Hoe een toevluchtsoord voor uw kinderen te zijn

Uit Bijbelse Boeken en Preken

Ga naar:navigatie, zoeken

Verwante bronnen
More Door John Piper
Auteur Index
More Over Ouderschap
Onderwerp Index
Over deze vertaling
English: How to Be a Refuge for Your Children

© Desiring God

Share this
Onze Missie
Deze vertaling is van het Evangelie Vertalingen, een online dienst, de evangelie gecentreerde boeken en artikelen vrij verkrijgbaar in elke natie en taal.

Hier meer (English).
Hoe u kunt helpen
Als u goed Engels spreken, kunt u met ons vrijwillig als vertaler.

Hier meer (English).

Door John Piper Over Ouderschap
Een deel van de Taste & See-serie

Vertaling door Bert Dijkhoff

Review U kunt ons helpen door de herziening van deze vertaling voor de nauwkeurigheid. Hier meer (English).



Spreuken 14:26

In de vreze des HEEREN is een sterk vertrouwen, en voor Zijn kinderen zal Hij een toevlucht zijn.1

Als Vader bang is tot wie kan een klein kind zich dan wenden? Vaders worden geacht geborgenheid te bieden. Ze worden geacht te weten wat te doen, hoe problemen op te lossen en dingen voor elkaar te krijgen en boven alles de kinderen te beschermen tegen het kwaad. Maar wat gebeurt er als een kind angst ziet in Vaders gezicht? Wat als Vader net zo angstig is als het kind, en niet weet wat hij moet doen? Dan is het kind geheel ontredderd en voelt het zich panisch. Het voelt dat de enige machtige, goede en betrouwbare schuilplaats niet meer veilig is.

Maar wanneer Vader vertrouwensvol overkomt dan hebben de kinderen een toevluchtsoord. Wanneer vader niet in paniek raakt maar kalm en betrouwbaar blijft, kunnen alle muren instorten, alle golven breken, alle slangen sissen, leeuwen brullen en de wind huilen maar desondanks zal er een veilige plek zijn in Vaders armen. Vader is een toevluchtsoord zolang Vader betrouwbaar overkomt.

Daarom staat er in Spreuken 14:26: “en voor Zijn kinderen zal Hij een toevlucht zijn,” wanneer in Vader “sterk vertrouwen” is. Vader’s betrouwbaarheid is de schuilplaats van zijn kinderen. Vaders, de strijd om vol vertrouwen te zijn gaat niet alleen maar over ons, het gaat om zekerheid voor onze kinderen. Het gaat om hun gevoel van veiligheid en geluk. Het gaat erom of ze vol van zorgen of vol van geloof opgroeien. Totdat kinderen in staat zijn God te kennen op een diepe, persoonlijke wijze, zijn wij het beeld en de belichaming van God in hun levens. Als we voor hen vertrouwensvol, betrouwbaar en veilig zijn, is het waarschijnlijker dat ze zich meer aan God als hun schuilplaats hechten wanneer de storm over hen uitbreekt.

Maar hoe verkrijgen wij een “sterk vertrouwen”? Per slot van rekening zijn ook wij kleine kinderen, als kleipotten zwak en gemakkelijk gebroken, strijdend tegen zorgen en twijfel. Bestaat de oplossing uit het laten zien van de beste show die we maar kunnen geven en onze ware zelf verbergen? Dat zal leiden tot maagzweren op z’n best en Godonterende tiener-verstotende dubbelhartigheid op z’n slechtst. Dat is niet het antwoord.

Spreuken 14:26 geeft een ander antwoord: “In de vreze des HEEREN is een sterk vertrouwen.” Dat is zeer vreemd. Er staat dat vrees de oplossing is voor vrees. De oplossing voor beschroomdheid is vrees. De oplossing voor onzekerheid is vrees. De oplossing voor twijfel is vrees.

Hoe kan dat?

Een deel van het antwoord is dat de “vreze des HEEREN” betekent vrezen de Heer te onteren. Dat betekent vrezen de Heer te wantrouwen. Dat betekent vrezen angst te hebben voor alles wat de Heer u belooft heeft om te overwinnen. Met andere woorden de vrees voor de Heer is de grote angstverwoester.

Wanneer de Heer zegt: “Wees niet bevreesd, want Ik ben met u, wees niet verschrikt, want Ik ben uw God. Ik sterk u, ook help Ik u,” (Jesaja 41:10), dan is het iets beangstigend om bezorgd te zijn over het probleem waarvan hij zegt dat hij u ermee wil helpen. Vrees voor dat probleem wanneer hij zegt: “Vrees niet, Ik zal u helpen” is een motie van wantrouwen tegen Gods woord en dat is een grote ontering van God. En de vreze des Heeren huivert van zo’n ontering van God.

Wanneer de Heer zegt: “Ik zal u beslist niet loslaten en Ik zal u beslist niet verlaten” kunt u met goede moed zeggen: “De Heere is voor mij een Helper en ik zal niet vrezen. Wat zal een mens mij doen?” (Hebreeën 13:5-6) – wanneer de Heer dat tegen u zegt is het een soort hoogmoed om geen vertrouwen te hebben in de beloofde aanwezigheid en hulp van de Heer. Dat zet onze eigen afrekening met problemen boven dat van God. Daarom lezen we de verbazingwekkende woorden van de Heer in Jesaja 51:12: “Ik, Ik ben het Die u troost. Wie bent u dat u bevreesd bent voor een sterveling, die sterven moet, voor een mensenkind, gras, dat vergaat?” Wie bent u om stervelingen te vrezen als God u zijn hulp beloofd heeft? Dus het is hoogmoed om stervelingen te vrezen. En hoogmoed is het exacte tegendeel van de vrees voor God.

Dus, ja, de Spreuk is waar en vormt een grote hulp voor ons. Vrees God vaders, vrees God. Vrees hem te onteren. Vrees hem te wantrouwen. Vrees de plaatsing van uw beoordeling van het probleem boven de zijne. Hij zegt dat hij u kan helpen. Hij is verstandiger. Hij is sterker. Hij is royaler. Vertrouw hem. Vrees niet hem te vertrouwen.

Waarom? Hij doet iets voor hen die op hem wachten (Jesaja 64:4). Hij zal het probleem oplossen. Hij zal de familie redden. Hij zal voor de jongeren zorgen. Hij zal uw eindjes aan elkaar knopen. Vrees niet het geloof daarin. Dan zullen uw kinderen een toevluchtsoord hebben. Dan zullen ze een Vader hebben met “sterk vertrouwen” – niet in hemzelf maar in de beloftes van God, die hij vreest te wantrouwen.

Lerend de Heer te vrezen in het belang van mijn kinderen,

Predikant John

Noot van de vertaler

1 Bijbelteksten zijn geciteerd uit de Herziene Statenvertaling (HSV)