Bestrijden van ongeloof bij Bethlehem

Uit Bijbelse Boeken en Preken

(Verschil tussen bewerkingen)
Ga naar:navigatie, zoeken
Kathyyee (Overleg | bijdragen)
(Nieuwe pagina aangemaakt met '{{info|Battling Unbelief at Bethlehem}} <blockquote>'''Romeinen 4:20-21'''<ref>Bijbelteksten zijn geciteerd uit de Nieuwe Bijbelvertaling (NBV) van 2004</ref></blockq...')

Huidige versie van 28 sep 2021 om 16:49

Verwante bronnen
More Door John Piper
Auteur Index
More Over Heiligmaking en Groei
Onderwerp Index
Over deze vertaling
English: Battling Unbelief at Bethlehem

© Desiring God

Share this
Onze Missie
Deze vertaling is van het Evangelie Vertalingen, een online dienst, de evangelie gecentreerde boeken en artikelen vrij verkrijgbaar in elke natie en taal.

Hier meer (English).
Hoe u kunt helpen
Als u goed Engels spreken, kunt u met ons vrijwillig als vertaler.

Hier meer (English).

Door John Piper Over Heiligmaking en Groei
Een deel van de Battling Unbelief-serie

Vertaling door Bert Dijkhoff

Review U kunt ons helpen door de herziening van deze vertaling voor de nauwkeurigheid. Hier meer (English).


Romeinen 4:20-21[1]
Hij [Abraham] twijfelde niet aan Gods belofte; zijn geloof verloor hij niet, integendeel, hij werd erin gesterkt en bewees zo eer aan God. Hij was ervan overtuigd dat God bij machte was te doen wat hij had beloofd.

Wat ik vandaag wil doen is het leggen van de basis voor een berichtenserie met de naam Bestrijden van ongeloof[2]. Ik hoop met deze berichten duidelijk te maken waarom wij er zijn als kerk en wat het betekent op het meest praktisch niveau om te leven op het pad van het geloof in de beloftes van God.

Alle zondes ontstaan door het ongeloof in Gods beloftes

De overtuiging achter deze serie is dat alle zondes ontstaan door niet te geloven in de beloftes van God. Alle zondige toestanden van onze harten danken we aan ongeloof in Gods uiterst overvloedige bereidheid en vermogen om voor ons te werken in elke levenssituatie zodat alles uiteindelijk gunstig voor ons uitpakt. Bezorgdheid, valse schaamte, onverschilligheid, spijt, hebzucht, nijd, wellust, verbittering, ongeduld, moedeloosheid, trots – dat zijn allemaal uitlopers van de wortel van het ongeloof in de beloftes van God. Laat me dat toelichten met een bekende tekst die ons lijkt te willen verbazen.

Geldzucht

Wat bedoelde Paulus toen hij in 1 Timotheüs 6:10 zei: “Want de wortel van alle kwaad is geldzucht”? Hij bedoelde niet dat er een verband ligt tussen elke zondige houding en geld – dat je geld altijd in gedachten hebt wanneer je zondigt. Ik denk dat hij bedoelt dat al het kwaad in de wereld komt uit een specifiek soort hart, namelijk eentje die geldzuchtig is.

Wat betekent deze zucht naar geld eigenlijk? Het betekent niet dat je bewondering hebt voor munten, bankbiljetten en betaalpassen. Om te weten wat het is om van geld te houden, moet je jezelf de vraag stellen, Wat is geld? Ik zou deze vraag als volgt beantwoorden: Geld is gewoon een symbool dat staat voor menselijke bronnen. Geld staat voor dat wat je van mensen kunt krijgen (niet van God! “Hierheen! Hier is water, voor ieder die dorst heeft. Kom, ook al heb je GEEN GELD.” Jesaja 55:1). Geld is de valuta van menselijke bronnen.

Dus het hart dat geldzuchtig is, is een hart dat zijn hoop vestigt op, zijn plezier najaagt met, en zijn vertrouwen put uit wat menselijke middelen te bieden hebben. Geldzucht is daarom vrijwel hetzelfde als het geloven in geld – geloof (vertrouwen, zekerheid, garantie) dat geld tegemoet komt aan je behoeften en je gelukkig maakt.

Ongeloof in de beloftes van God

Vandaar dat geldzucht of het geloof in geld de januskop is van ONGELOOF in de beloftes van God. Zoals Jezus het zegt in Mattheüs 6 :24- jullie kunnen niet God dienen én de mammon. Je kunt niet vertrouwen op of geloven in God en geld. Geloof in het ene is ongeloof in het andere. Een hart dat van geld houdt – vertrouwt op geld voor blijdschap, gelooft in geld – vertrouwt tegelijkertijd niet op de beloftes van God voor blijdschap.

Dus als Paulus zegt dat geldzucht de wortel is van alle kwaad, duidt hij erop dat het ongeloof in de belofte van God de penwortel is van elke zondige instelling van ons hart.

Het doel van deze serie

Deze herfst zal elk bericht als doel hebben deze waarheid toe te lichten, te bevestigen en praktische hulp te bieden bij het bestrijden van de wortel van ongeloof die keer op keer, elke dag, in onze harten dreigt te groeien. In zekere zin is het belangrijkste punt van elk bericht hetzelfde: strijd tegen zonde door te vechten tegen ongeloof in de beloftes van God. Of om het positief uit te drukken: strijd voor rechtvaardigheid en liefde in uw leven door te vechten voor behoud van het geloof in de beloftes van God.

Dat is de kern van de serie. Maar wat ik zei dat ik vandaag wou doen is het leggen van een basis voor deze berichten en u laten zien hoe dat verband houdt met waarom we bestaan als kerk. Laat me dat proberen te doen in de minuten die we nog over hebben.

Waarom wij bestaan

Bethlehem Baptist Church bestaat ter ere van God. Hij schiep ons tot Zijn eer[3] (Jesaja 43:7). Hij heeft ons voorbestemd om zijn kinderen te zijn tot eer van zijn genade (Efeziërs 1:6). Hij deelde ons de bestemming toe om te leven voor zijn grootheid (Efeziërs 1:12). Dus of u nu eet of drinkt of iets anders doet, doe alles ter ere van God (1 Korintiërs 10:31).

Of we nu spreken van Bethlehem-aanbidding, Bethlehem-opbouw van het lichaam, Bethlehem-evangelisatie van ongelovigen, het einddoel van elk onderwerp is hetzelfde – dat God vereert wordt. Bethlehem is een visie van een grote, heilige, vrije en genadevolle, onafhankelijke God – een visie van GOD om tijdens de aanbidding te koesteren, een visie van GOD om te versterken bij de vorming en een visie van GOD om te verspreiden tijdens evangelisatie en zending. “Alles is uit hem ontstaan, alles is door hem geschapen, alles heeft in hem zijn doel. Hem komt de eer toe tot in eeuwigheid. Amen” (Romeinen 11:36).

Hoe wij onze bestaansreden vormgeven

Nu de tekst van deze morgen! Romeinen 4. Als het doel van alles wat we doen, het vereren van God is – zijn woord te vergroten, zijn pracht te verhelderen, zijn voortreffelijkheid te verheerlijken, zijn perfecties te beschrijven – als dat ons doel is, dan geeft Romeinen 4:19-21 ons zeer belangrijke inzicht in hoe we dat aan moeten pakken.

Abrahams geloof in Gods belofte

Abraham kreeg van God de belofte dat hij een zoon zou krijgen als hij 100 jaar oud zou zijn en Sarah oud en onvruchtbaar. Zijn reactie, zegt Paulus, vereerde God.

En zijn geloof verzwakte niet toe hij, ongeveer honderd jaar oud, beseft dat zijn krachten hem hadden verlaten en Sara niet langer vruchtbaar was. Hij twijfelde niet aan Gods belofte; zijn geloof verloor hij niet, integendeel, hij werd erin gesterkt en bewees zo eer aan God. Hij was ervan overtuigd dat God bij machte was te doen wat hij had beloofd.

Martin Luthers inzicht

Ik hoop dat u ermee eens bent dat wat deze tekst ons leert is dat we God vereren door te geloven in zijn beloftes. Luister naar Maarten Luther die een stevige greep kreeg op deze waarheid.

Geloof … eert hem die het vertrouwt met de meeste eerbied en hoogste respect want het beschouwt hem als eerlijk en vertrouwenswaardig. Er is geen andere eer gelijk aan de waardering van oprechtheid en rechtvaardigheid waarmee we degene eren die wij vertrouwen … Aan de andere kant, er is voor een mens geen manier om grotere minachting te tonen dan hem te beschouwen als vals en gemeen en verdacht, wat we doen als we hem niet vertrouwen (Selecties[4], pagina 59).

Vertrouwen op Gods beloftes is de fundamenteelste manier waarop je God op bewust wijze kunt eren. Als je gelooft in een belofte van God, eer je Gods capaciteit om te doen wat hij beloofde en zijn bereidheid om te doen wat hij beloofde en zijn wijsheid om te weten hoe dat te doen.

Een verheldering van ongeloofbestrijding

Gisteravond moest ik strijden tegen het ongeloof van de bezorgdheid of deze preek voor deze ochtenddienst op tijd klaar zou zijn want ik was er vrij laat mee begonnen. De manier waarop ik streed tegen deze bezorgdheid was door te geloven in de belofte van 2 Korintiërs 12:8 (“Je hebt niet meer dan mijn genade nodig, want kracht wordt zichtbaar in zwakheid.”) En toen ik geloofde in die belofte, werden Gods capaciteit om me te helpen, zijn wijsheid om me te helpen en zijn bereidheid om me te helpen vereerd. Als je iemand vertrouwt, eer je hem op het diepste niveau.

Dus als het doel van onze kerk bestaat uit het eren van God in alles wat we doen, moeten we dat tot onze doel stellen in alles wat we doen om ongeloof te bestrijden. Want niets onteert God meer dan niet te geloven wat hij zegt. Ofwel, in positieve bewoording, als ons doel is het vereren van God in alles wat we doen, dan moeten we in alles wat we doen het tot onze doel maken om te geloven in de beloftes van God. Want toen Abraham geloofde in de belofte van God, werd God geëerd.

Ik hoop daarom dat u inziet waarom ik denk dat deze serie berichten zo belangrijk voor ons is. Tenzij we in staat zijn te leren leven met het geloof in de beloftes van God, zullen we als kerk falen in ons doel. Tenzij we leren hoe te strijden tegen het voortdurend aanvallend ongeloof van onze harten, zullen we constant tekortschieten in de verering van God. En onze reden om te bestaan zou verloren zijn gegaan.

Drie dingen over het geloof dat God vereert

Ter voorbereiding van de overige berichten, laat me drie dingen zeggen over dit geloof dat God vereert. Als het te kort lijkt, bedenk dan dat die drie dingen deze herfst in elke preek terugkomen. Alles wat ik nu wil doen, is het introduceren ervan en de mentaliteit van onze kerk vorm geven in een bepaalde Bijbelse richting. En hopelijk, door dit te doen, voelt u zich gestimuleerd om op nieuwe manieren op God te vertrouwen.

1. Het is toekomstgericht

Het eerst wat ik over dit geloof wil zeggen is het volgende: Geloof dat God vereert, houdt in dat we onze hoop op geluk moeten baseren op de beloftes van God.

Anders gezegd, geloof is toekomstgericht. Het vertrouwt op God voor iets in de toekomst, hetzij over acht uur of over 8.000 jaar. De functie van gebeurtenissen uit het verleden (bijvoorbeeld de dood en wederopstanding van Christus voor onze zonden) is het ondersteunen van geloof in de beloftes die met onze toekomst te maken hebben. Geloven dat Christus eenmalig voor al onze zonden stierf in het verleden en dat hij herrees, is uiterst belangrijk voor de redding. Maar de reden dat het zo belangrijk is, is dat de dood en wederopstanding van Christus de garantie van Gods beloftes zijn. Mensen die beweren: “Ik geloof dat Christus stierf voor mijn zonden en dat hij herrees uit de dood,” maar die hun hoop niet dagelijks baseren op zijn beloftes – deze mensen hebben geen geloof dat eer geeft aan de God die zondaars rechtvaardigt.

U kunt dat terugvinden in onze tekst. Direct na de ophemeling van Abraham voor het geloven in de beloftes van God in verzen 19-21, zegt Paulus: “En dat werd hem als een daad van gerechtigheid toegerekend.” Hoe werd Abraham in Gods ogen dan gerechtvaardigd? Waarom keek God naar deze imperfecte man en beschouwde hij hem als rechtschapen? Antwoord: omdat hij geloofde in de beloftes van God. Het was toekomstgericht geloof dat rechtvaardigde.

Lees nu verder voor de toepassing op ons. Verzen 23-24,

En dit is niet alleen voor hem geschreven, maar ook voor ons, want ook wij zullen als rechtvaardigen worden aangenomen omdat we geloven in hem die Jezus, onze Heer, uit de dood heeft opgewekt.

Let op! Er staat niet: “Het wordt toegerekend aan ons die geloven in het historisch feit dat God in het verleden Jezus uit de dood opwekte.” Hoe cruciaal dat ook is. Er staat dat we als rechtvaardigen worden aangenomen als we geloven in God! Zoals Abraham geloofde in God! En deze God is de soort God die Jezus uit de dood opwekte opdat je hem kunt vertrouwen! Opdat u weet dat zijn Zoon voor altijd leeft om voor u te bemiddelen! Opdat u weet dat hij heerst in de overwinning op al uw vijanden. Opdat u weet, zoals vers 17 vermeldt, dat hij de doden levend maakt en in het leven roept wat niet bestaat. Hij kan alles doen! Niets is onmogelijk voor God. Daarom is hij absoluut te vertrouwen.

U wordt niet gerechtvaardigd door te geloven dat Jezus stierf voor zondaars en herrees. U wordt gerechtvaardigd door uw hoop te vestigen op de beloftes die God voor u veilig heeft gesteld en u garandeert met de dood en wederopstanding van zijn Zoon. Het geloof op basis waarvan God ons rechtvaardigt, al onze zonden vergeeft en ons gerechtigheid toekent, is het gevoel van tevreden zijn met de tegemoetkoming voor u van God volgens al zijn beloftes.

Dat is het eerste wat ik wou zeggen over geloof: het is toekomstgericht. Het betekent vestiging van onze hoop op vreugde op de beloftes van God, die verzekerd zijn door de dood en wederopstanding van Jezus.

2. Het brengt vrucht voort

Het tweede wat ik wil zegen over geloof in de beloftes van God is dat het voortbrengt wat Paulus “werk van het geloof³” noemt. Twee keer, eerst in 1 Thessalonicenzen 1:3 en dan in 2 Thessalonicenzen 1:11, verwijst Paulus naar het “werk van het geloof.” Wat hij bedoelt is dat er een dynamiek bestaat voor dit soort geloof, die altijd innerlijk reinigt (Handelingen 15:9) en zorgt voor liefdewerk.

De helderste bewering hierover is Galaten 5:6,

In Christus Jezus is het volkomen onbelangrijk of men wel of niet besneden is. Belangrijk is dat men gelooft en de liefde kent, die het geloof zijn kracht verleent.

Geloof is een kracht. Het laat het leven nooit onveranderd. Dat kan het niet want waarop je je hoop baseert overheerst altijd je leven. Als je je hoop vestigt op geld, als je je hoop vestigt op prestige, al je je hoop vestigt op vrije tijd en gemak, als je je hoop vestigt op macht en succes, beheerst dat de keuzes die je maakt en de mentaliteit die je ontwikkelt. En zo is dat ook met de dagelijkse vestiging van je hoop op de beloftes van God. Geloof in de beloftes van God is de penwortel van alle rechtvaardigheid en liefde.

Eerder in Galaten 2:20 zei Paulus:

Met Christus ben ik gekruisigd: ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij. Mijn leven hier op aarde leef ik in het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en zich voor mij heeft prijsgegeven.

Paulus leefde zijn dagelijks leven op basis van het geloof. Jezus hield voldoende van hem om voor hem te sterven en nu wist Paulus dat hij Hem kon vertrouwen, Hem kon geloven, dat Hij voor hem zal zorgen en al zijn behoeftes zou vervullen (Filippenzen 1:19). Als je je hoop vestigt op de beloftes van God en op de aanwezigheid van Jezus, leef je anders. Je bent vol van de vruchten van de gerechtigheid (Filippenzen 1:11).

Gezegend wie op de HEER vertrouwt,
wiens toeverlaat de HEER is.
Hij is als een boom geplant aan water,
zijn wortels reiken tot in de rivier.
Hij merkt de komst van de hitte niet op,
zijn bladeren blijven altijd groen.
Tijden van droogte deren hem niet,
steeds weer draagt hij vrucht.[5]

Dat is het tweede dat er te zeggen is over geloof: het produceert vruchten in onze levens. Geloof in de beloftes van God is niet iets doods en vruchteloos. Waarop je je vestigt voor vreugde, is wat je leven beheerst.

3. We moeten elke dag strijden tegen ongeloof

Het laatste wat ik u wil meegeven is nu slechts een zin. Om te blijven geloven in de beloftes van God en om de vruchten van het geloof te blijven dragen, moeten we elke dag strijden tegen ongeloof. Zodra je een Christen bent, is de strijd begonnen in plaats van beëindigd. Paulus zegt in 1 Timotheüs 6:12: “Strijd de goede strijd van het geloof, win het eeuwige leven waartoe je geroepen bent.”

Om te volharden tot het eeuwig leven, moeten we de goede strijd van het geloof strijden (1 Korintiërs 15:2; Colossenzen 1:23; Hebreeën 3:14). Dat is de strijd die we gaan bestuderen de komende 14 weken.

En ik geloof dat God ons deze studie heeft toegewezen omdat hij van ons houdt en omdat hij tot doel heeft om een aantal grote overwinningen naar onze levens en onze kerk te brengen. De reden dat ik dit geloof is vanwege de belofte in 1 Johannes 5:4: “En de overwinning op de wereld hebben wij behaald met ons geloof.”

Laten we buigen om te bidden. Een ieder van ons in deze zaal worstelt met de een of andere zonde. Het moge een nieuw idee voor ons zijn dat deze zonde is geworteld in ongeloof maar dat is het wel. Wat ik wil dat we gaan doen is zachtjes bidden dat God u helpt om dat verband te zien, en wijd u daarna aan het samen met mij de komende 14 weken te leren hoe te strijden tegen dat ongeloof om zo de zonde te overwinnen.

Noot van de vertaler

  1. Bijbelteksten zijn geciteerd uit de Nieuwe Bijbelvertaling (NBV) van 2004
  2. Originele naam: Battling Unbelief
  3. Herziene Bijbelvertaling (HBV)
  4. Originele titel: “Martin Luther: Selections from his Writings
  5. Jeremia 17:7-8