Opvoeden met hoop in barre tijden

Uit Bijbelse Boeken en Preken

(Verschil tussen bewerkingen)
Ga naar:navigatie, zoeken
Pcain (Overleg | bijdragen)
(Nieuwe pagina aangemaakt met '{{info|Parenting with Hope in the Worst of Times}}<br> <blockquote><b>Micha 7:1-20<sup>1</sup></b><br><br>Ongelukkige die ik ben, het is als bij de late oogst, als bi...')
Nieuwere bewerking →

Versie van 30 sep 2022 om 20:19

Verwante bronnen
More Door John Piper
Auteur Index
More Over Ouderschap
Onderwerp Index
Over deze vertaling
English: Parenting with Hope in the Worst of Times

© Desiring God

Share this
Onze Missie
Deze vertaling is van het Evangelie Vertalingen, een online dienst, de evangelie gecentreerde boeken en artikelen vrij verkrijgbaar in elke natie en taal.

Hier meer (English).
Hoe u kunt helpen
Als u goed Engels spreken, kunt u met ons vrijwillig als vertaler.

Hier meer (English).

Door John Piper Over Ouderschap

Vertaling door Bert Dijkhoff

Review U kunt ons helpen door de herziening van deze vertaling voor de nauwkeurigheid. Hier meer (English).



Micha 7:1-201

Ongelukkige die ik ben, het is als bij de late oogst, als bij de laatste pluk: geen druiventros meer om van te eten, geen vroege vijg, waarnaar ik smacht. 2 Zij die trouw waren zijn verdwenen uit het land, niemand is nog rechtschapen. Allen zijn op bloed belust, iedereen belaagt zijn naaste. 3 Ze bekwamen zich in het kwaad: alleen voor geld stellen leiders een onderzoek in, rechters spreken recht tegen betaling, hooggeplaatsten zeggen wat hun het beste uitkomt, en zo houden zij het recht op afstand. 4 De deugdzaamste van hen is als een doornstruik, de oprechtste is erger dan een stekelhaag.

De dag van straf, door uw wachters aangekondigd, is gekomen, en het volk is in beroering! 5 Geloof je naaste niet, vertrouw je vriend niet, let op je woorden, ook bij wie er in je armen ligt. 6 De zoon veracht zijn vader, de dochter verzet zich tegen haar moeder, de schoondochter tegen haar schoonmoeder, en huisgenoten blijken vijanden.

7 Maar ik, ik blijf uitzien naar de HEER, ik blijf hopen op de God die mij redding zal brengen. Hij zal mij horen, mijn God. 8 Jij die me haat, maak je niet vrolijk over mij. Al ben ik gevallen, ik sta op, al is het donker om mij heen, de HEER is mijn licht. 9 De toorn van de HEER zal ik dragen – ik weet, ik heb tegen Hem gezondigd – tot Hij mijn zaak heeft verdedigd, mij recht heeft verschaft. Hij zal me naar het licht voeren en ik zal zijn gerechtigheid aanschouwen. 10 Zij die me haat zal het zien en beschaamd zijn, zij die me vroeg: ‘Waar is Hij dan, de HEER, je God?’ Ik zal toekijken en graag getuige zijn wanneer ze als straatvuil wordt vertrapt.

11 Dat is de dag om je muren op te bouwen, de dag dat de grenzen worden verruimd. 12 Die dag zal men bij je komen, van Assyrië tot de steden van Egypte, van Egypte tot aan de Grote Rivier, en vanaf de zee in het westen tot aan de hoogste berg. 13 En de aarde zal worden verwoest, om de daden van haar bewoners.

14 Weid uw volk met uw staf, uw geliefde kudde, die eenzaam leeft in het woud, omringd door vruchtbaar land. Mogen ze weiden in Basan en Gilead, als in de dagen van weleer.

15 Als in de dagen van zijn bevrijding uit Egypte laat Ik dit volk wonderbaarlijke daden zien. 16 De volken zullen het zien en beschaamd staan, beroofd van hun kracht, doof en met de hand op de mond. 17 Ze zullen stof likken als een slang, als dieren die kronkelen over de grond. Sidderend zullen ze uit hun burchten komen, vol ontzag voor de HEER, onze God. Ze zullen U vrezen!

18 Wie is een God als U, die schuld vergeeft en aan zonde voorbijgaat? U blijft niet woedend op wie er van uw volk nog over zijn; liever toont U hun uw trouw. 19 Opnieuw zult U zich over ons ontfermen en al onze zonden tenietdoen. Onze zonden werpt U in de diepten van de zee. 20 U bewijst Jakob uw trouw en Abraham uw goedheid, zoals U gezworen hebt aan onze voorouders, in de dagen van weleer.

Vandaag ronden we een serie over spirituele opvoeding af. De titel die ik koos voor dit slotbericht is: “Opvoeden met hoop in barre tijden.” Er bestaan geen tijden waarin het gemakkelijk is om kinderen te baren en op te voeden. Het punt van Genesis 3 is dat toen de zonde in de wereld kwam, baren en opvoeden van kinderen zeer moeilijk werd. De Heer zei tegen Eva: “Je zwangerschap maak Ik tot een zware last, zwoegen zul je als je baart” (Genesis 3:16). En nadat zij en Adam twee zonen hadden groot gebracht, vermoorde een daarvan de andere.

Inhoud

De enige manier om vrij te zijn

Het draait er in dit verhaal om dat er nu zonde in de wereld is – in elke ouder en in elk kind. En dit is wat zonde doet. Het ruïneert mensen en het ruïneert families. Het grootste probleem in de wereld is de kracht van de innerlijke zonde. En het is een kracht. Het is een macht, een mankement, een verdorvenheid, verderf in de menselijke ziel. Het is geen serie vrije keuzes. Zonde is een hevige verslaving die de vrijheid van de mensen verwoest.

De enige manier waarop mensen vrij kunnen zijn – waarop een ouder of een kind vrij kan zijn – is herboren worden in de Geest van God; omarm Jezus Christus als Redder; laat uw zonden vergeven zijn door de Schepper van het universum; en ontvang de Heilige Geest als de enige tegenkracht van de kracht van zonde. Dat is de enige hoop voor de wereld, voor ouders en kinderen. Dit is altijd waar op elke leeftijd.

Geen gemakkelijk tijden voor de opvoeding

Er bestaan geen gemakkelijke tijden voor het baren en opvoeden van kinderen tot bescheiden, liefhebbende, creatieve, productieve, Christus-vererende volwassenen. Er bestaan geen gemakkelijke tijden. Maar sommige tijden zijn moeilijker dan andere. En of ze al dan niet moeilijker zijn, kan afhangen van uw persoonlijke omstandigheden of sociale omstandigheden.

Mijn wens van vandaag is dat ik u help om met hoop op te voeden in de ergste omstandigheden. En ik bedoel zowel het ergste thuis als het ergste in de cultuur. En voor hen die geen ouders zijn, alles wat ik zeg is op u van toepassing want om hoop te hebben in barre tijden is voor iedereen hetzelfde. Wij hebben het alleen om verschillende redenen nodig.

De profeet Micha

De Joodse profeet Micha predikte in de regeertijden van Jotam, Achaz en Hizkia, koningen van Juda (Micha 1:1). Dat is ongeveer 750 tot 687 voor Christus. De duidelijkste verklaring waarom hij ten tonele verscheen wordt gegeven in Micha 3:8,

Ik daarentegen ben vervuld van kracht,
ik heb de geest van de HEER,
ik ben rechtvaardig en ik heb de moed
om aan Jakob zijn wandaden bekend te maken,
en aan Israël zijn zonde.

Verkondiging van veroordeling en genade

God zond profeten om aan de mensen hun zonden duidelijk te maken. En met hun zonden verkondigden de profeten de veroordeling en ze verkondigden genade. Zo gaat het door de hele Bijbel heen: veroordeling en genade. Veroordeling en genade. God is heilig en rechtvaardig, en zendt veroordeling over zondige mensen. En God is genadig, geduldig, betrokken en redt zondige mensen van zijn veroordeling. Micha maakt dat duidelijk in Micha 4:10,

Krimp ineen en schreeuw het uit, vrouwe Sion,
krimp ineen als een vrouw die baren moet.
Je zult de stad moeten verlaten
en gaan leven op het veld.
Je zult naar Babel gaan,
en daar zul je worden bevrijd,
uit de handen van je vijanden
worden vrijgekocht door de HEER.

De Heer zal hen zenden onder veroordeling naar Babylon. En hij zal hen onder genade terugbrengen naar hun land.

Straf zal volgen

In hoofdstuk 7 verwijst Micha naar het opvoeden in barre tijden – de ergste thuis en de ergste in de cultuur. Vers 1: “Ongelukkige die ik ben, het is als bij de late oogst, als bij de laatste pluk: geen druiventros meer om van te eten, geen vroege vijg, waarnaar ik smacht.” Hij mag het hebben over hoe behoeftig aan voedsel hij is. Maar ik vermoed dat hij metaforisch spreekt over zijn behoefte aan goddelijke vrienden en bondgenoten. Want hij gaat door met spreken, vers 2-3: “Zij die trouw waren zijn verdwenen uit het land, niemand is nog rechtschapen. Allen zijn op bloed belust, iedereen belaagt zijn naaste. Ze bekwamen zich in het kwaad: alleen voor geld stellen leiders een onderzoek in, rechters spreken recht tegen betaling, hooggeplaatsten zeggen wat hun het beste uitkomt, en zo houden zij het recht op afstand.” De leiders zijn corrupt. Ze nemen alleen wat in hun straatje past om zoveel mogelijk kwaad te doen, en leveren daarbij geen half werk af.

Vers 4: “De deugdzaamste van hen is als een doornstruik, de oprechtste is erger dan een stekelhaag.” Als Micha hen probeert te naderen, verwarren ze hem. “De dag van straf, door uw wachters aangekondigd, is gekomen, en het volk is in beroering!” Dus de wachter die is opgedragen om in de gaten te houden of de vijand komt – zijn dag zal er binnenkort zijn. Straf is gekomen.

Zelfs vrouw en kinderen

Nu hevelt Micha het over van de cultuur naar de buurt en de familie. Vers 5: “Geloof je naaste niet, vertrouw je vriend niet, let op je woorden, ook bij wie er in je armen ligt.” Met andere woorden, zonde, corruptie en bedrog zijn zo alomtegenwoordig dat je moet uitkijken, zelfs je vrouw kan je verraden – “wie er in je armen ligt.”

Dan nu de kinderen. Vers 6: “De zoon veracht zijn vader, de dochter verzet zich tegen haar moeder, de schoondochter tegen haar schoonmoeder, en huisgenoten blijken vijanden.” Er staan vijf mensen in dit plaatje. Een vader en een moeder. Een zoon en een dochter. En een schoondochter. Dus de zoon is getrouwd. Micha zei al dat er onzekerheid heerst tussen man en vrouw (“Let op je woorden, ook bij wie er in je armen ligt”). En nu beweert hij dat de zoon rebelleert tegen zijn vader. En de dochter komt in opstand tegen haar moeder, en de schoondochter sluit zich bij de dochter aan tegen de moeder. Micha noemt hen zelfs vijanden. Aan het eind van vers 6: “Huisgenoten blijken vijanden.” Ook al richten de vijandigheden zich op andere huisgenoten, toch voel je dat.

Dit is nou hartverscheurend. Sommigen onder jullie leven in precies zulke omstandigheden. Dat is het ergste der tijden. De cultuur is corrupt, het huwelijk en de familie zitten in een crisis. Dat is het beeld in Micha 7. Voor sommigen onder u is dat het beeld van vandaag. En voor de anderen zal het dat van morgen zijn.

Jezus veroorzaakt dit?

Voordat ik u wijs op Micha’s hoop in deze situatie, wil ik u laten zien wat Jezus deed met die familiesituatie van vers 6. Ga naar Mattheüs 10:34-36. Jezus omschrijft het effect van zijn komst: “Denk niet dat Ik gekomen ben om op aarde vrede te brengen. Ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar het zwaard. [Dan gebruikt hij Micha 7:6.] Want Ik kom een wig drijven tussen een man en zijn vader, tussen een dochter en haar moeder en tussen een schoondochter en haar schoonmoeder; huisgenoten worden elkaars vijanden!”

Hier heb je diezelfde vijf mensen, dezelfde verwijzing naar vijandschap in uw eigen huis maar met één opvallend verschil. Jezus zei dat hij het veroorzaakte. Vers 35: “Want Ik kom een wig drijven tussen een man en zijn vader…” Hij bedoelt natuurlijk niet dat hij graag families uit elkaar laat vallen. Wat hij bedoelt is dat zijn radicale oproep om volgeling te worden relaties verbreekt. De ene is gelovig, de andere niet. Een vader volgt Jezus, een zoon doet dat niet. Een zoon volgt Jezus, een vader doet dat niet. Een dochter volgt Jezus, een moeder doet dat niet.

Waarom Jezus hier?

Het doel om hier eerst Jezus in beeld te brengen is om te laten zien dat de breuk in de familie in Micha’s dagen niet noodzakelijkerwijs komt door verderf in de familie. Het kan ook liggen aan rechtschapenheid in de familie. Alles kan van een leien dakje gaan totdat iemand ernstig wordt over God, over zijn verbond en zijn woord. Dan beginnen de beschuldigingen over en weer te vliegen. “Je denkt dat je nu meer bent met je religie! Alles ging goed en nu wil je dat de anderen zich ook daaraan conformeren.”

En de andere reden om Jezus’ gebruik van deze tekst te noemen, is om te laten zien dat het niet iets unieks is uit Micha’s dagen. Het was waar in de 8ste eeuw voor Christus. Het was waar in de eerste eeuw A.D. En het is waar in de 21ste eeuw. Altijd is het wel voor iemand de barste tijd ook al is dat voor u niet het geval.

Wat heeft Micha dan te vertellen over opvoeding met hoop in barre tijden?

Wat Micha te zeggen heeft: moed met een gebroken hart

Hij beschrijft zichzelf – ik beschouw me als een representatieve vader en een afgevaardigde van het volk Israël – en de houding die hij aanneemt is die van moed met een gebroken hart. Dat is de kern van wat ik wil zeggen over opvoeden in barre tijden. Doe het vanuit de houding van moed met een gebroken hart. En om zeker te zijn dat u begrijpt wat ik bedoel met “gebroken hart” en wat ik bedoel met “moed,” moeten we vragen: Waarom is zijn hart gebroken? En wat is de basis van zijn moed? Laten we naar de verzen 7-9 kijken om antwoord te vinden op deze twee vragen. Waarom is zijn hart gebroken? En hoe kan hij zo moedig zijn?

Geen zelfingenomenheid

Direct na de uitspraak in vers 6: “En huisgenoten blijken vijanden,” zegt hij in vers 7: “Maar ik, ik blijf uitzien naar de HEER, ik blijf hopen op de God die mij redding zal brengen. Hij zal mij horen, mijn God.” Dus in barre tijden, kijken we naar de Heer. Mogelijk hebben we geprobeerd naar iets anders te kijken. Niets werkt. Alles vormt breuken. We dachten dat we misschien de familie weer op orde konden krijgen. Misschien hadden we deze kinderen in onze macht om ze te vormen zoals we wilden. Misschien hadden we met de juiste trouwboeken macht over diepgaand onderling vertrouwen, respect, bewondering en affectie. En nu. Nu kijken we naar de Heer.

Maar pas op. Kijkt Micha naar de Heer met zelfingenomenheid? Zoiets is mogelijk. Zegt hij: “Ik heb alles goed gedaan – alles wat een vader heeft kunnen doen. Als deze familie niet functioneert, is mijn hart gebroken maar ben ik niet het probleem. Dat zijn zij.” Is dat de houding van deze man? Nee, dat is het niet. En ik hoop dat het de uwe ook niet is.

Gezondigd tegen maar bewust van onze eigen zonden

Luister naar wat hij zegt in de verzen 8 en 9. Luister naar de moed en het gebroken hart. Waarom is het gebroken?

Jij die me haat, maak je niet vrolijk over mij. Al ben ik gevallen, ik sta op, al is het donker om mij heen, de HEER is mijn licht. De toorn van de HEER zal ik dragen – ik weet, ik heb tegen Hem gezondigd – tot Hij mijn zaak heeft verdedigd, mij recht heeft verschaft. Hij zal me naar het licht voeren en ik zal zijn gerechtigheid aanschouwen.

Mis het begin van vers 9 niet: “De toorn van de HEER zal ik dragen – ik weet, ik heb tegen Hem gezondigd.” Waarom dit inzicht zo belangrijk is voor echtgenoten en ouders is dat hij in deze context beweert echt te hebben gezondigd tegen. In vers 8 zegt hij tegen zijn vijand (misschien zijn zoon of zijn vrouw): “Jij die me haat, maak je niet vrolijk over mij.” Kijk niet naar me in leedvermaak. En in het midden van vers 9 zegt hij dat de Heer zijn zaak verdedigt, hem recht verschaft, niet ontneemt. “Hij zal me naar het licht voeren en ik zal zijn gerechtigheid aanschouwen.”

Anders gezegd, hij weet dat hij tegen de Heer gezondigd heeft. Hij weet dat sommige van hun beschuldigingen niet kloppen. Hij weet dat God er voor en niet tegen hem is. God zal hem uit de duisternis leiden en naar het licht voeren; hij zal hem recht verschaffen. Hij is moedig vanuit dit besef en deze stelling. Verbazingwekkend moedig. Desalniettemin, waarop hij de aandacht legt om de verbolgenheid van de Heer te verklaren evenals zijn eigen duisternis, zijn zijn zonden. “De toorn van de HEER zal ik dragen – ik weet, ik heb tegen Hem gezondigd.”

Waarom dat gebroken hart

Hier is dan het antwoord op de vraag: Waarom is zijn hart gebroken? Het is niet hoofzakelijk omdat er in de familie tegen hem is gezondigd, maar omdat hijzelf heeft gezondigd. De houding van opvoeding met hoop in barre tijden is de houding van moed met een gebroken hart. En het gebroken hart komt in de eerste plaats van zijn eigen zonde en pas dan van de zonden begaan tegen hem. Dat is de grote strijd die we voor ons hebben. Zullen we met Gods genade die bescheidenheid vinden, die het ons mogelijk maakt om onze families en onszelf op die manier te zien?

Hoe zo moedig

Tweede vraag: Hoe kan hij zo moedig zijn als hij gezondigd heeft? Hoe kan hij op die manier spreken als zijn eigen zonde zo prominent in zijn gedachten aanwezig is? Waar komt deze vorm van moed vandaan? “Jij die me haat, maak je niet vrolijk over mij. Al ben ik gevallen, ik sta op … Hij mijn zaak heeft verdedigd, mij recht heeft verschaft. Hij zal me naar het licht voeren en ik zal zijn gerechtigheid aanschouwen.”

Tweede vraag: Hoe kan hij zo moedig zijn als hij gezondigd heeft? Hoe kan hij op die manier spreken als zijn eigen zonde zo prominent in zijn gedachten aanwezig is? Waar komt deze vorm van moed vandaan? “Jij die me haat, maak je niet vrolijk over mij. Al ben ik gevallen, ik sta op … Hij mijn zaak heeft verdedigd, mij recht heeft verschaft. Hij zal me naar het licht voeren en ik zal zijn gerechtigheid aanschouwen.”

Het antwoord wordt gegeven aan het einde van het hoofdstuk. En het feit dat het achteraan staat in het hele boek en gepaard gaat met enorme nadruk, toont dat het uiterst cruciaal is in dit boek – jawel, in de hele Bijbel. Verzen 18-19:

Wie is een God als U, die schuld vergeeft en aan zonde voorbijgaat? U blijft niet woedend op wie er van uw volk nog over zijn; liever toont U hun uw trouw. Opnieuw zult U zich over ons ontfermen en al onze zonden tenietdoen. Onze zonden werpt U in de diepten van de zee.

De reden waarom Micha zo moedig is in zijn gebrokenheid, is dat hij God kent. Hij weet wat verbazingwekkend en uniek is aan God. “Wie is een God als U?” Wat betekent: Er is geen God als U. Uw wegen zijn hoger dan onze wegen. Uw wegen zijn hoger dan die van welke godheid ter wereld ook. En wat is uw uniciteit? U vergeeft eindeloos en gaat aan de overtredingen van uw volk voorbij. Aldus de bijzondere uniciteit van de God van de Bijbel – en er is geen andere God.

Diepgaand met Gods vergeving

Hoe voed je dan op met hoop in barre tijden? Hoe voed je op met hoop als je eigen familie uiteenvalt in drie tegen twee of twee tegen drie? U kijkt naar de Heer. U roept de Heer (vers 7). En u roept naar hem met twee zeer diepe overtuigingen. De ene is dat u een zondaar bent en dat u van God niets verdient. We zijn geen perfecte ouders geweest. Wij hebben gezondigd. En we zijn niet dom of naïef. We weten dat er tegen ons ook is gezondigd. Daaraan wil alles in ons vlees denken. Alleen de Heilige Geest kan ervoor zorgen dat we onze eigen zonden zien. Alleen de Heilige Geest kan ervoor zorgen dat we ons schuldig voelen. Dat is één diepe overtuiging.

De andere is dat er geen God is als onze God die eindeloos vergeeft en voorbij gaat aan zonde, woede de rug toekeert, en blij wordt van rotsvaste liefde. Daarvan zijn we net zo diep overtuigd als dat we gezondigd hebben tegen onze echtgenoot en dat we gezondigd hebben tegen onze kinderen, en dat we daarmee allemaal gezondigd hebben tegen God. Ziet u hoe beide van uiterst belang zijn – hoe ze de onderlinge werking versterken en zo de diepgang van de ander mogelijk maken? Wanneer je je zonde en schuld niet voelt, zul je niet diep gaan in de vergeving van God. Maar werkt het de andere kant op, en dat is cruciaal in families: Wanneer je de diepgang van Gods genade niet kent, zul je niet diepgaand bezig zijn met je zonden.

Deze twee diepe overtuigingen zorgen voor de houding van moedig met een gebroken hart. En dat is de houding voor het opvoeden met hoop in barre tijden. Gebroken vanwege onze zonden in de maalstroom van zonden tegen ons, en moedig want “Wie is een vergevende God als U!”

Moed met een gebroken hart – Versterkt in Jezus

En voor Christenen zijn beide helften van deze houding gegrond en versterkt door Jezus Christus te kennen en te weten wat hij voor ons deed aan het kruis. Voor Micha, was Jezus alleen maar hoop in hoofdstuk 5: “Uit jou, Betlehem … uit jou komt iemand voort die voor Mij over Israël zal heersen … Hij zal aantreden en hen als een herder weiden, bekleed met de macht van de HEER” (Micha 5:1, 3). Deze goede Herder gaf zijn leven voor de schapen (Johannes 10:11). En toen hij dat deed, zagen we duidelijker dan ooit, de enormiteit van onze zonden (waarvoor die mate van lijden nodig was) en de grootheid van Gods vastberadenheid om ze te vergeven. En zo worden de situaties van gebroken harten en moed versterkt.

Dus als u opvoedt in barre tijden of zich wil voorbereiden op het opvoeden in barre tijden of gewoon hoop wenst in barre tijden, kijk naar Micha en naar Jezus, en neem deze houding aan: gebroken vanwege uw zonden en moedig vanwege Christus. Zet dan, in de kracht van de Heilige Geest, uw hart op het zijn van de beste imperfecte ouder die je maar kunt zijn – omwille van Jezus.


Noot van de vertaler

1 Bijbelteksten zijn geciteerd uit de Nieuwe Bijbelvertaling van 2021 (NBV21)