Wat gebeurt er wanneer je dood bent?

Uit Bijbelse Boeken en Preken

Ga naar:navigatie, zoeken

Verwante bronnen
More Door Desiring God Staff
Auteur Index
More Over Dood en Sterven
Onderwerp Index
Over deze vertaling
English: What happens at death?

© Desiring God

Share this
Onze Missie
Deze vertaling is van het Evangelie Vertalingen, een online dienst, de evangelie gecentreerde boeken en artikelen vrij verkrijgbaar in elke natie en taal.

Hier meer (English).
Hoe u kunt helpen
Als u goed Engels spreken, kunt u met ons vrijwillig als vertaler.

Hier meer (English).

Door Desiring God Staff Over Dood en Sterven

Vertaling door Bert Dijkhoff

Review U kunt ons helpen door de herziening van deze vertaling voor de nauwkeurigheid. Hier meer (English).



De Bijbel geeft niet veel details over wat er gebeurt direct nadat we zijn gestorven. Natuurlijk is het aan de veilige kant om te zeggen dat we een wereld zullen binnengaan, die anders is dan alles wat we ons kunnen voorstellen. Ook staan er tenminste vijf concrete dingen in de Bijbel over wat we mogen verwachten op het moment dat we sterven en daarna.

Allereerst, gelovigen zullen naar de nabijheid van Christus in de hemel gebracht worden. Christus is nu in de hemel (Handelingen 1:2; 3:21; 1 Thessalonicenzen 1:10; 4:16; 2 Thessalonicenzen 1:7), en gelovigen zullen heengaan om bij Hem te zijn. Jezus zei tegen de dief aan het kruis: “Ik verzeker je: nog vandaag zul je met Mij in het paradijs zijn” (Lucas 23:43)1. En in twee verschillende situaties sprak Paulus over de dood die ons zal leiden naar de nabijheid van Christus:

Ik word naar twee kanten getrokken: enerzijds verlang ik ernaar te sterven en bij Christus te zijn, want dat is het allerbeste; anderzijds is het meer in uw belang dat ik blijf leven. (Filippenzen 1:23-24) Dus blijven we altijd vol goede moed, ook al weten we dat zolang dit lichaam onze woning is, we ver van de Heer wonen. We leven nu immers vanuit vertrouwen, zonder al echt te zien. Ook al zouden we ons lichaam liever verlaten om onze intrek te nemen bij de Heer, toch blijven we vol goede moed. Daarom ook stellen wij er een eer in te doen wat Hij wil, of we nu in dit aardse lichaam wonen of niet. (2 Korintiërs 5:6-9)

Ten tweede, de hemel is een plek vol schitterende glorie, en in de glorie van de hemel bij Christus zijn is veel beter dan ons huidig leven op aarde. Merk op dat Paulus in de pas genoemde passages zegt dat uit dit leven stappen om bij Christus te zijn, “het allerbeste” is (Filippenzen 1:23) en dat hij zijn lichaam liever verlaat om intrek te nemen bij de Heer (2 Korintiërs 5:6-9). Let er ook eens op dat in de hemel zijn bij de Heer kennelijk een nieuw thuis is. Een van de dingen die de hemel zo groot maken, is dat we eindelijk het gevoel hebben echt thuis te zijn.

Ten derde, als we in de hemel zijn zullen we vooruit blijven kijken (zoals we dat al zouden moeten doen in dit leven) naar de wederopstanding van onze lichamen uit de dood. Een bestaan zonder lichaam is niet Gods ultieme, uiteindelijke en grootste bestemming voor ons. Hoe prachtig het ook is om na onze dood in de hemel te zijn, God heeft iets groters in petto: opstaan uit de dood zodat we eeuwig zullen leven met ziel en lichaam in de nieuwe hemelen en op de nieuwe aarde. Terwijl hij nog leefde, verklaarde Paulus dat hij met smart wachtte op de verlossing van zijn sterfelijk bestaan (Romeinen 8:23). Dit verwachtingsvol verlangen naar onze wederopstanding houdt niet op wanneer we sterven maar wel als uiteindelijk onze verwachting wordt vervuld met de wederopstanding van onze lichamen. Besef hiervan zal ons verlangen naar de volledige komst van Gods koninkrijk, doen toenemen. Piper merkt op:

Het lijkt me dat de hoop op wederopstanding tegenwoordig voor ons niet dezelfde krachtige en centrale plek heeft als het had voor de vroege Christenen. En ik denk dat een van de redenen hiervoor is dat we een verkeerd beeld hebben van het tijdperk dat komen gaat. Als we het hebben over de toekomst en de situatie voor de eeuwigheid, zijn we geneigd het over de hemel te hebben, en de hemel lijkt een plek ergens ver weg en gekenmerkt door niet-materiële, etherische geesten zonder fysieke lichamen. Met andere woorden, we zijn geneigd aan te nemen dat de lichaamsvrije toestand waarin de vertrokken heiligen nu verkeren, voor altijd zal zijn. En we hebben onszelf zo gemotiveerd met het idee hoe goed het nu is voor hen, dat we vergeten dat dit een imperfecte toestand is en niet de situatie zoals die zal blijven noch de situatie die Paulus voor zichzelf wou. Ja, sterven is winst, en ja, zonder lichaam zijn is thuis zijn bij de Heer, maar nee dit is niet onze ultieme hoop. Dit is niet de uiteindelijke situatie van onze vreugde. Dit is niet onze laatste of grootste troost wanneer gelovige geliefden ons zijn ontvallen. (Piper: “Wat gebeurt er als je dood bent? De doden zullen opstaan en onvergankelijk zijn2)

Ten vierde zullen op het moment van sterven gelovigen geperfectioneerd worden en gereinigd worden van alle zonden. Dat wordt afgeleid uit het bovenvermeld punt dat gelovigen onmiddellijk na de dood naar de hemel worden gebracht. De hemel is volledig zuiver en vrij van smet en zonde, en dus als God ons naar de hemel brengt, bereidt Hij ons voor op de beleving ervan door onze harten perfect in heiligheid te maken. Dat komt overeen met Zijn doel om ons geheel als Christus te maken (Romeinen 8:29) en, bij de terugkeer van Christus, om ons aan Hemzelf te laten zien zonder vlek of rimpel of zonde (1 Thessalonicenzen 5:23; Efeziërs 5:27).

Ten vijfde, zij die in dit leven Christus niet vertrouwden, zullen van God afgezonderd worden en een bestaan gaan voeren geheel zonder Zijn dagelijkse genade en zegeningen. In de vergelijking van de rijke man en Lazarus, spreekt Jezus over Lazarus als degene die naar de hemel wordt weggedragen als hij sterft terwijl de rijke man, omdat hij de Schrift niet in acht had genomen, onmiddellijk hevige kwelling onderging en uitgesloten was van de hemelse zegening (Lucas 16:22-26). De Schrift heeft het vaak over het kwellend bestaan dat te wachten staat voor zij die hun vertrouwen om gered te worden van de zonde, niet in Christus hebben gesteld (Mattheüs 13:30; 25:41; Lucas 12:5; Johannes 3:36; Romeinen 2:8-9; Hebreeën 10:29).

Ten slotte, we zien aan al deze dingen dat de dood niet het einde van ons bestaan is. We hebben lichamen en zielen. De dood is de scheiding van lichaam en ziel maar dat we mens zijn is dan niet voorbij. Als we sterven worden onze lichamen levenloos en zijn ze niet langer de plek waar we “verblijven”, maar we blijven bestaan als zielen, hetzij met Christus in glorie of apart van Christus in schande.

Weten dat de dood ons direct leidt naar een bestaan in de hemel of in de hel, zou ons moeten laten opkijken naar Christus als onze toevluchtsoord en redding, en zou ons moeten laten streven, net als Paulus, om “te doen wat Hij wil, of we nu in dit aardse lichaam wonen of niet” (2 Korintiërs 5:9). Zelfs voor gelovigen is het vooruitzicht op de dood soms iets angstaanjagends omdat de dood omgeven wordt door een grote mysterie als het gebied waar we nog nooit eerder zijn geweest. Maar we kunnen moed vatten en onze angst opzijleggen met het vertrouwen dat we hebben in een God die van tijd tot tijd tegen zijn volk zegt: “Wees niet bang” (Jozua 11:6; Jesaja 44:8; Mattheüs 14:27; 17:7; 28:10; Openbaring 1:17). God wil dat Zijn volk troost vindt als het de dood in de ogen kijkt: “Wees niet bang, want Ik zal je vrijkopen, Ik heb je bij je naam geroepen, je bent van Mij! Moet je door het water gaan – Ik ben bij je; of door rivieren – je wordt niet meegesleurd. Moet je door het vuur gaan – het zal je niet verteren, de vlammen zullen je niet verschroeien” (Jesaja 43:1-2).


Noot van de vertaler

1Bijbelteksten zijn geciteerd uit de Nieuwe Bijbelvertaling van 2021 (NBV21).
2 Originele titel: “What Happens When You Die? The Dead Will be Raised Imperishable”