Verspil Je Kanker Niet
Uit Bijbelse Boeken en Preken
Door John Piper
Over Lijden
Een deel van de Taste & See-serie
Vertaling door Desiring God
Verschenen in TijdSchrift, Magazine voor Pastoraat, Gezin en gemeenteopbouw, 4de kwartaal 2006, p. 27-30.
Ik schrijf dit op de vooravond van een prostaatoperatie. Ik geloof in Gods genezende kracht - door een wonder en door de geneeskunde. Ik geloof dat het juist en passend is te bidden voor beide vormen van genezing. Kanker is geen verspilling als ze genezen wordt door God. Hij krijgt de eer en het is daarom dat kanker bestaat. Niet bidden om genezing kan dus je kanker verspillen. Maar genezing is niet Gods plan voor iedereen. Er zijn trouwens vele andere manieren om je kanker te verspillen. Ik bid voor mezelf en voor u, dat we deze pijn niet zouden verdoen.
DP: Ik, David Powlison, voeg deze overpeinzingen bij de woorden van John Piper op de ochtend nadat ik bericht ontving dat bij mij prostaatkanker werd vastgesteld (3 maart 2006). De tien hoofdgedachten én de eerste alinea's daarvan zijn van hem; de volgende alinea's (voorafgegaan door 'DP') zijn van mij.
1. Je zult je kanker verspillen als je niet gelooft dat deze ziekte Gods plan is voor jou.
Het heeft geen zin te zeggen dat God onze kanker alleen gebruikt, maar dat Hij deze niet zo bedoeld heeft. Als God wat toestaat, doet Hij dat met een reden. Deze reden is Zijn plan. Als God voorziet dat moleculaire ontwikkelingen tot kanker leiden, kan Hij dat stoppen of niet. Doet Hij dat niet, heeft Hij daar een bedoeling mee. Aangezien Hij oneindig wijs is, is het correct als we deze bedoeling een plan, een ontwerp noemen. Satan is reëel; hij veroorzaakt veel vreugde en leed. Hij is evenwel niet allesbeheersend. Als hij Job dan met zweren slaat (Job 2:7), schrijft deze dat zonder meer toe aan God (2:10) en de geïnspireerde schrijver stemt hiermee in: "Zij... Beklaagden en troostten hem over al het onheil dat de Here over hem gebracht had" (Job 42:11). Als je niet gelooft dat je kanker door God voor jou gepland werd, verspil je hem.
DP: Je bent niet flegmatisch, oneerlijk of gemaakt vrolijk als je in je ziekte Zijn beschikkende hand ziet. Integendeel, de realiteit van Gods plan geeft aanleiding tot een onomwonden en doelgericht roepen tot je enige ware Verlosser. Gods plan nodigt veeleer uit tot openhartig spreken dan tot stille berusting. Kijk eens naar de eerlijkheid van de Psalmen, van Koning Hizkia (Jesaja 38), of Habakuk 3. Deze mensen zijn ronduit, eerlijk gelovend omdat ze weten dat God God is en vestigen hun hoop op Hem. Psalm 28 leert je vurig en direct tot God te bidden. Hij moet je horen. Hij zal naar je luisteren. Hij zal in jou en je situatie blijven werken. Dit roepen komt voort uit het besef dat je hulp nodig hebt (28:1-2). Som dan je specifieke problemen op voor God (28:3-5). Je bent vrij om met je persoonlijke details te komen. Datgene waar je dikwijls tegenaan loopt in de 'velerlei verzoekingen' van het leven (Jacobus 1:2), is niet precies hetzelfde als dat waar David of Jezus tegenaan liepen - maar de dynamiek van het geloof is dezelfde. Als je al je bekommernis geworpen hebt op Hem die voor je zorgt, geef dan uiting aan je blijdschap (28:6-7): de door God gegeven vrede die alle verstand te boven gaat. Omdat geloof altijd liefde uitwerkt, gaat het accent verschuiven van je eigen noden en blijdschap naar liefdevolle bezorgdheid voor anderen (28:8-9). Ziekte kan je nog sterker bewust maken hoezeer God altijd al aan het werk geweest is in elk detail van je leven.
2. Je zult je kanker verspillen als je gelooft dat het een vloek is er geen geschenk.
"Zo is er dan nu geen veroordeling voor hen, die in Christus Jezus zijn" (Romeinen 8:1). "Christus heeft ons vrijgekocht van de vloek der wet door voor ons een vloek te worden" (Galaten 3:13). "Want er bestaat geen bezwering tegen Jakob, noch waarzeggerij tegen Israël" (Numeri 23:23). "Want de Here God is een zon en schild, de Here geeft genade en ere; het goede onthoudt Hij niet aan hen die onberispelijk wandelen" (Psalm 84:12).
DP: De zegen komt in wat God doet voor ons, met ons, door ons. Hij brengt Zijn geweldige en barmhartige verlossing op het toneel van de vloek. Je kanker op zichzelf is één van die duizenden 'schaduwen des doods' (Psalm 23:4) die ieder van ons ontmoet: allemaal bedreigingen, verliezen, pijn, onvolmaaktheid, ontgoochelingen, alle kwaad. Maar in Zijn geliefde kinderen bewerkt onze Vader door onze pijnlijkste verliezen heen een bijzonder weldadig goed: soms is dat genezing en herstel voor het lichaam (tijdelijk, tot de opstanding der doden ten eeuwigen leven), maar altijd ondersteunt en onderwijst Hij ons, opdat wij Hem beter zouden kennen en meer zouden liefhebben. Op het oefenterrein van de boze wordt je geloof diep en echt, je liefde doelgericht en wijs: Jacobus 1:2-5, 1 Petrus 1:3-9, Romeinen 5:1-5, Romeinen 8:18-39.
3. Je zult je kanker verspillen als je troost zoekt in je kansen en niet bij God.
Gods plan in je kanker is niet je te oefenen in rationalistische menselijke kansberekening. De wereld put troost uit haar kansen, christenen niet. Sommigen tellen hun wagens (overlevingspercentages) en anderen hun paarden (bijwerkingen van de behandeling), maar: "wij roemen in de naam van de Here, onze God" (Psalm 20:8). Gods plan is duidelijk uit 2 Corinthiërs 1:9: "Voor eigen besef achtten wij ons als ter dood verwezen, opdat wij niet op onszelf vertrouwen zouden stellen, maar op God, die de doden opwekt." Het doel dat God in je kanker heeft - temidden van duizenden andere goede dingen - is de steunen onder ons hart weg te slaan, zodat we volkomen op Hem zouden vertrouwen.
DP: God zelf is je troost. Hij geeft Zichzelf. Het lied 'Be still my soul', bij ons o.a. bekend als 'Ik bouw op U' (bundel Opwekking), schat de kansen juist in: we zijn 100% zeker dat we zullen lijden en Christus is 100% zeker dat Hij ons zal ontmoeten, ons zal komen halen, ons zal troosten en de puurste blijdschap van de liefde herstellen. Het lied 'How Firm a Foundation' weegt de kansen precies zo af: je bent 100% zeker dat je ernstige droefheid zult moeten doorstaan en je Verlosser is 100% zeker dat Hij met je zal zijn, je zal zegenen in de moeilijkheden en de diepste verlangens voor je zal heiligen. Als het om God gaat, rekenen we niet in percentages, maar leven we met zekerheden.
4. Je zult je kanker verspillen als je weigert na te denken over de dood.
We gaan allemaal dood als Jezus Zijn wederkomst uitstelt. Niet nadenken over hoe het zal zijn om dit leven te verlaten en God te ontmoeten is dwaasheid. Prediker 7:2 zegt: "Het is beter te gaan naar een huis van rouw dan te gaan naar een huis van feestgelag; want dat is het einde van ieder mens en de levende neme het ter harte." Hoe kun je dit ter harte nemen als je er niet over nadenkt? Psalm 90:12 zegt: "Leer ons zo onze dagen tellen, dat wij een wijs hart bekomen." Je dagen tellen betekent bedenken hoe weinige het er zijn en dat er een einde aan komt. Hoe kun je een wijs hart bekomen als je weigert dit te overdenken? Wat een verspilling als we niet nadenken over de dood.
DP: Paulus laat zien dat de Heilige Geest het ongeziene innerlijke voorschot is op de zekerheid van het leven. Door geloof geeft de Here ons een voorproefje van de tastbare realiteit die het eeuwige leven zal zijn in de aanwezigheid van onze God en van Christus. We zouden ook kunnen zeggen dat kanker een voorschot is op het onvermijdelijke sterven, ons een bittere voorsmaak geeft van de realiteit van onze sterfelijkheid. Kanker is een wegwijzer naar iets véél groter: de laatste vijand die je moet ontmoeten. Maar Christus heeft deze laatste vijand verslagen: 1 Corinthiërs 15. De dood is verzwolgen in de overwinning. Kanker is niet meer dan een van de verkenningstroepen die de vijand op patrouille heeft uitgestuurd. Ze heeft geen beslissende macht over wie een kind van de opstanding is; je hoeft er dus niet bang voor te zijn.
5. Je zult je kanker verspillen als je denkt dat 'kanker overwinnen' wil zeggen in leven blijven, veeleer dan Christus liefhebben.
De plannen die satan en God met je kanker hebben zijn niet dezelfde. Satan zoekt je liefde voor Christus te vernietigen; God wil haar verdiepen. Kanker behaalt geen overwinning als je sterft. Dat doet ze wel als je er niet in slaagt Christus lief te hebben. Het is Gods bedoeling je te spenen van de borst van de wereld en je te voeden met de overvloed van Christus. Het is de bedoeling dat je dit leert zeggen en voelen: "Voorzeker, ik acht zelfs alles schade, omdat de kennis van Christus Jezus, mijn Here, dit alles te boven gaat", en bijgevolg te weten: "Het leven is mij Christus en het sterven gewin" (Filippenzen 3:8; 1:21).
DP:Christus liefhebben is een uitdrukking van de twee voornaamste pijlers van het geloof: bittere nood en volmaakte blijdschap. Vele psalmen schreeuwen het uit in 'mineur': we koesteren onze Verlosser door Hem nodig te hebben om ons te verlossen van echte problemen, echte zonden, echt lijden, echte angst. Vele psalmen zingen het ook uit in 'majeur': we koesteren onze Verlosser door ons in Hem te verheugen, Hem lief te hebben, te danken voor al wat Hij ons schenkt, blij te zijn omdat Zijn redding het aller-voornaamste goed ter wereld is en omdat Hij het laatste woord heeft. Menige psalm begint in de ene toonaard en eindigt in de andere. Christus koesteren is niet saai of eenzijdig; je doorleeft het hele scala van menselijke ervaring met Hem. 'Kanker overwinnen' is leven in de wetenschap dat je hemelse Vader barmhartig is voor Zijn geliefde kind, omdat Hij je leefwereld kent, weet dat je enkel stof bent. Jezus Christus is de weg, de waarheid en het leven. Te leven wil zeggen Hem kennen, en iemand kennen wil zeggen hem liefhebben.
6. Je zult je kanker verspillen als je teveel tijd besteedt aan het lezen over kanker en niet genoeg tijd aan het lezen over God.
Het is niet verkeerd om wat over kanker te weten. Onwetendheid is geen deugd, maar de aanvechting om meer en meer te weten en het gebrek aan ijver om God beter en beter te leren kennen, is symptomatisch voor ongeloof. Kanker is bedoeld om ons te bepalen bij de werkelijkheid van God. Ze is bedoeld om onze gevoelens en krachten te scharen achter de opdracht: "Ja, wij willen de Here kennen, ernaar jagen Hem te kennen" (Hosea 6:3). Ze is bedoeld om ons te bepalen bij de waarheid van Daniël 11:32: "Het volk dat zijn God kent, zal sterk zijn en daden doen." Ze is bedoeld om ons tot een onwankelbare, onverwoestbare eik te maken: "Die aan des heren wet zijn welgevallen heeft, en diens wet overpeinst bij dag en bij nacht. Want hij is als een boom, geplant aan waterstromen, die zijn vrucht geeft op zijn tijd, welks loof niet verwelkt; - al wat hij onderneemt, gelukt" (Psalm 1:2). Wat een verspilling van kanker als we dag en nacht over kanker lezen en maar zelden of nooit over God.
DP: Wat waar is voor je lectuur is ook waar voor je gesprekken met anderen. Andere mensen drukken hun bezorgdheid en betrokkenheid dikwijls uit door te informeren naar je gezondheid. Dat is goed, maar de conversatie blijft daar al te makkelijk steken. Spreek gerust openlijk met hen over je ziek zijn, vraag om hun gebed en hun raad, maar geef dan een wending aan het gesprek en vertel hun hoe God je trouw steunt met ontelbare barmhartigheden. Robert Murray McCheyne zei ooit deze wijze woorden: 'Voor elke blik die je richt op je zonden, richt je tien blikken op Christus.' Hiermee ging hij in tegen onze neiging om deze 10:1 ratio om te keren door te tobben over ons falen en de God der barmhartigheid te vergeten. Wat McCheyne zegt over onze zonden kunnen we ook toepassen op ons lijden. Voor elke zin die je tot anderen over je kanker zegt, zou je tien zinnen moeten zeggen over God, over je hoop, over wat Hij je leert, over de kleine zegeningen van elke dag. Voor ieder uur dat je besteedt aan research of discussies over je kanker, besteed je tien uren aan het zoeken naar, het spreken over en het dienen van je Heer. Leg alles wat je over kanker leert voor aan Hem en Zijn bestiering en je zult niet gekweld worden.
7. Je zult je kanker verspillen als je toelaat dat ze je de eenzaamheid in drijft, in plaats van je contacten met anderen te verdiepen door blijken van genegenheid.
Toen Epafroditus de giften aanbood die door de gemeente te Filippi aan Paulus gezonden waren, werd hij ziek en stierf haast. Paulus schrijft aan de Filippenzen: "Hij was vol verlangen naar u allen en ook in zorg, omdat gij gehoord hadt, dat hij ziek was" (Filippenzen 2:26). Wat een verbazende reactie! Er wordt niet gezegd dat zij bezorgd waren omdat hij ziek was, maar dat hij bezorgd was omdat zij hoorden van zijn ziekte. Dat is het soort hart dat God in ons verlangt te scheppen met kanker: een innig toegenegen, meelevend hart voor mensen. Verspil je kanker niet door je in jezelf terug te trekken.
DP: Onze cultuur is doodsbang voor de confrontatie met de dood. Ze is bezeten van geneeskunde, verafgoodt jeugd, gezondheid en kracht. Ze tracht ieder spoor van zwakheid of onvolmaaktheid te verbergen. Je brengt de anderen een geweldige zegen door je geloof en liefde openlijk uit te leven in al je zwakheid. Hoe vreemd het ook moge klinken, het onderhouden van contacten als je pijn hebt en zwak bent zal anderen juist kracht geven. 'Elkanderen' is een straat met het tweerichtingsverkeer van gul geven en dankbaar ontvangen. Jouw nood geeft anderen een gelegenheid om liefde te tonen en omdat liefde altijd Gods hoogste doel is in je leven, ga jij ook zelf de fijnste en meest verblijdende lessen van Hem leren als je de kleinste mogelijkheden ontdekt om je bezorgdheid voor anderen tot uitdrukking te brengen, ook al ben je op je zwakst. Een ernstige, levensbedreigende zwakheid kan wonderlijk bevrijdend werken. Er is niets meer dat je kunt doen, tenzij door God en anderen geliefd te worden, en God en anderen lief te hebben.
8. Je zult je kanker verspillen als je bedroefd bent zoals zij die geen hoop hebben.
Paulus gebruikte deze uitdrukking met betrekking tot diegenen wier geliefden gestorven waren: "Wij willen u niet onkundig laten, broeders, wat betreft hen, die ontslapen, opdat gij niet bedroefd zijt, zoals de andere mensen, die geen hoop hebben" (1 Tessalonicenzen 4:13). Er is rouw bij het sterven. Zelfs bij het sterven van een gelovige is er een tijdelijk verlies - verlies van lijfelijke aanwezigheid, verlies van geliefden hier en verlies van een aardse bediening. Maar de droefheid is verschillend - ze is doordrongen van hoop. "Wij begeren te meer ons verblijf in het lichaam te verlaten en bij de Here onze intrek te nemen" (2 Corinthiërs 5:8). Verspil je kanker niet door te rouwen zoals degenen die deze hoop niet hebben.
DP: Toon de wereld die andere manier van rouwen. Paulus zei dat hij 'droefheid op droefheid' zou hebben gehad als zijn vriend Epafroditus gestorven was. Hij was bedroefd en voelde de zware last van de ziekte van zijn vriend. Hij zou dubbel bedroefd geweest zijn als deze zou gestorven zijn. Maar die tedere, eerlijke, Godgerichte droefheid ging samen met "verblijdt u te allen tijde" en "de vrede Gods die alle verstand te boven gaat" en "om uw belangen getrouw te behartigen." Hoe in vredesnaam kan hartzeer samengaan met liefde, blijdschap, vrede en een onverwoestbaar levensdoel? Volgens de diepste logica van het geloof kan dat perfect. Omdat je hoop hebt, kun je het lijden van dit leven intenser gewaarworden: 'droefheid op droefheid.' Daarentegen kiest de droefheid die geen hoop heeft dikwijls voor ontkenning, ontvluchting of werken, omdat ze de realiteit niet aankan zonder radeloos te worden. In Christus weet je wat er op het spel staat en dus voel je het kwaad van deze gebroken wereld heel sterk aan. Je neemt pijn en sterven niet zomaar voor lief; je houdt van wat goed is en haat wat kwaad is. Per slot van rekening volg je het voetspoor van "een man van smarten en vertrouwd met ziekte." Jezus was evenwel bereid het kruis te dragen "om de vreugde die voor Hem lag." He leefde en stierf in de hoop dat alles goed zou komen. Zijn pijn werd niet tot zwijgen gebracht door ontkenning of medicijnen; ze werd ook niet aangetast door wanhoop, angst of het om zich heen grijpen naar eender welke strohalm van hoop die Zijn omstandigheden zou kunnen veranderen. Jezus' ultieme beloften vloeien over van de vreugde van een krachtige hoop temidden van het verdriet: "Mijn blijdschap zal in u zijn, en uw blijdschap zal vervuld worden. Uw droefheid zal tot blijdschap worden. Niemand ontneemt u uw blijdschap. Bidt en gij zult ontvangen, opdat uw blijdschap vervuld zij. Deze dingen heb Ik gesproken in de wereld, opdat Mijn blijdschap in hen vervuld worde" (fragmenten uit Johannes 15-17).
9. Je zult je kanker verspillen als je met zonde even nonchalant omgaat als voordien.
Zijn de zonden die je zo licht in de weg staan even aantrekkelijk als voor je kanker had? Zo ja, dan ben je bezig je kanker te verspillen. Kanker is bedoeld om de lust tot zondigen te vernietigen. Trots, hebzucht, hartstocht, haat, onverzoenlijkheid, ongeduld, luiheid, traagheid - dit alles zijn de tegenstanders waarvoor kanker bedoeld is om ze aan te vallen. Denk niet enkel aan het bestrijden VAN kanker; denk ook aan het bestrijden MET kanker. Deze dingen zijn ergere vijanden dan kanker. Verspil niet de kracht van kanker om deze vijanden te verpletteren. Laat de zonden van deze tijd op aarde zo onbeduidend lijken als ze werkelijk zijn in het licht van de eeuwigheid. "Wat baat het een mens, als hij de gehele wereld wint, maar zichzelf verliest of zelf schade lijdt?" (Lucas 9:25).
DP: De werkelijke bedoeling van lijden is om je af te brengen van de zonde en je geloof te versterken. Als je Godloos bent, dan verheerlijkt het lijden de zonde. Ga je als maar meer verbitterd worden, wanhopig, geneigd tot verslaving, angstig, uitzinnig, ontwijkend, sentimenteel, goddeloos in je hele levenswandel? Ga je doen alsof er niets aan de hand is? Ga je op eigen voorwaarden met de dood overeenkomen? Maar als je God toebehoort, dan zal lijden in Christus' handen je veranderen, altijd langzaam aan, soms snel. Je komt tot overeenstemming met het leven en de dood op Zijn voorwaarden. Hij maakt je zacht, zuivert je, maakt je rein van zelfingenomenheid. Hij maakt dat je Hem nodig hebt en van Hem houdt. Hij herschikt je prioriteiten, zodat wat eerst moet komen, ook vaker op de eerste plaats staat. Hij zal naast je gaan. Natuurlijk zul je bij tijd en wijle falen, misschien onder de beklemming van prikkelbaarheid of gepieker, ontvluchtingsdrang of angst. Maar hij helpt je iedere keer weer op als je struikelt. Je innerlijke vijand - een morele kanker die vele malen dodelijker is dan deze van het lichaam - zal sterven naarmate je doorgaat je Verlosser te zoeken en te vinden: "Om Uws naams wil, Here, vergeef mij mijn ongerechtigheid, want die is groot. Wie is de man, die de Here vreest? Hij onderwijst hem aangaande de weg die hij moet kiezen" (Psalm 25:11-12).
10. Je zult je kanker verspillen als je er niet in slaagt ze te gebruiken als een middel om te getuigen van de waarheid en heerlijkheid van Christus.
Christenen zijn nooit zomaar ergens door een gelukkig toeval. Als we ergens terechtkomen, heeft dat zo zijn reden. Bedenk wat Jezus zei over pijnlijke onvoorziene omstandigheden: "Zij zullen de handen aan u slaan en u vervolgen, door u over te leveren in de synagogen en gevangenissen, en u voor koningen en stadhouders te leiden om Mijns naams wil. Het zal voor u hierop uitlopen, dat gij zult getuigen" (Lucas 21:12-13). Zo is het ook met kanker. Het is een gelegenheid om te getuigen. Christus is het ook oneindig waard. Hier ligt een gouden kans om te laten zien dat Hij meer waard is dan het leven. Vergooi deze kans niet.
DP: Jezus is je leven. Hij is de man voor wie elke knie zal buigen. Hij heeft de dood eens voor altijd verslagen. Hij zal voltooien wat Hij begonnen is. Laat je licht zó schijnen als je leeft in Hem, door Hem, Uit Hem, voor Hem. Eén van de oude liederen zegt het zo:
'Christ zij met mij, Christus in mij,
Christus achter, Christus vóór mij,
Christus naast mij, mij te winnen,
troosten, helen diep van binnen,
Christus onder mij en boven,
Hij in rust en bange smarten:
Al de dierbaren mijns harten,
Vriend en vreemd'ling moet Hem loven'
(naar 'I bind unto myself the name', eigen vertaling).
In je kanker heb je je broeders en zusters nodig om te getuigen van de waarheid en heerlijkheid van Christus, om naast je te gaan, om hun geloof aan jouw zijde uit te leven om van je te houden. En jij kunt hetzelfde doen voor hen en voor alle anderen, door een hart te worden dat liefheeft met de liefde van Christus, een mond die gevuld is met hoop voor vriend en vreemdeling.
Bedenk dat je niet alleengelaten bent. Je ontvangt de hulp die je nodig hebt: "Mijn God zal in al uw behoeften naar Zijn rijkdom heerlijk voorzien, in Christus Jezus" (Filippenzen 4:19).
Pastor John