Huwelijk: Een matrix van Christelijk Hedonisme
Uit Bijbelse Boeken en Preken
Door John Piper
Over Christian Hedonism
Een deel van de Desiring God-serie
Vertaling door Bert Dijkhoff
U kunt ons helpen door de herziening van deze vertaling voor de nauwkeurigheid. Hier meer (English).
Efeziërs 5:21-331
21) Aanvaard elkaars gezag uit eerbied voor Christus. 22) Vrouwen, erken het gezag van uw man als dat van de Heer, 23) want een man is het hoofd van zijn vrouw, zoals Christus het hoofd is van de kerk, het lichaam dat hij gered heeft. 24) En zoals de kerk het gezag van Christus erkent, zo moeten vrouwen in ieder opzicht het gezag van hun man erkennen. 25) Mannen, heb uw vrouw lief, zoals Christus de kerk heeft liefgehad en zich voor haar heeft prijsgegeven 26) om haar te heiligen, haar te reinigen met water en woorden 27) en om haar in al haar luister bij zich te nemen, zodat ze zonder vlek of rimpel of iets dergelijks zal zijn, heilig en zuiver. 28) Zo moeten mannen hun vrouw liefhebben, als hun eigen lichaam. Wie zijn vrouw liefheeft, heeft zichzelf lief. 29) Niemand haat ooit zijn eigen lichaam, integendeel: men voedt en verzorgt het, zoals Christus de kerk, 30) want dat is zijn lichaam en wij zijn de ledematen. 31) ‘Daarom zal een man zijn vader en moeder verlaten en zich hechten aan zijn vrouw, en die twee zullen één lichaam zijn.’ 32) Dit mysterie is groot – en ik betrek het op Christus en de kerk. 33) Maar ook voor elk van u geldt dat ieder zijn vrouw moet liefhebben als zichzelf, en dat een vrouw ontzag moet hebben voor haar man.
Paulus’ theologie over het huwelijk begint met het Woord van God: het Woord van God dat Jezus Christus is, en het Woord van God dat het geïnspireerde Oude Testament is. En omdat God niet een God van de verwarring is, is zijn Woord duidelijk. Het heeft samenhang. Dus als Paulus probeert het huwelijk te begrijpen, kijkt hij naar het Woord van God – naar Jezus en naar de Schriften. Als hij Jezus en de Heilige Schrift samenvoegt om Gods Woord over het huwelijk te vernemen, ontdekt hij een groot mysterie met intense praktische gevolgen. En wat ik met u wil doen deze morgen is dit mysterie verkennen en twee van haar praktische gevolgen toepassen op ons leven.
Inhoud |
Het huwelijk in Genesis
Efeziërs 5:31 is een citaat van Genesis 2:24: “Zo komt het dat een man zich losmaakt van zijn vader en moeder en zich hecht aan zijn vrouw, met wie hij één van lichaam wordt.” Daarna voegt Paulus in vers 32 toe: “Dit mysterie is groot – en ik betrek het op Christus en de kerk.” Paulus wist iets van Christus en de kerk waardoor hij in Genesis 2:24 een mysterie in het huwelijk ontdekte. Laten we teruggaan naar Genesis 2:24 en dieper kijken naar de context van dit vers en zijn relatie met de schepping.
Volgens Genesis 2 schiep God eerst Adam en plaatste hij hem in het hof, alleen. Dan zegt de Heer in vers 18: “Het is niet goed dat de mens alleen is, ik zal een helper voor hem maken die bij hem past.” Ik denk niet dat dit een aanklacht tegen Adams vriendschap met God is noch een indicatie dat het hof te moeilijk was om te onderhouden. Het punt is dat God de mens schiep om een deelgenoot te zijn. God schiep ons niet als de doodlopende wegen van zijn overvloed maar als de doorlopende wegen. Niemand is compleet totdat hij liefde geleidt (als elektriciteit) tussen God en een ander mens. (Nu moet geen mens concluderen dat dit alleen in een huwelijk mogelijk is.) Het moet een ander mens zijn, geen dier. Dus in Genesis 2:19-20 bracht God de dieren bij Adam om hem te laten zien dat dieren nooit geschikt zijn als “helper die bij hem past.” Oh, zeker, dieren helpen ons heel veel! Maar alleen een mens kan medeerfgenaam zijn van de genade van het leven (1 Petrus 3:7). Alleen een mens kan genade verkrijgen en waarderen en ervan genieten. Wat de mens nodig heeft, is een andere mens met wie hij de liefde van God kan delen. Dieren zijn niet toereikend! Er is een oneindig verschil tussen het noorderlicht delen met je geliefde of met je hond.
Vers 21 luidt daarom: “Toen liet God, de HEER, de mens in een diepe slaap vallen, en terwijl de mens sliep nam hij een van zijn ribben weg; hij vulde die plaats weer met vlees. Uit de rib die hij bij de mens had weggenomen, bouwde God, de Heer, een vrouw en hij bracht haar bij de mens.” Nadat hij de man had laten zien dat geen dier geschikt was als zijn helper, maakte God een andere mens uit ’s mans eigen vlees en gebeente om zijns gelijke te zijn – en toch nogal ongelijk aan hem. Hij schiep geen andere man. Hij schiep een vrouw. En Adam herkende in haar de perfecte tegenhanger van hemzelf – geheel afwijkend van dieren: “Eindelijk een gelijk aan mij, mijn eigen gebeente, mijn eigen vlees, een die zal heten: vrouw, een uit een man gebouwd.”
Door iemand te schapen die lijkt op Adam maar toch niet gelijk is aan Adam, zorgde God voor de mogelijkheid van een diepzinnige eenheid die anders onmogelijk zou zijn geweest. Er wordt een andere soort eenheid ervaren door de samenvoeging van diverse tegenhangers dan wordt ervaren door de samenvoeging van twee dingen die gelijk aan elkaar zijn. Als we allen dezelfde melodielijn zingen, wordt dat “unisono” genoemd, wat “eenstemmig” betekent. Maar als we diverse lijnen van sopraan, alt, tenor en bas samenvoegen, noemen we dat harmonie, en iedereen die een oor om te horen heeft, weet dat iets in ons dieper geraakt is door goede harmonie dan door unisono. Dus God schiep een vrouw en niet een andere man. Hij schiep heteroseksualiteit, niet homoseksualiteit, Gods eerste instituut was het huwelijk, niet de broederschap.
Let eens op het verband tussen de verzen 23 en 24, dat naar voren wordt gebracht met het woord “zo” in vers 24. In vers 23 ligt de nadruk op twee dingen: objectief, het feit dat de vrouw deel is van het vlees en gebeente van de man - subjectief, de vreugde die Adam heeft als hij bekend wordt gemaakt met de vrouw. “Eindelijk een gelijk aan mij, mijn eigen gebeente, mijn eigen vlees.” Op basis van deze twee dingen trekt de auteur een conclusie in vers 24: “Zo komt het dat een man zich losmaakt van zijn vader en moeder en zich hecht aan zijn vrouw, met wie hij één van lichaam wordt.” Met andere woorden, in den beginne hield God de vrouw uit de man als gebeente van zijn gebeente en vlees van zijn vlees, en toen voegde God haar weer bij de man om te laten ervaren wat het betekent om in levende gemeenschap één van lichaam te zijn. Dan trekt vers 24 er de lering uit dat het huwelijk precies dat is: een man verlaat vader en moeder omdat God hem iemand anders heeft gegeven, ter hechting aan deze vrouw en aan niemand anders, en ter ontdekking van de ervaring één van lichaam te zijn. Dat is wat Paulus zag toen hij keek naar het Woord van God in de Schrift.
Het mysterie van het huwelijk
Maar Paulus kende een ander Woord van God – Jezus Christus. Hij kende hem heel goed en persoonlijk. Hij had van Jezus geleerd dat de kerk Christus’ lichaam is (Efeziërs 1:23). Door het geloof is iemand verbonden met Jezus Christus en aan andere gelovigen zodat we “allen één in Jezus Christus zijn” (Galaten 3:28). Gelovigen in Christus zijn het lichaam van Christus – wij zijn het organisme waardoor hij zichtbaar wordt en waarin zijn Geest verblijft. Dit wetende over de relatie tussen Christus en de kerk, ziet Paulus een parallel met het huwelijk. Hij ziet dat man en vrouw één van lichaam worden (volgens 2:24) en dat Christus en de kerk één lichaam worden. Hij wil dus zeggen tegen de kerk, bijvoorbeeld in 2 Korintiërs 11:2 “Ik Waak over u zoals God over u waakt. Ik heb u aan één man uitgehuwelijkt, aan Christus, en ik wil u als een kuise bruid aan hem geven.” Hij geeft Christus weer als de man, de kerk als de bruid, en hun bekering als een verloving die hij een handje had geholpen. Het brengen van de bruid bij haar man zal waarschijnlijk gebeuren bij de wederkomst van de Heer. Dat staat eveneens beschreven in Efeziërs 5:27. Dus het lijkt of Paulus de relatie binnen het menselijk huwelijk, zoals hij die kent van Genesis 2, gebruikt om de relatie tussen Christus en de kerk te beschrijven en te verklaren.
Maar als we het zo zeggen, wordt iets belangrijks over het hoofd gezien. Dit brengt ons terug bij waar we begonnen in Efeziërs 5:32. Na het citeren van Genesis 2:24 over de man en vrouw die één van lichaam worden, zegt Paulus: “Dit mysterie is groot – en ik betrek het op Christus en de kerk.” Het huwelijk is een mysterie. Er is er meer dan wat je ziet. Wat is dat dan? Ik denkt dat het dit is: God schiep niet de verbintenis tussen Christus en de kerk met het menselijk huwelijk als voorbeeld, maar precies omgekeerd, hij schiep het menselijk huwelijk naar voorbeeld van Christus’ relatie met de kerk. Het mysterie van Genesis 2:24 is dat het hier beschreven huwelijk een gelijkenis is met of een symbool is van Christus’ relatie met zijn mensen. God doet niet lukraak dingen. Alles heeft een doel en betekenis. Toen God zich inspande om man en vrouw te scheppen en om de huwelijksverbintenis voor te schrijven, dobbelde hij niet en trok hij geen strootje of gooide een munt op. Hij modelleerde het huwelijk zeer doelgericht naar de relatie tussen zijn Zoon en de kerk, wat hij in alle eeuwigheid plande. Daarom is het huwelijk een mysterie – het bevat en verbergt een zin die veel groter is dan wat we aan de buitenkant zien. Wat God verbond in het huwelijk dient de weergave te zijn van de verbintenis tussen de Zoon van God en zijn bruid, de kerk. Degenen onder ons die getrouwd zijn, moeten keer op keer bedenken hoe mysterieus en wonderlijk het is dat God ons het privilége heeft gegeven, om ontzagwekkende, goddelijke waarheden te weerspiegelen, die oneindig omvangrijker en groter zijn dan wijzelf.
Christus en de kerk weerspiegelen
Wat zijn nu de praktische gevolgen van dit mysterie van het huwelijk? Ik noem de twee die de passage in Efeziërs lijken te overheersen. Het ene is dat echtgenoot en echtgenote welbewust de relatie die God beoogde voor Christus en zijn kerk, dienen te kopiëren. Het andere is dat in het huwelijk elke partner zijn of haar geluk moet nastreven in het geluk van de ander, dat wil zeggen dat het huwelijk een matrix van Christelijk Hedonisme dient te zijn.
Maar eerst: welk plan had God beoogd voor echtgenoten en echtgenotes toen hij voorschreef dat het huwelijk een mysterieuze gelijkenis of weerspiegeling dient te zijn van de relatie tussen Christus en de kerk? Paulus noemt twee dingen, een voor de vrouw en een voor de man. Tegen de vrouw zegt hij in verzen 22-24,
Vrouwen, erken het gezag van uw man als dat van de Heer, want een man is het hoofd van zijn vrouw, zoals Christus het hoofd is van de kerk, het lichaam dat hij gered heeft. En zoals de kerk het gezag van Christus erkent, zo moeten vrouwen in ieder opzicht het gezag van hun man erkennen.
Volgens het goddelijk plan moeten vrouwen hun uniek voorbeeld ontlenen aan de bestemming van de kerk. Zoals de kerk Christus gehoorzaamt, moeten vrouwen hun echtgenoten gehoorzamen. De kerk onderwerpt zich aan Christus als haar hoofd. Vers 23: “Want een man is het hoofd van zijn vrouw, zoals Christus het hoofd is van de kerk.” Leiderschap houdt twee dingen in: Christus is gever of Verlosser, en Christus is autoriteit of leider. “Hoofd” wordt op twee andere plaatsen in Efeziërs gebruikt. Efeziërs 4:15, 16 geeft het hoofd als gever weer en Efeziërs 1:20-23 geeft het hoofd als autoriteit weer.
Dan zullen we, door ons aan de waarheid te houden en elkaar lief te hebben, samen volledig toe groeien naar hem die het hoofd is: Christus. Vanuit dat hoofd krijgt het lichaam samenhang, en wordt het ondersteund en bijeengehouden door alle gewrichtsbanden. Ieder deel draagt naar vermogen bij tot de groei van het lichaam, dat zo zichzelf opbouwt door de liefde. (4:15, 16)
Het hoofd is het doel waar we naar toe groeien en de gever om groei mogelijk te maken. Kijk nu eens naar Efeziërs 1:20-23:
Die macht was ook werkzaam in Christus toen God hem opwekte uit de dood en hem in de hemelsferen een plaats gaf aan zijn rechterhand, hoog boven alle hemelse vorsten en heersers, alle machten en krachten en elke naam die genoemd wordt, niet alleen in deze wereld maar ook in de toekomstige. Hij heeft alles aan zijn voeten gelegd en hem als hoofd over alles aangesteld voor de kerk, die zijn lichaam is, de volheid van hem die alles in allen vervult.
Toen God Christus uit de dood opwekte, maakt hij hem hoofd door hem macht en autoriteit te geven hoog boven alle hemelse vorsten en heersers, alle machten en krachten. Daarom, volgens de context van Efeziërs, houdt de status van hoofd voor de man in dat hij zoveel als mogelijk grote verantwoordelijkheid zou moeten accepteren om in de behoeften van zijn vrouw te voorzien (inclusief materiële behoeften maar ook bescherming en zorg) en hij zou grote verantwoordelijkheid moeten accepteren als autoriteit en leider van het gezin.
Als er dan staat in vers 5:24: “En zoals de kerk het gezag van Christus erkent, zo moeten vrouwen in ieder opzicht het gezag van hun man erkennen.” zou de basale betekenis van onderwerping zijn: erkennen en eren van de grote verantwoordelijkheid die uw man heeft om u bescherming en levensonderhoud te geven. Wees erop ingesteld om je over te geven aan zijn van Christus verkregen autoriteit en wees geneigd om zijn leiderschap te volgen. De reden waarom ik zeg dat onderwerping betekent instelling tot overgave en neiging om te volgen, is het zinsdeeltje “als dat van de Heer” in vers 22, dat de reikwijdte van de onderwerping beperkt. Geen vrouw moet de autoriteit van Christus vervangen door de autoriteit van haar man. Zij kan zich niet overgeven aan haar man of hem volgen wanneer hij zondigt. Maar zelfs waar een christelijke vrouw zij aan zij met Christus moet opstaan tegen de zondige wil van haar man, kan ze zelfs een geest van onderwerping hebben. Ze kan door haar houding en gedrag tonen dat ze zijn wil niet graag weerstaat en dat ze van hem verlangt om de zonde te verlaten en om te leiden in rechtvaardigheid zodat haar instelling om hem te waarderen als hoofd weer voor harmonie kan zorgen. Dus in deze mysterieuze gelijkenis van het huwelijk moet de vrouw specifiek Gods bedoeling voor de kerk in haar relatie met Christus, ten voorbeeld nemen.
Dan zegt Paulus nu tegen de gehuwde mannen dat ze Christus als bijzonder voorbeeld moeten nemen. Vers 25: “Mannen, heb uw vrouw lief, zoals Christus de kerk heeft liefgehad en zich voor haar heeft prijsgegeven.” Als de gehuwde man het hoofd van de vrouw is zoals in vers 23 staat, laat het dan heel duidelijk voor al deze mannen zijn dat dit primair voor alles betekent het soort liefde waarin men bereid is te sterven om haar een leven te geven. Jezus zegt het als volgt in Lucas 22:26: “Laat de leider de dienaar worden.” De man die zich laat neerploffen voor de TV en zijn vrouw rond commandeert als een slaaf, heeft Christus verlaten voor Archie Bunker. Christus bond zich een linnen doek om en waste de apostels’ voeten. Als u een christelijke echtgenoot wilt zijn, doe als Jezus, niet als Jabba the Hutt.
Het klopt dat vers 21 deze hele sectie onder het teken van wederzijdse onderwerping plaatst. “Aanvaard elkaars gezag uit eerbied voor Christus.” Maar het is zeer onterecht om uit dit vers af te leiden dat de wijze waarop Christus zichzelf aan de kerk onderwerpt en de wijze waarop de kerk haarzelf aan Christus onderwerpt, dezelfde zouden zijn. De kerk onderwerpt zich aan Christus door een instelling om zijn leiderschap te volgen. Christus onderwerpt zich aan de kerk door een instelling om zijn leiderschap te vervullen als nederige dienst aan de kerk. Toen Christus zei: “Laat de leider de dienaar worden,” bedoelde hij niet laat de leider ophouden de leider te zijn. Zelfs toen hij op zijn knieën hun voeten waste, twijfelde niemand eraan wie de leider was. Evenmin zou een christelijke man zijn verantwoordelijkheid voor God moeten ontlopen om morele visie en spiritueel leiderschap te geven als de nederige dienaar van zijn vrouw en gezin.
Dus het eerste gevolg van het mysterie van het huwelijk als een weerspiegeling van Christus’ relatie met de kerk, is dat vrouwen hun uniek voorbeeld moeten nemen aan de kerk en mannen hun uniek voorbeeld moeten nemen aan Christus. En waar u zo’n huwelijk ook moge vinden, vindt u twee van de gelukkigste mensen ter wereld omdat hun levens in overeenstemming zijn met het Woord van God in de Schrift en het Woord van God in Jezus Christus.
Geluk nastreven in het geluk van de ander
Een laatste, praktisch gevolg van het mysterie van het huwelijk: man en vrouw dienen hun eigen geluk na te streven in het geluk van elkaar. Er is amper een meer hedonistische passage in de Bijbel dan Efeziërs 5:25-30. Deze tekst maakt heel duidelijk dat de reden waarom er zoveel ellende in huwelijken bestaat, niet is dat mannen en vrouwen hun eigen geluk zoeken maar dat ze deze niet zoeken in het geluk van hun echtgenoten. Maar deze tekst draagt op om dat juist wel te doen omdat het precies dat is wat Christus doet.
Kijk eerst een naar het voorbeeld van Christus in de verzen 25-27:
Mannen, heb uw vrouw lief, zoals Christus de kerk heeft liefgehad en zich voor haar heeft prijsgegeven (Waarom deed hij dat?) om haar te heiligen, haar te reinigen met water en woorden (Waarom reinigde hij haar?) en om haar in al haar luister bij zich te nemen, zodat ze zonder vlek of rimpel of iets dergelijks zal zijn, heilig en zuiver.
Christus stierf voor de kerk om een bruid in al haar luister bij zich te nemen. Hij liet zich niet afschrikken door de schande van het kruis vanwege de vreugde van het huwelijk dat voor hem in het verschiet lag. Maar wat is voor de kerk het ultieme geluk? Is dat niet om als een bruid bij de soevereine Christus te komen? Dus Christus zocht zijn eigen geluk in het geluk van de kerk. Daarom bestaat het voorbeeld dat Christus geeft aan gehuwde mannen, uit het zoeken van hun geluk in het geluk van hun vrouwen.
Vers 28 maakt deze toepassing duidelijk: “Zo moeten mannen hun vrouw liefhebben, als hun eigen lichaam. Wie zijn vrouw liefheeft, heeft zichzelf lief. Niemand haat ooit zijn eigen lichaam, integendeel: men voedt en verzorgt het.” Paulus erkent een van de basiselementen van Christelijk Hedonisme: “Niemand haat ooit zijn eigen lichaam.” Zelfs zij die zelfmoord begaan doen dat om aan ellende te ontkomen. Van nature houden we van onszelf, wat inhoudt dat we doen wat we op dat moment denken dat ons gelukkig maakt. En Paulus werpt geen dam op tegen de rivier van hedonisme. Hij bouwt er een kanaal voor. Hij zegt: “Mannen en vrouwen, onderken dat u in het huwelijk tot één lichaam bent geworden. Dus als u leeft voor uw eigen plezier ten koste van uw partner, leeft u tegen uzelf en vernietigt u uw hoogste geluk. Maar als u zichzelf wijdt met geheel uw hart aan het heilig geluk van uw partner, zult u ook leven voor uw eigen geluk en vormt u uw huwelijk naar voorbeeld van Christus en zijn kerk.”
Niet dat mijn persoonlijke getuigenis iets toevoegt aan het gewicht van het woord van God maar toch wil ik hoe dan ook betuigen. Ik ontdekte Christelijk Hedonisme in hetzelfde jaar waarin ik trouwde, in 1968. Al vijftien jaar streven Noël en ik, in gehoorzaamheid aan Jezus Christus en zo hartstochtelijk als we kunnen, het geluk na, het diepste en langdurigste dat maar mogelijk is. Soms te gebrekkig, soms te halfslachtig, hebben we ons geluk achtervolgd als een jager, in het geluk van elkaar. En we kunnen samen betuigen: daar is het waar de beloning wordt gevonden. En we geloven dat door van het huwelijk een matrix van Christelijke hedonisme te maken, waarin elk de toegewezen rol vervult, het mysterie van het huwelijk als een gelijkenis met Christus en de kerk tot uitdrukking komt ten gunste van zijn grote glorie. Amen.
Noot van de vertaler
1Bijbelteksten zijn geciteerd uit de Nieuwe Bijbelvertaling (NBV)