God sprak de goddelozen vrij

Uit Bijbelse Boeken en Preken

(Verschil tussen bewerkingen)
Ga naar:navigatie, zoeken
Pcain (Overleg | bijdragen)
(Nieuwe pagina aangemaakt met '{{info|God Justified the Ungodly}}<br> <blockquote><b>Romeinen 3:21-4:8</b><br><br>Maar nu is Gods gerechtigheid, waarvan de Wet en de Profeten al getuigen, zichtbaar...')

Huidige versie van 5 mei 2022 om 11:38

Verwante bronnen
More Door John Piper
Auteur Index
More Over Verzekering van de Verlossing
Onderwerp Index
Over deze vertaling
English: God Justified the Ungodly

© Desiring God

Share this
Onze Missie
Deze vertaling is van het Evangelie Vertalingen, een online dienst, de evangelie gecentreerde boeken en artikelen vrij verkrijgbaar in elke natie en taal.

Hier meer (English).
Hoe u kunt helpen
Als u goed Engels spreken, kunt u met ons vrijwillig als vertaler.

Hier meer (English).

Door John Piper Over Verzekering van de Verlossing
Een deel van de God's Invincible Purpose: Foundations for Full Assurance-serie

Vertaling door Bert Dijkhoff

Review U kunt ons helpen door de herziening van deze vertaling voor de nauwkeurigheid. Hier meer (English).



Romeinen 3:21-4:8

Maar nu is Gods gerechtigheid, waarvan de Wet en de Profeten al getuigen, zichtbaar geworden buiten de wet om: God schenkt vrijspraak op grond van geloof in Jezus Christus, aan allen die geloven. En er is geen onderscheid. Want iedereen heeft gezondigd en ontbeert de nabijheid van God, en iedereen wordt uit genade rechtvaardig verklaard, om niet, dankzij de verlossing door Christus Jezus. Hij is door God aangewezen om door zijn dood het middel tot verzoening te zijn voor wie gelooft. Hiermee toont God zijn gerechtigheid, want in zijn verdraagzaamheid gaat Hij voorbij aan de zonden die in het verleden zijn begaan, om nu, in deze tijd, zijn gerechtigheid te bewijzen: Hij laat zien dat Hij rechtvaardig is door iedereen vrij te spreken die in Jezus gelooft. Kan iemand zich dan nog ergens op laten voorstaand? Dat is uitgesloten. Door welke wet? De wet die naleving eist? Nee, door de wet van het geloof. Ik heb u er immers op gewezen dat een mens door geloof wordt vrijgesproken, en niet door de wet na te leven. Is God soms alleen de God van de Joden en niet ook van de andere volken? Zeker ook van de andere volken, want er is maar één God, en Hij zal zowel besnedenen als onbesnedenen op grond van hun geloof rechtvaardig verklaren. Stellen wij door het geloof de wet buiten werking? Integendeel, wij bevestigen de wet juist. Wat moeten wij nu zeggen over Abraham, de stamvader van ons volk? Wat heeft hij ondervonden? Indien hij rechtvaardig verklaard zou zijn op grond van zijn daden, dan had hij zich daarop kunnen laten voorstaan. Maar niet tegenover God, want wat zegt de Schrift? ‘Abraham vertrouwde op God, en dat werd hem als rechtvaardigheid toegerekend.’ Iemand die werkt, krijgt zijn loon niet als een gunst maar als een recht. Maar als iemand zelf niets inbrengt, maar wel zijn vertrouwen stelt in Hem die de schuldige vrijspreekt, dan wordt zijn vertrouwen hem als rechtvaardigheid toegerekend. Zo prijst ook David de mens gelukkig die, zonder eigen inbreng, door God rechtvaardig wordt verklaard: ‘Gelukkig de mens wiens onrecht is vergeven, wiens zonden zijn bedekt; gelukkig de mens wiens zonde de Heer niet telt.’1

Inhoud

De vaststelling van Gods gerechtigheid

Vorige week probeerde ik aan te tonen dat het grootste probleem dat opgelost werd met de dood van Christus, het probleem was dat God zelf onrechtvaardig leek omdat hij voorbij ging aan heel veel zonden die veroordeling verdienen. Het hele Oude Testament is een getuigenis van de waarheid dat God “liefdevol is en genadig, geduldig, trouw en waarachtig, die trouw blijft tot in het duizendste geslacht, die schuld misdaad en zonde vergeeft” (Exodus 34:6-7).

En ik zei dat we dit probleem nooit goed zullen aanvoelen tot we op God gericht zijn in ons denken over zonde en gerechtigheid.

Zonde (Romeinen 3:23) is primair geen overtreding tegen de mensheid. Het is een overtreding tegen God. “Want iedereen heeft gezondigd en ontbeert de nabijheid van God.” Zondigen is altijd iets werelds hoger waarderen dan God. Het is een bagatellisering van zijn glorie. Het is een ontering van zijn naam.

Maar Gods gerechtigheid is zijn belofte om te doen wat uiterst rechtvaardig is – namelijk de eer van zijn naam en de waarde van zijn glorie hoog houden. Gerechtigheid is het tegendeel van zonde. Zonde bagatelliseert de waarde van God door te kiezen tegen hem te zijn; gerechtigheid vergroot de waarde van God door te kiezen voor hem te zijn.

Dus als God alleen maar voorbij gaat aan zonden en zondaars laat gaan zonder straf, lijkt het alsof hij onrechtvaardig is. Hij lijkt te zeggen: de minachting van mijn waarde is niet belangrijk, bagatelliseren van mijn glorie is niet van belang, de ontering van mijn naam doet er niet toe. Als dat waar zou zijn, zou God onrechtvaardig zijn. En wij zouden zonder hoop zijn.

Maar God liet dat niet waar zijn. Hij bracht zijn Zoon, Jezus Christus, naar voren, die door de dood kon laten zien dat God rechtvaardig is. De dood van de Zoon van God is een bekendmaking van de waarde die God hecht aan zijn glorie, van de haat die hij heeft voor de zonde en de liefde die hij heeft voor zondaars.

De vrijspraak der goddelozen

Een ander woord voor het voorbij gaan aan zonde waardoor God onrechtvaardig leek, is “vrijspraak” – vrijspraak van de schuldige (Romeinen 4:5). Daarover wil ik het vandaag hebben. En niet alleen over het feit dat God voorbij ging aan zonden die lang geleden zijn begaan, maar ook dat hij voorbij ging aan de zonden van zijn volk, die we gisteren en deze ochtend begingen en die we morgen zullen begaan.

Vers 25 zegt dat toen Jezus stierf er twee dingen gebeurden, niet slechts één. “Hiermee [de dood van Christus] toont God zijn gerechtigheid … Hij laat zien dat Hij rechtvaardig is door iedereen vrij te spreken die in Jezus gelooft.” God komt rechtvaardig over en gelovigen zijn vrijgesproken.

Vandaag wil ik me niet richten op de subjectieve geloofsdaad waarmee we vrijspraak krijgen. Ik wil me richten op het objectieve werk van God bij de vrijspraak. Want ik denk dat wanneer we ons richten op dit grote werk – op wat God doet in plaats van wat wij doen – zullen we de overtuiging om het te accepteren voelen opwellen in onze harten.

Laten we kijken naar vier dingen die vrijspraak betekent voor degenen die de gift ontvangen dankzij hun vertrouwen in Jezus.

1. Vergeven voor al onze zonden

Ten eerste, vrijgesproken zijn, houdt in dat al onze zonden vergeven zijn.

Alle zonden – Verleden, heden en toekomst

Kijk naar Romeinen 4:5-8 waar Paulus de waarheid over vrijspraak onthult door het Oude Testament te citeren.

5) Maar als iemand zelf niets inbrengt, maar wel zijn vertrouwen stelt in Hem die de schuldige vrijspreekt, dan wordt zijn vertrouwen hem als rechtvaardigheid toegerekend. 6) Zo prijst ook David de mens gelukkig die, zonder eigen inbreng, door God rechtvaardig wordt verklaard: 7) ‘Gelukkig de mens wiens onrecht is vergeven, wiens zonden zijn bedekt; 8) gelukkig de mens wiens zonde de Heer niet telt.’

Dit is midden in het hart van de vrijspraak. Koester deze drie geweldige frasen uit de verzen 7-8: “onrecht is vergeven”, “zonden zijn bedekt”, “de Heer telt onze zonden niet”.

Let er eens op dat Paulus vergeving niet beperkt tot de zonden die we begingen voordat we geloofden – alsof je zonden uit het verleden vergeven zijn en voor je toekomst moet je het nog maar zien. Zo’n inperking wordt hier niet genoemd. De zegen van de vrijspraak is dat onrecht vergeven is, zonden bedekt zijn en de Heer onze zonden niet zal tellen. Dat is gesteld op een zeer absolute en onvoorwaardelijke manier.

Omdat Christus onze zonden en schuld droeg

Hoe kan hij in staat zijn dat te doen? Romeinen 3:24 zegt dat we rechtvaardig verklaard zijn “dankzij de verlossing door Christus Jezus.” Dat woord “verlossing” betekent bevrijding, vrijlating of loslating uit de een of andere slavernij of gevangenschap. Dus het punt is dat toen Jezus voor ons stierf, hij ons bevrijdde uit de slavernij van onze zonden. Hij brak de banden van de schuld die ons onder veroordeling had geplaatst.

Paulus zegt in Galaten 3:13: “Christus heeft ons vrijgekocht van de vloek van de wet door voor ons vervloekt te worden.” Petrus zegt (in I Petrus 2:24): “Hij heeft onze zonden gedragen met zijn lichaam aan het kruishout.” Jesaja zegt: “De wandaden van ons allen liet de HEER op hem neerkomen” (53:6).

Dus vrijspraak – de vergeving van zonden – komt ons toe omdat Christus onze zonde droeg, onze vloek droeg, onze schuld droeg, en zo ons bevrijdde van veroordeling. Dit is wat het betekent dat we vrijgesproken zijn “dankzij de verlossing door Christus Jezus.” Wij zijn bevrijd van de straf omdat hij de straf droeg.

Christus leed slechts één keer

Houd in het achterhoofd: hij leed slechts één keer. Hij wordt niet keer op keer geofferd tijdens het Heilig Avondmaal of de Eucharistie alsof zijn eerste offer niet genoeg zou zijn geweest. Hebreeën 9:26 luidt: “Hij [Christus] heeft zich bij de voltooiing van de tijden eenmaal geopenbaard, om met zijn offer de zonde teniet te doen” (conform Hebreeën 7:27). En nogmaals in 9:12: “Voor eens en altijd het hemelse heiligdom binnengegaan, en dan niet met bloed van bokken en jonge stieren maar met zijn eigen bloed. Zo heeft Hij een eeuwige verlossing verworven.” Dit is uiterste cruciaal om de glorie te begrijpen van wat God voor ons aan het kruis deed.

Ziet u het verband tussen de eens-en-voor-altijd dood van Christus en het geheel van uw zonden en de zonden van heel Gods volk? Het gaat niet om een paar zonden of alleen bepaalde soorten zonden of alleen reeds begane zonden maar om absoluut alle zonden die Christus voor heel zijn volk heeft weggeruimd.

Dus de vergeving die hoort bij de vrijspraak is de vergeving van al onze zonden uit het verleden, het heden en de toekomst. Dat is wat er gebeurde toen Christus stierf.

2. Erkend rechtvaardig met andermans rechtvaardigheid

Vrijgesproken zijn betekent erkend rechtvaardig te zijn waarbij Gods rechtvaardigheid ons is toegerekend of geteld wordt als de onze.

Wij zijn niet gewoon vergeven en zonder aanzien achtergelaten voor God. God schuift niet alleen onze zonden aan de kant maar rekent ons ook rechtvaardig en geeft ons een rechtvaardige positie naast hem. Hij geeft ons zijn eigen rechtvaardigheid.

De rechtvaardigheid van God dankzij geloof in Jezus

Kijk eens naar de verzen 21-22. Paulus zegt in vers 20 dat geen mens ooit als rechtvaardig geldt door de wet na te leven. Je kunt nooit een rechtvaardige positie bij God krijgen op basis van het streven de wet na te leven. Dan zegt hij (om te laten zien hoe vrijspraak wordt verkregen): “Maar nu is Gods gerechtigheid, waarvan de Wet en de Profeten al getuigen, zichtbaar geworden buiten de wet om: 22) God schenkt vrijspraak op grond van geloof in Jezus Christus, aan allen die geloven.”

Hoewel je door de wet na te leven geen vrijspraak kunt krijgen, bestaat de rechtvaardigheid van God, die je kunt ontvangen dankzij geloof in Jezus Christus. Dat bedoel ik als ik zeg dat vrijgesproken zijn betekent erkend te zijn als rechtvaardig. Gods rechtvaardigheid wordt ons toegerekend door het geloof.

Wanneer Jezus sterft om de rechtvaardigheid van God te laten zien, zoals we vorige week konden opmaken uit de verzen 25-26, stelt hij deze rechtvaardigheid beschikbaar als een gift aan zondaars. Zou Christus niet zijn gestorven om te laten zien dat God rechtvaardig is als hij aan zonden voorbij gaat, zou onze veroordeling de enige manier zijn waarop de rechtvaardigheid van God te zien zou zijn. Maar Christus stierf weldegelijk. En daardoor is nu de rechtvaardigheid van God geen veroordeling maar een gift van het leven aan allen die geloven.

II Korintiërs 5:21

II Korintiërs 5:21 is een van de meest adembenemende passages over deze geweldige gift van toegedichte rechtvaardigheid. “Ter wille van ons heeft God Hem die de zonde niet kende één gemaakt met de zonde, zodat wij in Hem rechtvaardig voor God konden worden.”

Christus kende de zonde niet. Hij was een perfect mens. Hij zondigde nooit. Hij leefde perfect voor de glorie van God heel zijn leven en in zijn dood. Hij was rechtvaardig. Wij daarentegen hebben allen gezondigd. Wij hebben de glorie van God gebagatelliseerd. We zijn onrechtvaardig.

Maar God, die ons koos in Christus Jezus voordat de aarde werd geschapen, bepaalde dat er een gigantische uitruil zou plaatsvinden: Hij zou van Christus de zonde maken – niet een zondaar maar de zonde – onze zonde, onze schuld, onze straf, onze vervreemding van God, onze onrechtvaardigheid. En hij zou de rechtvaardigheid van God, die door Christus op fantastische wijze werd bewezen, nemen en het ons opleggen en laten dragen en het ons laten hebben zoals Christus onze zonden had.

Het punt hier is niet dat Christus moreel een zondaar werd noch dat wij moreel rechtvaardig werden. Het punt is dat Christus andermans zonde draagt en daarvoor lijdt, en wij andermans rechtvaardigheid dragen en daardoor leven.

Vrijspraak gaat vooraf aan heiliging

Wees er zeker van dat u de objectieve werkelijkheid hiervan ziet buiten onszelf. Dit is nog niet de werkelijkheid van de heiliging – het eigenlijk proces van moreel rechtvaardig worden in de manier waarop we denken, voelen en leven. Dat is ook een gift (dat zullen we over drie weken zien). Maar het is op deze gebaseerd. Voordat iemand van ons ware evangelische vooruitgang kan boeken in gedeeltelijk rechtvaardig zijn, moeten we geloven dat we geheel rechtvaardig zijn bevonden. Anders gezegd, de enige zonde die je praktisch kunt overwinnen in de naam van God is een vergeven zonde. De grote gift van rechtvaardiging gaat vooraf aan het proces van heiliging en maakt dat proces mogelijk.

3. Geliefd door God en genadevol behandeld

Vrijgesproken zijn betekent dat God van je houdt en er genadevol met je wordt omgegaan.

Christus bewijst de grootte van Gods liefde voor ons

Als God niet van u zou houden, zou er geen probleem bestaan om met de dood van zijn Zoon op te lossen. Het was zijn liefde waardoor hij aan uw zonden voorbij ging, en daardoor leek hij onrechtvaardig. Als hij niet van u hield, zou hij het probleem van de zonde eenvoudigweg hebben opgelost door ons allemaal te veroordelen tot de ondergang. Dat zou zijn rechtvaardigheid hebben bevestigd. Maar dat deed hij niet. En de reden daarvoor is dat hij van u houdt.

Dit wordt zeer fraai weergegeven in Romeinen 5:6-8.

Toen wij nog hulpeloos waren is Christus immers voor ons, die op dat moment nog schuldig waren, gestorven. Er is bijna niemand die voor een rechtvaardig mens wil sterven; slechts een enkeling durft voor een goed mens zijn leven te geven. Maar God bewijst ons zijn liefde, doordat Christus voor ons gestorven is toen wij nog zondaars waren.

Wat God bewijst met de dood van zijn Zoon is niet alleen dat zijn rechtvaardigheid echt is maar ook de grootte van zijn liefde.

De vrije gift van God

In Romeinen 3:24 zegt Paulus: “ Iedereen wordt uit genade rechtvaardig verklaard, om niet.” De liefde van God voor zondaren vloeit over van genadegiften – dat zijn geschenken die afkomstig zijn van Gods overvloedige goedheid en niet van onze daden of onze waarde.

De vergeving van zonden en de rechtvaardigheid van God zijn gratis geschenken. Dat betekent dat ze ons niets kosten omdat ze Christus alles kosten. Ze kunnen niet verdiend worden met daden of geërfd via de ouders of opgenomen met behulp van sacramenten. Ze zijn gratis te ontvangen door het geloof.

Romeinen 5:17 zegt dat als volgt:

Als de dood kon gaan heersen door de overtreding van één mens, is het des te zekerder dat allen die de genade en de vrijspraak in zo’n overvloed hebben ontvangen, zullen heersen in het eeuwige leven, dankzij die ene mens Jezus Christus.

De vergeving van zonden en de rechtvaardigheid van God zijn gratis geschenken die voortvloeien uit de liefde van God.

Vrijgesproken zijn betekent vergeven zijn, erkend zijn als rechtvaardig, en door God te worden geliefd.

4. Voor altijd veilig gesteld door God

Ten slotte, vrijgesproken zijn betekent voor altijd veilig gesteld te zijn door God.

Dat is de hoogste zegen. Paulus verkondigt dit in Romeinen 8:30. “Wie Hij hiertoe heeft bestemd, heeft Hij ook geroepen; en wie Hij heeft geroepen, heeft Hij ook vrijgesproken; en wie Hij heeft vrijgesproken, heeft Hij ook laten delen in zijn luister.”

Als u vrijgesproken bent, deelt u ook in zijn luister. U zult delen in de luister van de tijd die komen gaat en voor altijd leven met God in vreugde en heiligheid. Waarom is dat zo zeker?

Het staat vast omdat het effect van de dood van Gods Zoon objectief, echt, definitief en onaantastbaar voor Gods mensen is. Wat het bereikt, bereikt het voor altijd. Het effect van het bloed van Christus is niet wispelturig – Wel reddend, niet reddend, wel reddend en dan weer niet reddend.

Dat is de kern van vers 32: “Zal Hij, die zijn eigen Zoon niet heeft gespaard, maar Hem omwille van ons allen heeft prijsgegeven, ons dan met Hem ook niet alles schenken?” – dat wil zeggen, zal hij ons niet ook verheerlijken! Ja! Hetzelfde offer dat onze vrijspraak veilig stelt, stelt ook onze verheerlijking veilig.

Als u deze morgen vrijgesproken bent, bent u de aanklacht en veroordeling voorbij. Vers 33: “Wie zal Gods uitverkorenen aanklagen? God zelf spreekt hen vrij.” Ziet u het punt dat hier gemaakt wordt: als God u heeft vrijgesproken via de dood van zijn Zoon, kan niemand – niet in de hemel, noch op aarde, noch onder de aarde – kan niemand u nog aanklagen. U zult verheerlijkt zijn.

Waarom? Omdat u zonder zonden bent? Nee. Omdat u vrijgesproken bent via het bloed van Christus.


Noot van de vertaler

1 Bijbelteksten zijn geciteerd uit de Nieuwe Bijbelvertaling van 2021 (NBV21)