De blijdschap van God: Basis voor Christelijk Hedonisme
Uit Bijbelse Boeken en Preken
Door John Piper
Over Christian Hedonism
Een deel van de Desiring God-serie
Vertaling door Bert Dijkhoff
U kunt ons helpen door de herziening van deze vertaling voor de nauwkeurigheid. Hier meer (English).
Jeremia 32:36-411
Maar toch – dit zegt de HEER, de God van Israël, over deze stad, waarover jullie zeggen: “Door het zwaard, de honger en de pest valt ze de koning van Babylonië in handen”: Ik zal de inwoners samenbrengen uit alle landen waarheen ik ze in mijn grote woede en toorn verdreven heb, ze terugbrengen naar deze stad en ze er in vrede laten wonen. Zij zullen mijn volk zijn en ik zal hun God zijn. Ik zal hen één hart en één van zin maken, zodat ze altijd ontzag voor mij zullen hebben en het hun en hun nageslacht goed zal gaan. Ik zal een eeuwig verbond met hen sluiten, ik keer mij nooit meer van hen af en zal hen altijd zegenen. Ik zal hen met ontzag voor mij vervullen, zodat zij zich nooit meer van mij zullen afkeren. Ik zal er weer vreugde in vinden hen te zegenen en zal hen voorgoed in dit land planten. Met hart en ziel zal ik dat doen.
Ik behandelde een keer terloops het idee van Christelijke Hedonisme tijdens een zondagsdienst, en een ouder kwam nadien naar me toe en zei: “Wist u dat onze kleine meid dacht dat u zei Christelijke heidendom?” Ik weet dat zelfs als mijn uitspraak helder is (Christelijke Hedonisme), sommigen waarschijnlijk zullen denken dat het over heidenen gaat omdat u gelooft dat hedonisme een heidense levensfilosofie is. En u heeft het waarschijnlijk bij het rechte end want de algemene betekenis van hedonisme is lol maken en morele onverschilligheid. In 2 Timotheüs 3:4 waarschuwde Paulus dat in de laatste dagen mensen “het genot meer lief zullen hebben dan God.” En het is zeker dat we nu verkeren in die dagen.
Inhoud |
Christelijke Heidendom?
Twee jaar geleden publiceerde Daniel Yankelovitch een boek getiteld Nieuwe regels: Zoektocht naar zelfvoldoening in een wereld die op z’n kop staat.2 Hij beargumenteert op basis van uitgebreide interviews en landelijke enquêtes dat massieve verschuivingen in onze cultuur hebben plaatsgevonden en dat persoonlijke zelfvoldoening een nieuwe set regels heeft gecreëerd, die bepaalt hoe we denken en voelen als Amerikanen. Hij zegt: “In hun extreme vorm zetten de nieuwe regels de oude op de kop, en in plaats van de oude ethiek van zelfverloochening vinden we mensen die weigeren zich te onthouden van iets voor zichzelf – niet vanwege bodemloze begeerte maar op basis van het vreemde morele principe ‘ik ben het aan mezelf verplicht’” (p. xviii). Het vertelt over een jonge vrouw, midden-dertig, die klaagde bij haar psychotherapeut dat ze nerveus en slecht gehumeurd was geworden omdat het leven zo hectisch is geworden – te veel volle weekenden, te vaak naar disco’s, te vaak tot in de late uurtjes, te veel gepraat, te veel wijn, te veel drugs, te veel vrijpartijen. “Waarom houd je niet op?” vroeg haar therapeut voorzichtig. De patiënte staarde even met een lege blik en toen lichten haar ogen op in verblindende verheldering: “Bedoelt u dat ik niet persé hoef te doen wat ik wil doen?” barste ze uit in verbazing. Het kenmerk van de nieuwe zelfvoldoening-zoekers is dat “ze handelen op basis van de veronderstelling dat emotionele verlangens heilige objecten zijn en dat het een misdaad tegen de natuur is als onvervulde emotionele behoeftes worden weggestopt” (p. 59). “Ons tijdperk is het eerste tijdperk waarin tientallen miljoenen mensen als morele rechtvaardiging voor hun daden het idee aandragen dat hun innerlijke en vermoedelijk meer ‘echte’ zelf niet goed past bij de hun aangemeten sociale rol.”
De relatie waarin de zelfvoldoening-zoekers en hun nieuwe regels waarschijnlijk voor de grootste onrust hebben gezorgd is het huwelijk. Yankelovitch heeft diep inzicht als hij zegt, “Succesvolle huwelijken zijn gewoven van vele strengen teruggehouden verlangens – toegeven aan de wensen van de ander; tolerantie als de eigen wensen niet gerespecteerd worden; verdrongen teleurstellingen; vermeden confrontaties; voorbij laten gaan van gelegenheden voor woede; kansen voor zelfexpressie verzwegen. Door in dat proces de krachtige vorm van behoefte aan zelfvoldoening te introduceren is de bezem halen door een teer spinnenweb. Vaak is alles wat er overblijft het plakkerig spul dat aan de bezem blijft zitten; de structuur van de web is vernield” (p. 76).
Daarom heb ik grote empathie voor degenen van jullie die los genoeg van onze cultuur staan om te reageren op het woord hedonisme door te zeggen: “Nu is het genoeg! Onze huizen, onze scholen, onze bedrijven, onze maatschappij worden kapot gemaakt door zoekers naar hedonistische zelfvoldoening, die niet de morele moed en zelfverloochening en robuuste betrokkenheid en opofferend trouw hebben, die waardevolle structuren van het leven in stand houden en grootsheid in onze cultuur brengen. We hebben geen hedonisme nodig; we moeten terug naar rechtschapenheid, integriteit, behoedzaamheid, rechtvaardigheid, matiging, standvastigheid, zelfbeheersing!” Geloof me, we zijn waarschijnlijk nauwer met elkaar verbonden dan u denkt. Alles wat ik u vraag is om me negen weken lang een open en scherpzinnig oor te bieden voordat u uw eindoordeel over Christelijk hedonisme geeft.
Bijbelse voorbeelden van Christelijk Hedonisme
Soms zegt een beeld meer dan duizend woorden met een abstracte definitie. Dus in de plaats van u een exacte definitie van Christelijk Hedonisme te geven, laat me beginnen er enkele Bijbelse voorbeelden van te geven. David bepleit Christelijk Hedonisme wanneer hij aanraadt: “Zoek je geluk bij de HEER, hij zal geven wat je hart verlangt” (Psalm 37:4). En hij laat de kern van Christelijk Hedonisme zien als hij uitroept: “Zoals een hinde smacht naar stromend water, zo smacht min ziel naar u, o God. Mijn ziel dorst naar God, naar de levende God” (Psalm 42:2-3). Mozes was een Christelijke Hedonist (volgens Hebreeën 11:24-27) omdat hij “vluchtig voordeel” bij de zonde afwees want “omdat hij uitzag naar de beloning waardeerde hij de smaad van Christus hoger dan de schatten van Egypte.” De heiligen in Hebreeën 10:34 waren Christelijke Hedonisten omdat ze ervoor kozen om hun levens te riskeren om Christelijke gevangenen te bezoeken en ze accepteerden met vreugde de beroving van hun eigen bezittingen want ze wisten dat ze iets beters hadden dat blijvend was. De apostel Paulus raadde Christelijk Hedonisme aan toen hij zei in Romeinen 12:8, “Wie barmhartig voor een ander is moet daarin blijmoedig zijn.” En Jezus Christus, de grondlegger en voltooier van ons geloof, vestigde de hoogste norm voor Christelijk Hedonisme want “hij ademt ontzag voor de HEER” (Jesaja 11:3), en voor de vreugde die voor hem in het verschiet lag, liet hij zich niet afschrikken door de schande van het kruis. Hij hield stand en nam plaats aan de rechterzijde van de troon van God (Hebreeën 12:2).
Christelijk Hedonisme leert ons dat de wens om blij te zijn ons gegeven is door God en moet niet ontkent of weerstaan worden maar voor de tevredenstelling gewijd worden aan God. Christelijk Hedonisme wil niet zeggen dat alles waar je van geniet ook goed is. Het laat weten dat God u gezegd heeft wat goed is en door dat te doen zou vreugde de uwe moeten zijn (Micha 6:8). En aangezien doen wat God wil je vreugde zou moeten brengen, is het streven naar plezier een essentieel deel van alle morele inspanningen. Als je het streven naar plezier opgeeft (en dus weigert een Hedonist te zijn, zoals ik die term gebruik), kun je niet voldoen aan de wil van God. Christelijk Hedonisme bevestigt dat de goddelijkste heiligen van elke leeftijd geen tegenstelling hebben ontdekt als je stelt, aan de ene kant, “Om u worden wij dag na dag gedood en afgevoerd als schapen voor de slacht” (Romeinen 8:36), en aan de andere kant, “Laat de Heer uw vreugde blijven; ik zeg u nogmaals: wees altijd verheugd” (Filippenzen 4:4). Christelijk Hedonisme sluit zich niet aan bij de cultuur van zelfbevrediging die je een slaaf van je eigen zondige impulsen maakt. Christelijk Hedonisme gebied dat we ons niet aanpassen aan deze wereld maar dat we veranderen door vernieuwing van onze gezindheid (Romeinen 12:2) zodat we vreugde kunnen ondervinden door te doen wat onze Vader in de hemel wil. Volgens het Christelijk Hedonisme is de vreugde in God geen optioneel glazuur op de taart van het christendom. Als je het overdenkt, is de vreugde in God een essentieel onderdeel van het reddend geloof.
Heden wil ik u de basis van het Christelijk Hedonisme onthullen: de blijdschap van God. Ik zal proberen om drie zienswijze uit de Heilige Schrift te ondersteunen: 1) God is blij omdat hij vreugde vindt in zichzelf. 2) God is blij omdat hij soeverein is. 3) Gods blijdschap is de basis van Christelijk Hedonisme want het loopt over van liefde voor ons.
God vindt vreugde in zichzelf
Ten eerste, God is blij omdat hij vreugde in zichzelf vindt. God zou onrechtvaardig zijn als hij iets anders meer zou waarderen dan wat van hoogste waarde is. En hij is van hoogste waarde. Als hij niet oneindig genoot van zijn eigen glorie, zou hij niet rechtvaardig zijn omdat het correct is om van iemand te genieten naar de mate van grootsheid van diens glorie. De Heilige Schriften zijn verzadigd met teksten die laten zien hoe God onophoudelijk handelt vanuit liefde voor zijn eigen glorie. “Omwille van mijzelf doe ik dit, omwille van mijzelf, want hoe zij mijn naam ontwijd kunnen worden! Ik deel mijn majesteit niet met een ander” (Jesaja 48:11).
Hetzelfde gebeurt als we de relatie tussen God de Vader en God de zoon overdenken. Er is hier iets mysterieus dat buiten het menselijk begrip ligt. En ik geef toe dat onze theologische pogingen om het zelfbewustzijn van God te beschrijven en de relatie ervan tot de Drievuldigheid zijn als het gestamel van een peuter over zijn vader. Maar zelfs uit de monden van jonge kinderen kan wijsheid komen volgens de Heilige Schrift. De Schrift leert ons dat Jezus Christus, de Zoon van God, God is (Johannes 1:1). En in Hebreeën 1:3 staat: “In hem schittert Gods luister, hij is zijn evenbeeld, hij schraagt de schepping met zijn machtig woord.” 2 Korintiërs 4:4 verhaalt van de luister van Christus die het beeld van God is. Uit deze passages leren wij dat in alle eeuwigheid God de Vader het beeld van zijn eigen glorie aanschouwt, dat perfect wordt vertegenwoordigd in de persoon van zijn Zoon. Daarom is een van de beste manieren om te denken over Gods immense vreugde in zijn eigen glorie, door het te zien als de blijdschap over zijn Zoon die deze glorie verbeeldt. Toen Jezus de wereld betrad, zei God de Vader, “Dit is mijn geliefde Zoon, in hem vind ik vreugde” (Mattheüs 4:17). Als God de Vader de glorie van zijn eigen essentie ziet in de persoon van zijn Zoon, is hij oneindig blij. “Hier is mijn dienaar, hem zal ik steunen, hij is mijn uitverkorene, in hem vind ik vreugde” (Jesaja 42:1). Dus de eerste constatering is dat God blij is omdat hij vreugde vindt in zichzelf, vooral als zijn natuur weerspiegeld wordt in zijn geliefde Zoon.
God is soeverein
Ten tweede, God is blij omdat hij soeverein is. In Psalm 115:3 staat, “Onze God is in de hemel, hij doet wat hem behaagt.” Wat dit vers inhoudt is dat Gods soevereiniteit zijn recht en macht is om te doen wat hem blij maakt. Onze God is in de hemel – hij staat boven alle dingen en is aan niemand onderworpen. Daarom doet hij wat hem behaagt – hij handelt altijd voor het behoud van zijn maximale vreugde. God is blij omdat zijn oprechte daden, die altijd worden gedaan uit liefde voor zijn eigen glorie, nooit verijdeld kunnen worden buiten zijn wil om. Jesaja 43:13, “en dat ik blijf wat ik ben [God]. Niemand kan zich aan mijn macht onttrekken. Wat mijn hand doet, wie maakt het ongedaan?” Jesaja 46:10 “Wat ik besluit, wordt van kracht, en alles wat ik wil, breng ik ten uitvoer.” Daniel 4:32, “hij doet met de hemelse machten en met de bewoners van de aarde wat hij wil. Er is niemand die hem kan tegenhouden of tegen hem kan zeggen: ‘Wat hebt u gedaan?’” We mogen er van uit gaan dat God daarom oneindig blij is omdat hij als Schepper de absolute rechten en macht heeft om elke obstakel voor zijn vreugde te overwinnen.
Het is hier de moeite waard om als tussenstelling je af te vragen hoe een goede God blij kan zijn als de wereld vol zit met lijden en kwaad. Twee dingen helpen me. Een is dat het niet veel helpt om Gods goede naam te bewaren door te zeggen dat hij niet echt de controle heeft. Als iemand had geprobeerd om me te troosten in december 1974 toen mijn moeder omkwam bij een busongeluk, door te zeggen, “God wil niet dat zoiets gebeurt; je kunt nog steeds op hem vertrouwen; hij is goed,” zou ik antwoorden door te zeggen, “Mijn troost komt niet door te denken dat God zo zwak is dat hij niet het hout bovenop een VW-bus kan wegleggen.” Mijn God is soeverein. Hij nam haar overeenkomstig de door hem toegewezen tijd; dat geloof ik nu en ooit zal ik inzien dat het goed was. Want ik heb geleerd van Jezus Christus dat God goed is. De Bijbelse oplossing voor het probleem des kwaads bestaat niet uit de wegneming van Gods soevereiniteit.
De andere constatering die me helpt bij deze vraag is dat Gods houding ten opzicht van tragische gebeurtenissen afhangt van hoe hij er naar kijkt. God geniet niet van pijn en boosaardigheid op zich. Als hij nauw kijkt en zich uitsluitend daar op richt, kan hij vervult worden met afkeer en verdriet. Maar als hij breder kijkt om rekening te houden met alle verbanden en effecten van een gebeurtenis, zelfs tot in de eeuwigheid, wordt deze gebeurtenis deel van een patroon of mozaïek waar hij vreugde in vindt, en dat is wat hij wil. Zo was bijvoorbeeld de dood van Christus het werk van God de Vader. “Wij echter zagen hem als een verstoteling, door God geslagen en vernederd … Maar de HEER wilde hem breken, hij maakte hem ziek” (Jesaja 53:4 10). Niettemin zag God de Vader zeker wel de lijdensweg van zijn geliefde Zoon en de verdorvenheid die hem aan het kruis bracht, hij schiep geen vreugde in deze zaken op zich. Zonde en het lijden van de onschuldige als losstaande elementen zijn weerzinwekkend voor God. Maar volgens Hebreeën 2:10 vindt God de Vader het passend om de Grondlegger van onze verlossing te perfectioneren via het lijden. God wou wat hij nauw bekeken verafschuwt want in het breder perspectief van de eeuwigheid was het een passende manier om zijn gerechtigheid te bewijzen (Romeinen 3:25 e.v.) en zijn kinderen naar de uiteindelijke volmaaktheid te voeren (Hebreeën 2:10). Wanneer God in zijn alwetendheid het hele bereik van de verlossende historie overziet, van begin tot het eind, geniet hij van wat hij waarneemt. Daarom concludeer ik dat niets in de hele wereld de ultieme vreugde van God kan verijdelen. Hij geniet oneindig van zijn eigen glorie en in zijn soevereiniteit doet hij wat hem behaagt.
Gods blijdschap loopt over van liefde voor ons
Dat brengt mij tot de laatste constatering: Gods blijdschap is de basis voor Christelijk Hedonisme want zijn blijdschap loopt over van liefde voor ons. Kunt u het zich voorstellen hoe het zou zijn als God die over de wereld heerst, niet blij zou zijn? Wat als God mopperig en geërgerd en depressief zou zijn als een soort Jaap-en-de-Bonenstaak reus in de hemel? Wat als God moedeloos en somber en bedroefd en ontevreden en terneergeslagen en gefrustreerd zou zijn? Zouden we dan achter David staan en zeggen, “God, u bent mijn God, u zoek ik, naar u smacht mijn ziel, naar u hunkert mijn lichaam in een dor en dorstig land, zonder water” (Psalm 63:2)? Geenzins! We zouden allen een relatie met God hebben zoals kleine kinderen die hebben met een sombere, droefgeestige, ontevreden, gefrustreerde vader. Ze kunnen hem niet mogen. Ze kunnen alleen proberen hem uit de weg te gaan en misschien hun best voor hem doen zodat hij zich beter voelt. Dus, de basis van Christelijk Hedonisme is dat God oneindig blij is, omdat het doel van Christelijk Hedonisme is om blij met God te zijn, plezier in hem te hebben, om de vriendschap met God te koesteren en te genieten. Maar kinderen kunnen van het gezelschap van hun vader niet genieten als hij droefgeestig en somber en gefrustreerd is. En dus is de basis van Christelijk Hedonisme dat God de gelukkigste van alle wezens is.
Hier is een andere manier om het uit te drukken. Opdat een zondaar vreugde in God nastreeft, moet hij erop vertrouwen dat God hem niet buitensluit als hij komt om vergeving en vriendschap te zoeken. Hoe kunnen we ervan overtuigd raken dat God ons liefdevol zal behandelen als we onze zonden berouwen en komen om wegens hem te jubelen? Bekijk eens de aanmoediging in Jeremia 9:23, “Wil iemand zich op iets beroemen, laat hij zich erop beroemen dat hij mij kent, inziet dat ik, de HEER, dit land liefde schenk, rechtvaardigheid en recht, want daar schep ik behagen in – spreekt de HEER.” God schenkt liefde omdat hij er behagen in schept. God is niet gedwongen om te redden volgens bepaalde formele principes of regels. Hij is zo vol van leven en blijdschap over zijn eigen glorie dat de climax van zijn plezier is dat het overvloeit van liefde voor ons. De basis voor ons vertrouwen in de liefde van God is dat hij een perfecte Christelijke Hedonist is. Hij geniet boven alles van zijn goddelijke uitmuntendheid en zijn blijdschap is zo vol dat het tot uitdrukking komt in het plezier dat hij heeft in het delen ervan met anderen.
Luister naar de essentie van de perfecte hemelse Hedonist in Jeremia 32:40-41. Waarom doet God het goede? Hoe gaat hij om met het thema over het van u houden? Luister:
Ik zal een eeuwig verbond met hen sluiten, ik keer mij nooit meer van hen af en zal hen altijd zegenen. Ik zal hen met ontzag voor mij vervullen, zodat zij zich nooit meer van mij zullen afkeren. Ik zal er weer vreugde in vinden hen te zegenen en zal hen voorgoed in dit land planten. Met hart en ziel zal ik dat doen.
God zegent u omdat hij er vreugde in vindt! Hij streeft erna om van u te houden met heel zijn hart en met heel zijn ziel. De blijdschap van God overlopend van vreugdevolle liefde is de basis en het voorbeeld van Christelijk Hedonisme.
Ik sluit af met een uitnodiging. Deze prachtige en verbluffende beloftes van Gods gunst zijn er niet voor iedereen. Er is een voorwaarde. Het is niet een voorwaarde die bestaat uit werk of een betaling. Een oneindig vrolijke heerser heeft uw werk niet nodig en bezit al uw middelen al. De voorwaarde luidt dat u een Christelijke Hedonist wordt – dat u ophoudt te proberen voor hem te betalen of te werken of van hem weg te lopen, en in de plaats daarvan zoekt met heel uw hart naar de weergaloze vreugde van de vriendschap met de levende God.
Niet de kracht van paarden verheugt hem,
Niet de sterkte van soldaten geeft hem vreugde,
Vreugde vindt de HEER in wie hem eren
En in wie hopen op zijn liefde en trouw. (Psalm 147:10-11)
De voorwaarde om de beloftes van God te erven is dat u alle hoop op blijdschap die u voor uzelf en uw familie en baan en vrije tijd bestemd had, overhevelt naar hem. “Vreugde vindt de HEER in wie hopen op zijn liefde en trouw.” “Zoek je geluk bij de HEER, hij zal geven wat je hart verlangt” (Psalm 37:4).
Noot van de vertaler
1 Bijbelteksten zijn geciteerd uit de Nieuwe Bijbelvertaling (NBV)
2Jaar van publicatie: 1981