Een passie voor Christus-vererende macht

Uit Bijbelse Boeken en Preken

Versie op 15 jan 2024 21:12 van Pcain (Overleg | bijdragen)
(wijz) ←Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie→ (wijz)
Ga naar:navigatie, zoeken

Verwante bronnen
More Door John Piper
Auteur Index
More Over Christelijke Biografie
Onderwerp Index
Over deze vertaling
English: A Passion for Christ-Exalting Power

© Desiring God

Share this
Onze Missie
Deze vertaling is van het Evangelie Vertalingen, een online dienst, de evangelie gecentreerde boeken en artikelen vrij verkrijgbaar in elke natie en taal.

Hier meer (English).
Hoe u kunt helpen
Als u goed Engels spreken, kunt u met ons vrijwillig als vertaler.

Hier meer (English).

Door John Piper Over Christelijke Biografie
Een deel van de 1991 Bethlehem Conference for Pastors-serie

Vertaling door Bert Dijkhoff

Review U kunt ons helpen door de herziening van deze vertaling voor de nauwkeurigheid. Hier meer (English).



Martyn Lloyd-Jones over de noodzaak van wederopstanding en doop met de Heilige Geest
Bethlehem Conferentie voor Predikanten 1991

Inhoud

Martyn Lloyd-Jones de predikant

In juli 1959 waren Martyn Lloyd-Jones en zijn vrouw Bethan op vakantie in Wales. Ze bezochten een klein kapelletje voor een gebedsbijeenkomst op zondagmorgen en Lloyd-Jones vroeg hen: “Wilt u dat ik deze morgen het woord doe?” De mensen aarzelden want het was in zijn vakantie en ze wouden niet onnodig een beroep doen op zijn energie. Maar zijn vrouw zei: “Laat hem, preken is zijn leven” (zie voetnoot 1). Dat is een ware uitspraak. In het voorwoord van zijn indrukwekkend boek, Prediking en Predikers, zei hij: “Preken is mijn levenswerk … voor mij is het werk van de prediking de hoogste en de geweldigste en de meest glorieuze roeping waartoe iemand kan worden opgeroepen (zie voetnoot 2).

Velen noemden hem de laatste der calvinistisch-methodistische predikanten omdat hij Calvijns liefde voor de ware en zuivere gereformeerde leer combineerde met het vuur en de passie van de 18de -eeuwse methodistische opleving (zie voetnoot 3). Veertig jaar geleden preekte hij van de kansel in Westminster Chapel te Londen. Normaliter betekende dat elk weekend drie verschillende preken, vrijdagavond, zondagmorgen en zondagavond. Aan het eind van zijn carrière merkte hij op: “Ik kan eerlijk gezegd beweren dat ik niet de weg over zou steken om mezelf te horen preken” (zie voetnoot 4).

Maar zo voelden anderen het niet. Toen J.I. Packer1 een 22-jarige student was hoorde hij in het schooljaar 1948-1949 Lloyd-Jones elke zondagavond een preek houden. Hij zei dat hij “nog nooit iemand op die manier had horen preken.” Het kwam bij hem binnen “met de kracht van een elektrische schok wat bij ten minste een van zijn toehoorders meer een gevoel voor God opleverde dan elk ander mens” die hij kende had kunnen opwekken (zie voetnoot 5).

Velen van ons hebben deze schok gevoeld, zelfs via de geschreven vorm van Lloyd-Jones’ preken. Ik herinner me heel duidelijk dat ik op Urbana ’67 George Verwer2 heb horen zeggen dat Lloyd-Jones’ beide boekdelen over de Bergrede het allerbeste zijn wat hij ooit gelezen had. Ik kocht de boeken en las ze in de zomer van 1968 tussen college en seminarium. Het effect was onvergetelijk. Sinds ik een kleine jongen was luisterend naar de preken van mijn vader, was ik niet zo onder de indruk van wat J.I. Packer noemde: “de grootheid en het gewicht van spirituele zaken” (zie voetnoot 6). Dat was de invloed die hij had en nog steeds heeft op veel mensen. Door sommigen werd hij eenvoudigweg de “grootste predikant van deze eeuw” genoemd (zie voetnoot 7).

Een sketch van zijn leven

Zijn pad naar Westminster was uniek. Hij werd geboren in Cardiff, Wales op 20 december 1899. Hij verhuisde naar Londen met zijn familie toen hij 14 was en hij ging naar de medische school St. Bartholomew’s Hospital waar hij zijn titel Doctor of Medicine in 1921 behaalde en de belangrijkste klinisch assistent werd van Sir Thomas Horder. De beroemde Horder beschreef Lloyd-Jones als “de scherpzinnigste denker die ik ken” (zie voetnoot 8).

Tussen 1921 en 1923 onderging hij een diepgaande bekering. Het veranderde zijn leven zodanig dat het een passie voor het preken opleverde, die veel zwaarder woog dan zijn roeping om arts te worden. Hij voelde een diep verlangen om terug te keren naar zijn geboortegrond in Wales en er te preken. Zijn eerste preek daar was in april 1925 en de toon die hij zette was het terugkerend thema in zijn leven: Wales had niet nog meer toespraken over sociale actie nodig, wat het nodig had was “een grote spirituele ontwaking.” Dat thema over wedergeboorte en kracht en ware vitaliteit bleef zijn levenslange passie (zie voetnoot 9).

In 1926 werd hij geroepen om predikant te worden van de Bethlehem Forward Movement Mission Church in Sandfields, Aberavon, en het jaar daarna trouwde hij op 8 januari met Bethan Phillips, een van zijn vroegere medestudenten geneeskunde. In het verloop van hun gezamenlijk leven kregen ze twee dochters, Elizabeth en Ann.

Zijn prediking werd beroemd in geheel Groot-Brittannië en Amerika. Het was populair, kristalhelder, zuiver in de leer, logisch en vol passie. In 1937 predikte hij in Philadelphia, en G. Campbell Morgan3 was daar toevallig ook. Die was zo onder de indruk dat hij zich geroepen voelde om Lloyd-Jones als zijn partner te bezoeken in Westminster Chapel te Londen.

In die tijd werd Lloyd-Jones in overweging genomen voor de post van directeur van het Calvinistic Methodist College in Bala, Noord-Wales. Daarom weigerde hij tijdelijk de vraag van Westminster om er een permanent staflid te worden. Maar het college wees hem af. Zijn belangrijkste voorstander in het collegebestuur had de trein gemist en kon zijn sollicitatie naar die directeurspost niet ondersteunen. En aldus accepteerde hij het verzoek van Westminster en bleef er 29 jaar tot zijn pensioen in 1968.

Ik moet hier even stoppen en dank uitspreken voor de teleurstellingen, kenteringen en tegenslagen in onze levens, die God gebruikt om ons daar te brengen waar hij ons hebben wil. Hoe anders zou het modern evangelisch christendom in Groot-Brittannië zijn als Martyn-Lloyd niet 30 jaar lang in Londen zou hebben gepredikt. Hoe anders zou mijn leven zijn geweest als ik zijn preken in de zomer van 1968 niet had gelezen! Prijs de Heer voor gemiste treinen en ander zogenaamde pech!

Lloyd-Jones en G. Campbell Morgan waren samen dominee tot Morgans pensionering in 1943. Vanaf toen was Lloyd-Jones bijna 30 jaar lang de enige predikkende dominee. In 1947 bestond het bezoek van de zondagmorgen uit ongeveer 1500 mensen en de zondagavond werd door 2000 mensen bezocht want ze werden aangetrokken door de helderheid, kracht en dogmatische diepgang van zijn prediking. Hij droeg een somber, zwart gewaad uit Genève en gebruikte geen trucjes of grappen. Net als Jonathan Edwards tweehonderd jaar ervoor boeide hij zijn publiek met het zuiver gewicht en de intensiteit van zijn visie op de waarheid.

In 1968 werd hij ziek en beschouwde dat als een teken om met pensioen te gaan waarna hij zichzelf meer wijdde aan het schrijven. Dat zette hij zo’n twaalf jaar voort en hij stierf vredig in zijn slaap op 1 maart 1981.

Wedergeboorte is een doop in de Heilige Geest

Vanaf het begin tot het einde was het leven van Martyn Lloyd-Jones een schreeuw naar diepgang op twee gebieden – diepgang in de Bijbelse leer en diepgang in levensbelangrijke spirituele belevenissen. Licht en warmte. Logica en vuur. Woord en Geest. Keer op keer vocht hij op twee fronten: aan de ene kant tegen het dode, formele institutioneel intellectualisme, en aan de andere kant tegen oppervlakkige, lichtzinnige emotionaliteit omtrent vermaak en mensen. Hij zag de wereld in een wanhopige toestand zonder Christus en zonder hoop; en een kerk zonder macht om hierin verandering aan te brengen. Eén vleugel van de kerk ziftte intellectuele muggen uit en de andere slikte de misstanden van het evangelisch compromis of van de onzorgvuldige, charismatische leer (zie voetnoot 10). De enige hoop die Lloyd-Jones had was de historische en Godgerichte wedergeboorte.

Wat ik met u wil doen deze morgen is bezinnen op de betekenis van de wedergeboorte in Lloyd-Jones’ prediking – of specifieker, ik wil begrijpen wat voor soort macht hij zocht en hoe hij dacht dat die eruit zou zien toen het kwam, en hoe hij dacht dat wij het moesten zoeken (zie voetnoot 11).

Volgens mij heeft Lloyd-Jones deze eeuw meer dan welk ander mens dan ook, gedaan om de historische betekenis van het woord wedergeboorte te herstellen.

Een wedergeboorte is een wonder … iets wat alleen verklaard kan worden als het direct … ingrijpen van God … De mensen kunnen evangelische campagnes organiseren maar kunnen niet voor een wedergeboorte zorgen en hebben dat ook nog nooit gedaan (zie voetnoot 12).

Maar voor Lloyd-Jones was het een groot drama dat de hele diepere betekenis van de wedergeboorte als een onafhankelijke uitstorting van de Heilige Geest, verloren was gegaan tegen de tijd dat hij het onderwerp oppakte in 1959 tijdens het 100ste jubileum van de Welsh Revival. “In de laatste zeventig tot tachtig jaren,” zei hij, “is het hele besef van een huisbezoek, een doop in Gods Geest in de Kerk, verdwenen” (zie voetnoot 13).

Hij gaf hiervoor verschillende oorzaken (zie voetnoot 14). Maar hij zei dat de belangrijkste theologische reden voor de algehele onverschilligheid jegens de wedergeboorte, de opvatting is dat de Heilige Geest voor eens en altijd werd gegeven tijdens Pinksteren zodat Hij niet nog een keer uitgestort kan worden en dus hiervoor bidden niet goed en zinloos is (zie voetnoot 15). Hier begint Lloyd-Jones zich af te splitsen van enkele evangelische standaardinterpretaties van de doop in de Heilige Geest. Hij wees nadrukkelijk de gewone interpretatie af, die overeenkomt met de spirituele doop in Handelingen 2 en 1 Corinthiërs 12:13. Hij omschrijft de interpretatie die hij afwijst als volgt:

Ja, [Handelingen 2] was de doop in de Heilige Geest. Maar wij allemaal krijgen het in de huidige tijd, en het gebeurt onbewust, we hebben er geen besef van, het overkomt ons op het moment dat we geloven en we worden wedergeboren. Het is precies die handeling van God die ons verenigt met het Lichaam van Christus. Dat is de doop in de Geest.

Dus het heeft geen zin wanneer je bidt voor een andere doop in de Geest, of dat je God vraagt om Zijn Geest uit te storten over de kerk … Het is dan ook geen verrassing dat, toen die soorten prediking gangbaar werden, de mensen ophielden met bidden voor een wedergeboorte” (zie voetnoot 16).

Toen een gereformeerde theoloog als Klaas Runia de Pinksterbeweging betwistte, stemde Lloyd-Jones ermee in dat vasthoudendheid aan tongen en aan de “stelling” omtrent gaven verkeerd waren maar hij was evengoed verward door Runia’s idee over de doop in de Geest. Hij schreef hem en zei:

Ik heb nog steeds het gevoel dat u de wedergeboorte niet toelaat. Dat laat u zien als u zegt: “Lees alle tekstdelen die gaan over de Heilige Geest en de Kerk. Het is altijd: Wordt wat u bent, jullie ALLEMAAL.” Het is gewoon een kwestie van “Wordt wat u bent” en niets meer want hoe kan iemand bidden voor wedergeboorte en hoe verklaar je nou de wedergeboorten in de geschiedenis van de kerk (zie voetnoot 17)? Wedergeboorte is als de Geest neerkomt, uitgestort is. Lloyd-Jones is kristalhelder over hoe hij denkt over de samenhang tussen de wedergeboorte en de doop met de Heilige Geest.

Hier is het eerste uitgangspunt … Ik beweer dat je een gelovige kunt zijn, dat de Heilige Geest in je kan wonen, en je toch niet gedoopt bent met de Heilige Geest … De doop in de Heilige Geest is iets wat gedaan wordt door de Heer Jezus Christus en niet door de Heilige Geest … Dat we gedoopt zijn in het lichaam van Christus is het werk van de Geest [dat is het punt in 1 Cor. 12:13] want de wedergeboorte is zijn werk, maar dit is iets totaal anders; hier is het Christus die ons doopt met de Heilige Geest. En ik vermoed dat dit daarom iets duidelijk anders is dan en apart staat van een christen worden, wedergeboren worden terwijl de Heilige Geest in u verblijft (zie voetnoot 18).

Hij klaagt dat wanneer je de doop in de Heilige Geest identificeert met de wedergeboorte het hele ding niet ervaren wordt en in het onderbewustzijn plaatsvindt. Dat is niet zoals het beleefd werd in het boek Handelingen (zie voetnoot 19). Dus sprake hij in krachtige bewoordingen over zo’n zienswijze:

De mensen die zeggen dat dit [de doop met de Heilige Geest] gebeurt bij iedereen tijdens de wedergeboorte, lijken me niet alleen het Nieuwe Testament te verloochenen maar met zekerheid ook de Geest te doven” (zie voetnoot 20).

De doop in de Heilige Geest geeft uitzonderlijke zekerheid en vreugde

Hij gelooft dat deze zienswijze ons ontmoedigt om te gaan zoeken naar wat de kerk tegenwoordig zo hard nodig heeft. “De grootste behoefte van de huidige tijd,” zegt hij, “is bestemd voor christelijke mensen die zeker zijn van hun redding” – die op een speciale manier wordt gegeven via de doop in de Heilige Geest (zie voetnoot 21). Hij maakt onderscheid tussen de “gewone zekerheid” van het kind van God, en wat hij “ongewone zekerheid” (zie voetnoot 22) of “volledige zekerheid” (zie voetnoot 23) noemt, die komt via de doop in de Heilige Geest.

Wanneer christenen gedoopt worden met de Heilige Geest krijgen ze een sensatie van de macht en aanwezigheid van God, die ze nog nooit eerder hebben gehad – en dat is de grootst mogelijke vorm van zekerheid (zie voetnoot 24).

De doop in de Geest is een nieuwe, frisse openbaring van God aan de ziel. U hebt overweldigende kennis gekregen over Gods liefde voor u via onze Heer en Redder Jezus Christus … Dit is het grootste en belangrijkste kenmerk van de doop met de Geest (zie voetnoot 25). Het is ervaringsgericht. Het is onmiskenbaar. Er is een nabijheid die verder gaat dan alledaagse belevingen. Het vult met overdonderende vreugde (zie voetnoot 26). Het verandert voorstanders van Christus in getuigen van wat ze hebben gezien en gehoord (zie voetnoot 27).

Hij verduidelijkt het verschil tussen vaststaande, alledaagse christelijke ervaringen en de ervaring met de doop in de Geest door een verhaal van Thomas Goodwin4 te vertellen.

Een man en zijn kindje lopen over straat, ze lopen hand in hand, en het kind weet dat het ‘t kind van zijn vader is, en het weet dat zijn vader van hem houdt en hij is daar blij om, hij is er gelukkig door. Daarover bestaat geen twijfel maar opeens, vanuit een opwelling, pakt de vader het kind en tilt het op, houdt het in z’n armen en aait het, kust het, omarmt het, overspoelt het met liefde, zet het dan weer neer en ze wandelen verder.

Dit is het! Het kind wist vooraf dat zijn vader van hem hield en het wist dat het zijn kind was. Maar oh! die liefdevolle omarming, deze extra uitstorting van liefde, deze bijzondere uiting daarvan – dat is je van het. De Geest die samen met onze geesten er getuige van is dat we kinderen van God zijn” (zie voetnoot 28).

Als Jezus iemand doopt met de Heilige Geest, zegt Lloyd-Jones, dat deze persoon “niet alleen gedragen wordt van twijfel naar geloof maar ook naar zekerheid, naar bewustwording van de nabijheid van en de glorie van God (zie voetnoot 29).

Dit is wat Lloyd-Jones bedoelt met wedergeboorte:

Het verschil tussen de doop in de Heilige Geest en een wedergeboorte is eenvoudigweg een kwestie van het aantal betroffen mensen. Wedergeboorte zou ik definiëren als een groot aantal, een groep mensen, dat tegelijkertijd met de Heilige Geest wordt gedoopt; of de Heilige Geest wordt uitgestort over, of komt over een aantal bijeengekomen mensen. Het kan gebeuren in een regio, het kan gebeuren in een land (zie voetnoot 30).

Doop met de Heilige Geest is een bekrachtiging van het evangelie

En wanneer het gebeurt, is het zichtbaar. Het is niet alleen maar een stille, persoonlijke ervaring in de kerk. Er gebeuren dingen waardoor de wereld even stil staat en oplet. Dit is wat voor Lloyd-Jones zo belangrijk was. Hij voelde zich bijna overspoeld door de verdorvenheid van de wereld en de zwakheid van de kerk. En geloofde dat de enige hoop iets schitterends was.

De christelijke kerk vandaag de dag faalt, ze faalt jammerlijk. Het is zelfs niet genoeg om orthodox te zijn. Uiteraard moet je orthodox zijn, anders heb je de boodschap niet begrepen … Wij hebben autoriteit nodig en we hebben bevestiging nodig … Is het niet duidelijk dat we leven in een tijdperk waarin we een speciale bevestiging nodig hebben – met andere woorden, we moeten de wedergeboorte hebben (zie voetnoot 31).

Dus wedergeboorte was voor Lloyd-Jones een soort machtsdemonstratie die de waarheid van het evangelie zou bekrachtigen voor de wanhopige, verharde wereld. Zijn 25-jaar oude beschrijving van die wereld klinkt verbazingwekkend actueel.

We worden niet alleen geconfronteerd met materialisme, wereldsgezindheid, onverschilligheid, hardvochtigheid en botheid – maar we horen ook meer en meer … over bepaalde verschijningen van kwade machten en het bestaan van boze geesten. Het is tegenwoordig niet puur de zonde die een probleem vormt in dit land. Er is ook een nieuwe opkomst van zwarte magie, duivelsaanbidding en duistere machten evenals drugsgebruik en sommige dingen waar dat toe leidt. Dat is waarom ik denk dat we een dringende behoefte hebben aan een soort manifestatie, een soort demonstratie van de machten van de Heilige Geest (zie voetnoot 32).

Hij maant tot voorzichtigheid dat we niet alleen maar aan die wedergeboorte denken. Hij waarschuwt ervoor niet te geïnteresseerd te zijn in het uitzonderlijke en het buitengewone. Veracht niet de kleine dagelijkse dingen. Veracht niet het alledaagse werk van de kerk en het alledaagse werk van de Geest (zie voetnoot 33).

Maar ik krijg de heldere indruk dat Lloyd-Jones in toenemende mate gedesillusioneerd was door het “alledaagse”, het “gangbare” en het “gebruikelijke” naarmate zijn diensttijd bij Westminster richting het einde ging. Klinkt het niet zo als hij zegt:

[We] kunnen zorgen voor een flink aantal bekeerlingen, God zij dank daarvoor, en dat gebeurt regelmatig elke zondag in evangelische kerken. Maar de behoefte vandaag de dag is te groot hiervoor. Er is hedendaagse behoefte aan een bekrachtiging van God, van het bovennatuurlijke, van het spirituele, van het eeuwige, en dat kan alleen door God beantwoord worden als hij genadevol luistert naar onze roep en zijn Geest nogmaals over ons uitwerpt en ons vult zoals hij de vroege kerk bleef vullen (zie voetnoot 34).

Wat nodig is, is een krachtige demonstratie van de macht van God, een soort bekrachtiging door de Almachtige, die de mensen afdwingt aandacht te geven, te kijken en te luisteren. En de geschiedenis van alle wedergeboorten uit het verleden toont duidelijk aan dat dit steevast het effect van wedergeboorte is, zonder ook maar een enkele uitzondering. Daarom vraag ik de aandacht voor de wedergeboorte. Daarom dring ik er bij u op aan om hiervoor te bidden. Wanneer God handelt, kan hij in één minuut meer doen dan een mens met zijn organisatie kan doen in vijftig jaar (zie voetnoot 35).

Wat zo zwaar drukt op het hart van Lloyd-Jones is dat de naam van God bekrachtigd en zijn glorie in de wereld openbaar wordt. “We moeten ervoor zorgen,” zegt hij, “dat we iets gaan zien wat de naties zal boeien, alle mensen, en ervoor zal zorgen dat ze stil staan en nog eens gaan nadenken” (zie voetnoot 36). Dat is precies waarover de doop in de Heilige Geest gaat.

Het doel, de hoofdfunctie van de doop met de Heilige Geest, is … het zodanig voor Gods mensen mogelijk maken dat hun getuigenis een fenomeen wordt en mensen er door geboeid en aangetrokken worden (zie voetnoot 37).

Hier nu komen spirituele gaven om de hoek kijken – dingen zoals gebedsgenezing, wonderen, profetie en spreken in tongen, het hele gebied van tekenen en wonderen. Lloyd-Jones spreekt hier power evangelisatie aan lang voordat John Wimber5 dat deed.