De boodschapper
Uit Bijbelse Boeken en Preken
Door R.C. Sproul
Over The Bible
Een deel van de Article-serie
Vertaling door Bert Dijkhoff
U kunt ons helpen door de herziening van deze vertaling voor de nauwkeurigheid. Hier meer (English).
Het alom aanwezig logo dat als raamsticker te vinden is bij vrijwel elke bloemenwinkel in Amerika ter aanduiding van de F.T.D.-dienst (Floral Telegraph Delivery)[1], laat de afbeelding zien van de mythologische godheid die Mercurius wordt genoemd bij de Romeinen en Hermes bij de Grieken. Mercurius (of Hermes) wordt afgebeeld met vleugels op zijn helm en vleugels aan zijn voeten. Deze vleugels werden gebruikt voor bovenmenselijke snelheid, een eigenschap nodig voor de godheid die omschreven werd als de “boodschapper der goden.”
De term “hermeneutiek” heeft dezelfde wortel die bestaat uit de naam van de Griekse tegenhanger van Mercurius, Hermes. De wortel betreft de levering van een “boodschap.” Als we de Bijbel lezen, geloven we niet dat we er de Olympische wijsheid van Zeus of Jupiter tegenkomen, maar wel het Woord van de Allerhoogste God. De Bijbel is het goddelijk woord of de “boodschap” van God. Het is de boodschap van God omdat het van God is en het van God komt. Het orthodox christendom bevestigt de onfeilbaarheid van de goddelijke boodschap en de inspiratie van de menselijke auteurs die God gebruikte om deze boodschap over te brengen. De profeten en apostelen bedachten de boodschap niet zelf, zij waren slechts de overbrengers van de boodschap of de door God aangewezen boodschappers. (Het is ironisch dat de apostel Paulus ooit onterecht werd aangezien voor Hermes in persona.)
Het probleem dat we zien bij Bijbelse interpretatie is dat hoewel de boodschap onfeilbaar is en de boodschappers geïnspireerd waren, de ontvangers van de boodschap noch onfeilbaar noch geïnspireerd zijn (tenzij je gelooft in de onfeilbaarheid van de kerk – wat slechts één stap van het probleem oplost). Vroeg of laat bereikt de boodschap ons en wij kunnen de boodschap en de boodschappers verkeerd begrijpen.
Daarom hebben wij een wetenschap die hermeneutiek wordt genoemd – om ons bij te staan in het verkrijgen van de correcte interpretatie van de Bijbelse boodschap. Merk op dat ik zei de correcte interpretatie en niet een correcte interpretatie. Ik gebruikte het bepaald lidwoord in plaats van het onbepaald lidwoord. Mijn aanname is hier dat, hoewel er 1000 toepassingen van een gegeven tekst kunnen zijn, er maar één correcte betekenis is. We zeggen dit omdat we niet geloven dat de Bijbel een wassen neus is, die in elke figuur gevormd kan worden naar de subjectieve grillen van de lezer.
De klassieke hermeneutiek zoekt de objectieve betekenis van de Schrift voordat het op de juist wijze toegepast wordt op het gelezen onderwerp. In recente decennia is deze zaak van de objectieve betekenis een grote kwestie geworden onder Bijbelonderzoekers. Momenteel is er een hermeneutische oorlog gaande over dit specifiek punt. Rudolf Bultmann[2] bijvoorbeeld stelt dat het achterhalen van de objectieve betekenis van de Bijbel niet alleen onmogelijk maar ook onwenselijk is. Hier hebben de invloeden van het existentialisme en subjectivisme het wezen van de Schrift weggenomen, en we weten niet waarheen ze het hebben gebracht.
De Reformatie legde de nadruk op het zoeken naar de letterlijke betekenis van de Bijbel. Dat principe wordt vaak totaal verkeerd begrepen. Wat Luther bedoelde met de sensus literalis (letterlijke betekenis) van de Schrift is dat de Bijbel begrepen en geïnterpreteerd moet worden als literatuur[3]. Het is een geschreven boodschap die een brede verscheidenheid aan literaire vormen en instrumenten kent. Het bevat historische verhalen, brieven (epistels), gedichten, enz. Het maakt gebruik van personificaties, vergelijkingen, zinspreuken, spreekwoorden, preken, hyperbolen, en dergelijke. De Bijbel “letterlijk” uitleggen betreft het zien van verhalen als verhalen, gedichten als gedichten, leerstukken als leerstukken, spreekwoorden als spreekwoorden, enz. Toepassen van de literaire regels van de dichtkunst op historische verhalen of de regels van de verhaalkunde op gedichten geeft vervorming van de tekstuele betekenis. In dat opzicht moet de Bijbel, hoewel het niet lijkt op enig ander boek gezien zijn inspiratie en goddelijke oorsprong, als elk ander boek gelezen worden. De inspiratie van de Heilige Geest wijzigt een zelfstandig naamwoord niet in een werkwoord of de actieve vorm in de passieve vorm of een aanvoegende wijs in een aantonende wijs. Om verantwoord de Schrift uit te leggen is vereist dat we de basis van grammatica en literaire interpretatie leren beheersen.
Omdat de Bijbel vertaald is in een groot aantal talen, is het belangrijk te weten dat geen enkele vertaling exact woord voor woord overeenkomt met de originele Hebreeuwse en Griekse teksten van de Bijbel. Daarom eisen veel dan wel de meeste seminaria een studie van de oorspronkelijke talen van de Bijbel.
De Bijbel is ook geschreven in een historische context. Het is zinvol voor de serieuze Bijbelstudent om iets te weten over de historische context waarin de Bijbel geschreven is. Dat helpt om ons te weerhouden van de neiging om onze eigen culturele en historische context op de tekst van de Bijbel te projecteren. Wij zijn cultureel, historisch en taalkundig duizenden jaren verwijderd van de oorspronkelijke teksten van de Bijbel.
Een ander probleem dat we tegenkomen bij het uitleggen van de Bijbel, is een logisch probleem. Zelfs als we de oude talen beheersen op het gebied van vocabulaire en grammatica, en we deskundige studenten worden in de oude historie en cultuur, is dat nog geen garantie dat we de Bijbel accuraat zullen interpreteren. Een van de meest voorkomende oorzaken van misinterpretatie van de Schrift is het maken van valse conclusies uit de tekst. Hiermee wordt bedoeld dat we logische fouten maken en zo zinloze conclusies trekken uit wat we lezen. De basisregels van de logica en logische tekstuele conclusies zijn van vitaal belang voor een correcte interpretatie. We moeten bijvoorbeeld het verschil weten tussen een mogelijke gevolgtrekking en een noodzakelijke gevolgtrekking. Laat ik dat eens toelichten. Had Jezus in Zijn herrezen lichaam het vermogen om dwars door voorwerpen zoals deuren te gaan? Hoe je die vraag beantwoordt kan afhangen van hoe je het belang opvat van de in de Bijbel genoemde verschijning van Jezus voor Zijn discipelen in de bovenzaal waar ze bijeen waren gekomen. Volgens dat verhaal was de deur gesloten “uit angst voor de Joden.”[4] Was het doel van de toevoeging van dit detail over de deur opzet van de auteur om ons iets duidelijk te maken over de staat van Jezus’ herrezen lichaam of was het om de aandacht te leggen op de staat van de discipelen (angst) op het moment van Jezus’ verschijning? De Bijbel vermeldt niet expliciet dat Jezus door de gesloten deur liep. Er staat slechts dat Hij verscheen in hun midden. De tekst kan suggereren dat Jezus door een vast voorwerp ging maar benoemt dat niet expliciet. Dat Hij door vaste voorwerpen ging is een mogelijke gevolgtrekking uit de tekst maar niet een noodzakelijke.
Dit is maar één voorbeeld uit een heleboel teksten die gebruikt worden om theologieën of gevolgtrekkingen samen te stellen die of eventueel mogelijk zijn of helemaal niet kloppen.
Dit zijn enkele van de redenen waarom de behoedzame Bijbelstudent zorgvuldig zal zijn in het gebruiken van goede toelichtingen die ons regelmatig helpen te vermijden dat onze persoonlijke neigingen de tekst verdraaien.
De ultimatieve verklaarder van de Bijbel is de Bijbel zelf. De basisregel in de Bijbelse hermeneutiek is de “geloofsregel” dat de Schrift zichzelf verklaart. We mogen nooit de Geest van God beledigen door de Schrift zo uit te leggen dat geweld wordt gedaan aan wat de Schrift zegt op andere plekken.
Noot van de vertaler