het hervormen van het spiritueel leven van Juda: opschoning van de tempel, herinvoering van de tempeleredienst, herstel van Pesach, reorganisatie van het priesterschap. Zie het verhaal in 2 Kronieken. Hij leverde een indrukwekkende bijdrage op basis van zeer belangrijke regels
Maar dan is er later in zijn leven een voorval die zowel zijn trots als kortzichtigheid onderuit haalt. Ondanks al zijn ijver, was er, kennelijk, een afwezigheid van ijver voor wat er gebeurt nadat hij van het toneel is verdwenen.
Vermijd tijdelijke kortzichtigheid
Richard Baxter³ heeft een prachtige manier om dit te benoemen in zijn boek “De gereformeerde predikant”4. Hij schrijft: “Als u God wilt vereren in uw levens, moet u vooral het openbaar belang willen dienen en de wereldwijde verspreiding van het evangelie.” Het alternatief, volgens Baxter, was “een private, bekrompen ziel die altijd met zichzelf bezig is en niet ziet hoe de dingen lopen in de wereld. Haar wensen, gebeden en inspanningen reiken niet verder dan wat ze kunnen zien of bereizen.”
Baxter heeft het over de mogelijkheid van een geografische kortzichtigheid maar we kunnen ook schuldig zijn aan een tijdelijke kortzichtigheid. Dat was bij Hizkia het geval.
Baxter riep zijn lezers op precies het tegendeel te doen – een grootsheid van de ziel die “de hele wereld en alle wensen bevat om te weten hoe het gaat met het algemeen belang en met de dienaars van de Heer.” Paulus’ woorden in 2 Timotheüs roepen ons op tot hetzelfde maar dan kijkend in de toekomst. “Hoe zal het gaan met het algemeen belang? En wat kan ik doen om dit toekomstig belang te ondersteunen?”
Laten we niet tevreden zijn met de eenvoudige uitspraak: “Als alles maar goed is zolang ik leef.”
Koester een lange-termijn visie
In tegenstelling tot Hizkia’s kortzichtigheid, zien we Paulus’ lange-termijn visie, en die wordt bijzonder indrukwekkend in het oog van Paulus’ nabije heengaan. Vergeet niet dat dit dezelfde brief is waarin hij beweert: “Het moment waarop ik heenga nadert.”5
En nu vraagt hij Timotheüs om op een bepaalde manier over de evangelische dienst te denken. En hij vraagt Timotheüs om de volgende generatie deze denkwijze over de evangelische dienst te leren. En god vraagt ons om zo over de evangelische dienst te denken. Essentieel voor onze trouw aan de evangelische dienst is de investering in een opvolgende generatie van evangelische predikanten.
Dit moet omgezet worden in zeer concrete dingen in onze wekelijkse levens. Dat is een verantwoordelijkheid die de kerk gezamenlijk heeft maar het vereist van u een zeer concrete tijdsinvestering, energie en een helder doel.
Investeer in de volgende evangelische generatie
Hoe zal dat eruit zien? Laat me u vier mogelijkheden voorstellen. Ten eerste, wijd uzelf aan de trouwe evangelische dienst, vooral aan de verkondiging van het woord. De beste manier om mensen te leren trouw het evangelie te prediken is door trouw het evangelie te prediken. William Perkins6 schreef: “Dus laat elke predikant zowel in zijn lessen als in zijn discussies zodanig te werk gaan dat hij zijn roeping nakomt zodat hij anderen kan verleiden tot hem te komen om zijn liefde hiervoor te delen.”
Ten tweede, besteed aandacht aan jonge mensen van verschillende leeftijden in uw gemeente. Let op hoe ze uw preek ontvangen. Let op hoe ze omgaan met uw prediking. Let op elke intensiverende affectie voor God en zijn woord. Houd uw ogen open.
Ten derde, breng kaders aan voor de jonge mensen die u ziet, waarbinnen ze kunnen oefenen en groeien in de omgang met het woord.
Ten vierde, en dat mag niet onvermeld blijven, bid zeer specifiek tot God om de volgende generatie evangelische predikanten groot te brengen. Bid voor uw vervanging maar bid ook voor meer dan dat. Bid met een oog en een hart richting de toekomst en het blijvend succes van het evangelie in de wereld, totdat Christus komt.
Noot van de vertaler
- Bijbelteksten zijn geciteerd uit de Nieuwe Bijbelvertaling (NBV) uit 2004
- Jesaja 39:8
- Engelse puriteinse kerkleider (1615-1691)
- Originele tekst: The Reformed Pastor
- 2 Timotheüs 4:6
- Anglicaanse predikant (1558-1602)