Elkaar bemoedigen aan het einde der tijden

Uit Bijbelse Boeken en Preken

Versie op 25 sep 2024 18:45 van Pcain (Overleg | bijdragen)
(wijz) ←Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie→ (wijz)
Ga naar:navigatie, zoeken

Verwante bronnen
More Door John Piper
Auteur Index
More Over Vertroosting
Onderwerp Index
Over deze vertaling
English: Encouraging Each Other at the End of the Age

© Desiring God

Share this
Onze Missie
Deze vertaling is van het Evangelie Vertalingen, een online dienst, de evangelie gecentreerde boeken en artikelen vrij verkrijgbaar in elke natie en taal.

Hier meer (English).
Hoe u kunt helpen
Als u goed Engels spreken, kunt u met ons vrijwillig als vertaler.

Hier meer (English).

Door John Piper Over Vertroosting

Vertaling door Bert Dijkhoff

Review U kunt ons helpen door de herziening van deze vertaling voor de nauwkeurigheid. Hier meer (English).


Hebreeën 10:19-25¹
Broeders en zusters, dankzij het bloed van Jezus kunnen we zonder schroom het heiligdom binnengaan. 20 Hij heeft voor ons met zijn lichaam, door het voorhangsel heen, een nieuwe, levende weg gebaand, 21 en doet nu als hogepriester dienst in het huis van God. 22 Laten we God dan naderen met een oprecht hart en een vast geloof, nu ons geweten gereinigd is door de besprenkeling van ons hart, en ons lichaam met zuiver water is gewassen. 23 Laten we zonder te wankelen datgene blijven belijden waarop we hopen, want Hij die de belofte heeft gedaan is trouw. 24 Laten we op elkaar letten en elkaar aansporen tot liefde en goede daden, 25 en in plaats van weg te blijven van onze samenkomsten, zoals sommigen doen, elkaar juist bemoedigen, en dat des te meer naarmate u de dag van zijn komst ziet naderen.

Met deze boodschap wil ik proberen om in u een diep, vreugdevol en overtuigd gevoel op te wekken, dat het beste wat u kunt doen voor uw eigen ziel, in het voordeel van degenen om u heen en voor de glorie van Christus, is onderdeel uitmaken van een kleine groep christenen om samen te bidden en elkaar bij te staan. Honderden van u weten dit al. Dus geniet van de bevestiging van het pad dat u gekozen heeft. Maar anderen onder u zijn mogelijk opgegroeid, thuis of in de kerk, waar het gewoonweg geen onderdeel was van een christen zijn – om regelmatig samen te komen in een kleine groep gelovigen om voor elkaar te bidden, elkaar te sterken en elkaar te helpen groeien in de genade en leer van de Heer. Dus is mijn doel voor u om u bekend te maken met deze normale Christelijke praktijk en een diep, vreugdevol en overtuigd gevoel op te wekken dat dit iets is wat echt goed en handig is om te doen.

Een slecht en onjuist denkbeeld

Laten we beginnen door de pijlers onder een zeer slecht denkbeeld weg te slaan namelijk dat Gods geboden ervoor zorgen dat we ons ellendig voelen. Dat is een slechte voorstelling van zaken – een vals idee – om te denken dat wanneer God iets gebiedt, het beraamd is om ons ongelukkig te maken. Veel te veel mensen denken dat Gods geboden domweg zijn middelen zijn om te laten zien wie hier het voor het zeggen heeft. Geboden staan gelijk aan autoriteit. Punt. Dus het uitvoeren ervan is pure onderwerping aan autoriteit. En dat is alles. Onderwerping en erkenning. Of ongehoorzaamheid en verwerping. Zo denken en voelen teveel mensen als het gaat om de geboden van God. Ik wil beginnen met het wegslaan van de pijlers onder dat slecht denkbeeld.

Gods geboden zijn in ons voordeel

Hier volgt wat er in de Bijbel staat: Gods geboden zijn voor onze bestwil. Alles wat hij zegt dat we moeten doen, is goed voor ons. God heeft onze diensten niet nodig om zijn positie of capaciteiten te verbeteren. Dus zegt hij niet wat we moeten doen omdat hij behoeftes heeft maar omdat wij behoeftes hebben. Neem een paar teksten als voorbeeld hiervan:

Het punt van Gods geboden: vreugde

Dus laten alle pijlers weggeslagen zijn vanonder het verkeerde denkbeeld dat Gods geboden bedoeld zijn om ons somber of verveeld of terneergeslagen te laten zijn. Ze zijn bedoeld voor het tegendeel. Ze zijn voor onze bestwil en God zorgt er ijverig voor dat we onze opperst vreugde in hem en zijn levenswijze vinden. En de reden daarvoor is dat God het meest vereerd wordt door ons als wij uiterst tevreden met hem zijn. Dus hij krijgt de glorie en wij krijgen de vreugde als we zijn geopenbaarde wil opvolgen. Dat is het punt van zijn geboden.

Oudsten en de oproep tot vreugde

Dus als God de oudsten van elke kerk oplegt om te waken over de mensen voor wie ze verantwoordelijk zijn, bedoelde hij het in het voordeel van hen en in het voordeel van de mensen. Zo zegt Paulus bijvoorbeeld in Handelingen 20:28 tegen de oudsten van Efeze: “Zorg voor uzelf en voor de hele kudde waarover de heilige Geest u als leiders heeft aangesteld; hoed Gods gemeente, die Hij verworven heeft door het bloed van zijn eigen Zoon.” Als God ons oplegt dit te doen, is het voor onze bestwil. Het is goed voor de oudsten om voor de kudde te zorgen en het is goed voor de kudde om de zorg van de oudsten te ontvangen.

Of kijk eens naar 1 Petrus 5:1-3: “Ik doe een beroep op de oudsten onder u …. Hoed de kudde van God waarvoor u de verantwoordelijkheid hebt, houd goed toezicht – niet gedwongen maar vrijwillig, zoals God dat wil, en niet om er zelf beter van te worden maar met belangeloze toewijding. Stel u niet heerszuchtig op tegenover de kudde die aan u is toevertrouwd, maar geef het goede voorbeeld.” Dus God legt ons oudsten op dit te doen. En dat betekent dat het goed voor ons is en goed is voor u.

Oudsten rusten de heiligen toe voor de evangelische dienst

Een van de manieren waarop de oudsten zorgen voor de kudde, vooral wanneer kerken groter worden dan een paar dozijn, is door de kudde in te delen in kleinere groepen met getrainde leiders waarop de oudsten supervisie hebben. Anders gezegd, de oudsten rusten de heiligen toe voor de evangelische dienst zoals staat in Efeziërs 4:12, en dan zorgen de leden voor elkaar onder toezicht van de oudsten. Dat is de manier waarop we het doen in Bethlehem². Een van onze betaalde oudsten, David Livingston, houdt toezicht op alle kleine evangelisatiegroepen en traint leden om leiders van deze groepen te worden. Dan proberen de oudsten en leiders van kleine groepen om te voorzien in het soort zorg en verantwoordelijkheid die volgens het Nieuwe Testament goed is voor alle gelovigen.

Een van de teksten waarin dit zorgpatroon indirect te vinden is, is Hebreeën 10:23-25. Houd bij deze tekst Hebreeën 13:17 in het achterhoofd. Daar staat: “Gehoorzaam uw leiders (oudsten) en schik u naar hen, want zij waken over uw leven en zullen daarvan ook rekenschap moeten afleggen. Zorg ervoor dat zij hun taak met vreugde kunnen vervullen, zodat zij geen reden tot klagen hebben: dat zou u zeker niet ten goede komen.” Dus de vroege kerk had oudsten en die werden door God opgedragen om te “waken over de levens” van de kerkleden. Ze zullen daarover verantwoording moeten afleggen richting God. De mensen moeten zich schikken naar deze toezicht houdende zorg en de oudsten helpen hun werk met vreugde te doen, niet met zuchten en steunen.

De essentiële plek van kleine samenkomsten

Wat Hebreeën 10:23-25 nu toevoegt is dat de zorg die de oudsten verstrekken deels gaat via kleine samenkomsten van gelovigen waarin ze elkaar kunnen helpen de hoop niet op te geven en sterk te blijven in de Heer. Vers 24:25: “Laten we op elkaar letten en elkaar aansporen tot liefde en goede daden, en in plaats van weg te blijven van onze samenkomsten, zoals sommigen doen, elkaar juist bemoedigen, en dat des te meer naarmate u de dag van zijn komst ziet naderen.”

1) We bemoedigen elkaar

Let op vier dingen in de verzen 24:25. Ten eerste, God roept ons op elkaar te bemoedigen. Vers 24b: “Laten we elkaar juist bemoedigen.” Gods plan in ons voordeel is dat veel van onze bemoediging afkomstig is van andere christenen die in onze levens het woord van God spreken en voor ons bidden.

2) We sporen elkaar aan tot liefde en goede daden

Ten tweede, Gods doel is dat deze wederzijdse aansporing ons aanzet tot liefde en goede daden. Vers 24: “Laten we elkaar aansporen tot liefde en goede daden.” Met andere woorden, het doel van de wederzijdse aansporing is niet alleen ten gunste van de groepsleden maar ook voor de wereld. En dat is wederom goed voor ons want Jezus zei: “Geven maakt gelukkiger dan ontvangen” (Handelingen 20:35). Het is als de pot meel en de oliekruik van de weduwe in het verhaal van Elia: des te meer ze gaf, des te meer gaf God. Ze raakten niet leeg (1 Koningen 17:16). Dus bemoedigen we elkaar en sporen elkaar aan lief te hebben.

3) We komen samen

En ten derde, we komen samen voor deze bemoediging en deze aansporing tot liefde en goede daden. Vers 25: “… in plaats van weg te blijven van onze samenkomsten, zoals sommigen doen.” Deze samenkomst is niet alleen maar de grote bijeenkomst voor de gezamenlijke eredienst zoals we dat doen op zondagmorgen; het is het soort bijeenkomst waarvan de vorm van de evangelische dienst bestaat uit onderlinge verlening van zielzorg. Let op hoe vers 25 vervolgt: “… in plaats van weg te blijven van onze samenkomsten, zoals sommigen doen, elkaar juist bemoedigen.” De samenkomst, in dit geval, is het soort samenkomst dat noodzakelijkerwijs elkaar bemoedigen inhoudt. Dus God zegt ons dat het goed voor ons is om in kleine groepen samen te komen en elkaar evangelische zorg te verlenen. Dat is zijn manier om voor ons te zorgen. Hij roept oudsten op om dit te begeleiden maar het is de kleinere, onderlinge zielzorg van alle leden die het pastorale werk compleet maakt.

4) Vooral als het einde nadert

Ten vierde, merk op dat deze vorm van samenkomst om elkaar te bemoedigen in kleinere groepen, in toenemende mate aan belang wint al naar gelang het einde nadert. Vers 25 nogmaals: “…in plaats van weg te blijven van onze samenkomsten, zoals sommigen doen, elkaar juist bemoedigen, en dat des te meer naarmate u de dag van zijn komst ziet naderen.” Paulus zegt in 2 Timotheüs 3:1: “Weet dat de laatste dagen zwaar zullen zijn.” Tijden vol stress, enorme druk, ontbering, duisternis en onheil. Het zal er niet gemakkelijker op worden een christen te zijn. En God vertelt ons wat we nodig hebben om vast te houden aan onze belijdenis van de hoop (v. 23): Kom samen, kom samen, kom samen. En bemoedig elkaar. En spoor elkaar aan tot liefde. Alleenstaande christenen zullen in die dagen vallen bij bosjes.

Gods wil: Meer vreugde

Dus samengevat, Gods geboden zijn altijd goed voor ons. Zijn doel voor ons, zelfs in onze problemen en verdriet, is vreugde in hem. Een van zijn geboden is dat er voor zijn mensen gezorgd wordt door predikanten – oudsten, herders, toezichthouders – en deze mensen zullen zich verantwoorden voor hoe ze gezorgd hebben voor de schapen. Dat is goed voor de oudsten en goed voor de schapen. Gods wegen zijn de wegen van de grootste vreugde. Nog een gebod van hem is dat de oudsten de leden toe moeten rusten om het werk te doen opdat ze elkaar zielzorg kunnen verlenen, en dat ze in kleine groepen samenkomen om elkaar te bemoedigen en aan te sporen tot liefde en goede daden. Dit is Gods goede plan voor u. Geen onderdeel uitmaken van zo’n kleinere evangelische groep is zelfondermijnend. Dat is niet Gods wil voor uw leven. Zijn wil is uw grotere vreugde. En die komt van de voordelen van onderlinge zielzorg in kleinere settingen.

Kleinere groepen en spirituele gaven

Laat me afsluiten met een verwijzing naar het bovennatuurlijk werk van de Heilige Geest in deze kleinere settingen. Wij zijn een kerk die gelooft in de aanwezigheid en kracht van de Heilige Geest om zijn mensen gaven te verlenen in het belang van andere gelovigen. Wij geloven dat het bovennatuurlijk werk van de Heilige Geest ziekten geneest en bevrijdt van de zondige verslaving van de ziel. Het is duidelijk dat God deze genezingen en bevrijdingen toekent via de gaven van andere gelovigen. Ja, God ontmoet zijn kinderen afzonderlijk. Ongetwijfeld. Dat is iets aangenaams. Niemand onder ons die dat koestert, zou dat verkopen voor een miljard dollar. Maar Gods gebruikelijke manier voor het toekennen van bovennatuurlijke genezing en bevrijding is door gaven te verlenen aan andere mensen die ons dan kunnen zegenen.

Niet proberen deel uit te maken van zo’n biddende, evangeliserende kleinere gemeenschap is als zeggen tegen God: “Ik weet dat u vaak bovennatuurlijke zegeningen toekent aan uw mensen via de zielzorg van andere mensen maar ik red me wel zonder dat.”

Ester-momenten

Bekijk het eens van de andere zijde. Toen ik de leiders van de kleine groepen afgelopen zondagavond ontmoette en vroeg om ideeën voor deze preek, zei een van hen dat mensen moeten weten dat er regelmatig “Ester-momenten” zijn in de kleine groepen, en dat zij mogelijk de missende Ester zijn. Ter herinnering, Ester werd koningin in de tijd dat Haman probeerde de Joden uit te roeien. Haar verwante Mordechai zei tegen haar: “Wie weet ben je juist koningin geworden met het oog op een tijd als deze.”³ En dat was inderdaad het geval. Ze zei tegen Mordechai: “Moet ik omkomen, goed, dan zal ik omkomen.” En ze stapte op de koning af met risico voor haar eigen leven. De Joden werden verlost.

Dat is een voorstelling die plaats kan vinden in kleinere groepen. Verlossing, redding, genezing, begeleiding, troost, verzorging – kunnen allen afhangen van de Ester-momenten in het groepje. Of de Mordechai-momenten. En u kunt deze Ester of Mordechai zijn – of de nog missende Ester of de missende Mordechai.

Mis niet de vreugde

God houdt van zijn kerk. Al zijn geboden zijn voor onze welzijn en voor onze vreugde. Gods wil voor onze kerk is dat de oudsten de zorg voor de kudde begeleiden. En zijn wil voor onze kerk is dat leden toegerust zijn om elkaar te evangeliseren in kleine groepen. En zijn wil is dat enorme zegeningen door de heiligen stromen naar de heiligen en naar de wereld want we verwaarlozen dit evangelisch werk niet. Er staan Ester-momenten en Mordechai-momenten te gebeuren dit jaar. Ik bid dat u niet ontbreekt aan de ontvangende en de gevende kant van deze momenten.

Noot van de vertaler

¹ Bijbelteksten zijn geciteerd uit de Nieuwe Bijbelvertaling van 2021 (NBV21)

² Bethlehem Baptist Church, kerk in Mineapolis

³ Ester 4:14