Zes geschenken van de wederopstanding

Uit Bijbelse Boeken en Preken

Ga naar:navigatie, zoeken

Verwante bronnen
More Door John Piper
Auteur Index
More Over Opstanding van Christus
Onderwerp Index
Over deze vertaling
English: Six Gifts of the Resurrection

© Desiring God

Share this
Onze Missie
Deze vertaling is van het Evangelie Vertalingen, een online dienst, de evangelie gecentreerde boeken en artikelen vrij verkrijgbaar in elke natie en taal.

Hier meer (English).
Hoe u kunt helpen
Als u goed Engels spreken, kunt u met ons vrijwillig als vertaler.

Hier meer (English).

Door John Piper Over Opstanding van Christus

Vertaling door Bert Dijkhoff

Review U kunt ons helpen door de herziening van deze vertaling voor de nauwkeurigheid. Hier meer (English).



Paaszondag

1 Korintiërs 15:12-201

Maar wanneer nu over Christus wordt verkondigd dat Hij uit de dood is opgewekt, hoe kunnen sommigen van u dan zeggen dat de doden niet zullen opstaan? Als de doden niet opstaan, is ook Christus niet opgewekt; en als Christus niet is opgewekt, is onze verkondiging zonder inhoud en uw geloof zinloos. Dan blijkt dat wij als getuigen van God over Hem hebben gelogen, omdat we verklaard hebben dat Hij Christus heeft opgewekt – want als er geen doden worden opgewekt, dan kan Hij dat niet hebben gedaan. Wanneer de doden niet worden opgewekt, is ook Christus niet opgewekt. Maar als Christus niet is opgewekt, is uw geloof nutteloos, bent u nog een gevangene van uw zonden en worden de doden die Christus toebehoren niet gered. Als wij alleen voor dit leven op Christus hopen, zijn wij de beklagenswaardigste mensen die er zijn. Maar Christus is werkelijk uit de dood opgewekt, als de eerst van de gestorvenen.

Vorige week kreeg ik een telefoontje van een tijdschrift dat me vroeg om een stukje te schrijven over hoe we van God zouden moeten houden om wie hij is en niet om wat hij ons geeft. En ik zei: “Ik denk dat ik weet wat u bedoelt. Het is als in een huwelijk: je trouwt niet met een vrouw om haar geld. Je trouwt met haar om wat ze is, niet om wat ze heeft. Zo is dat ook met God. We zouden van hem moeten houden om wat hij is, niet om de materiële voordelen die hij je kan geven.”

“Maar ik moet er zeker van zijn” zei ik, “dat u beseft dat ik Gods inspanningen om mijn verlangens te vervullen niet ga bagatelliseren. Ik zie geen conflict tussen een God die leeft om voor zijn waarde geprezen te worden en een God die leeft om mijn hartenwensen te vervullen. In feite is de kern van mijn theologie” ze ik, “en de hartslag van mijn evangelische dienst de volgende zin: God wordt door mij het meest geprezen wanneer ik uiterst tevreden met hem ben. Daarom, elke keer als ik hem in de Bijbel bezig zie om mijn ziel te bevredigen, zie ik hem werken aan de verering van zijn naam. Voor mij is de grootste boodschap van de hele wereld dat God een universum heeft ontworpen waarin Gods eigen centraalstelling de fundering van mijn oneindige vreugde is.”

Inhoud

Onze verlangens en de centrale rol van Jezus

Daarop zeiden ze dat ik m’n gang kon gaan en het artikel kon schrijven. Maar de reden dat ik daarmee begin is dat het zo belangrijk is vanwege dat wat ik zie gebeuren in deze passage van de Schrift, vooral in de verzen 12-20. Ik zie Paulus het goede nieuws verkondingen dat de wederopstanding van Jezus zes van onze diepste behoeften en verlangens bevredigt. Maar terwijl hij dat doet stelt hij niet ons centraal. Hij zet Jezus in het midden, en God die hem uit de dood opwekte.

Mijn gebed voor ons deze morgen is dat we allemaal deze zes verlangens voelen, waarvan ik geloof dat die geworteld zijn in elk mensenhart, en dat u de opgestane en levende Jezus ziet als het antwoord op deze verlangens, en dat op deze wijze u tevreden gesteld bent in hem en hij geëerd zou zijn in u.

Deze verlangens heb ik niet verzonnen of uit zomaar een boek gehaald. Ze komen direct naar voren in deze tekst. Laat me proberen u te laten zien hoe me dat duidelijk werd.

“Als Christus niet is opgewekt …”

Paulus zegt dat er zes dingen zijn die in puin zouden liggen als Christus niet uit de dood zou zijn opgewekt. Daarna draait vers 20 de hele paragraaf om: “Maar Christus is werkelijk uit de dood opgewekt.” Laten we daarom naar die zes dingen kijken.

  1. Vers 14: “Als Christus niet is opgewekt, is onze verkondiging zonder inhoud.” Maar omdat Christus is opgewekt, is onze verkondiging niet inhoudsloos.
  2. Vers 14: “… en uw geloof zinloos.” Maar omdat Christus is opgewekt, is ons geloof niet zinloos.
  3. Vers 15: Als Christus niet is opgewekt, “blijkt dat wij als getuigen van God over Hem hebben gelogen [letterlijk: dan zijn we valse getuigen], omdat we verklaard hebben dat Hij Christus heeft opgewekt.” Maar omdat Christus is opgewekt, zijn de apostelen geen valse getuigen van het werk van God.
  4. Vers 17: “Maar als Christus niet is opgewekt, is uw geloof nutteloos, bent u nog een gevangene van uw zonden.” Maar omdat Christus is opgewekt, zijn we geen gevangenen meer van onze zonden.
  5. Vers 18: Als Christus niet is opgewekt, “worden de doden die Christus toebehoren niet gered.” Maar omdat Christus is opgewekt, zijn de doden die Christus toebehoren niet verloren.
  6. Vers 19: Als Christus niet is opgewekt, “zijn wij de beklagenswaardigste mensen die er zijn.” Maar omdat Christus is opgewekt, zijn we niet beklagenswaardig.

Negatieve dingen positief uitdrukken

Maar wat in mij echt een lichtje deed branden, en wat me het goede nieuws liet zien dat aan zes van mijn diepste verlangens hier tegemoet wordt gekomen met de wederopstanding van Jezus, was mijn poging om het te herlezen en elk van deze zes omkeringen in positieve woorden te herformuleren. Tot nu toe gebruikten we alleen maar negatieve uitdrukkingen: “verkondiging niet zonder inhoud … geloof niet zinloos … enzovoort.” Nu moeten we inzien wat God echt voor ons heeft gedaan door Jezus uit de dood op te wekken. Dat zien we wanneer we al deze negatieve uitdrukkingen, in positieve omzetten.

Dit keer verander ik de volgorde want wanneer de wederopstanding begint onze behoeften te vervullen, is er een soort patroon dat past bij onze ervaringen. Dat patroon wil ik volgen wanneer we kijken hoe elk van onze verlangens bevredigd wordt.

1. We zijn vergeven voor onze zonden

Ten eerste kunnen we op basis van vers 17 in de plaats van negatief te stellen dat we geen gevangenen van onze zonden meer zijn, positief zeggen dat vanwege de wederopstanding onze zonden zijn vergeven.

Deze zet ik voorop als onze basale behoefte en hartsverlangen want als God onze zonden tegen ons inzet – en wij allen hebben gezondigd! – is er geen hoop op iets anders van God. Het fundament van elke andere zegen van God is dat God onze zonden niet tegen ons gebruikt. Alles staat of valt met vergeving.

Hoe is de wederopstanding verbonden met onze vergeving? Is het niet Jezus’ dood die onze zonden wegneemt want hij stierf immers voor onze zonden (1 Korintiërs 15:3)? Ja. Maar het verband met de wederopstanding is zeer van belang. Romeinen 4:25 stelt het als volgt: “Hij die werd prijsgegeven [aan de dood] om onze zonden en werd opgewekt omwille van onze rechtvaardiging.”

Dat wil zeggen dat hij met zijn dood de straf voor onze zonden betaalde, en onze vrijspraak, onze rechtvaardiging, onze vergeving kocht. En omdat de prestatie aan het kruis zó compleet was en het werk voor onze rechtvaardiging zó daadkrachtig was, herrees God Jezus uit de dood om onze vergeving geldig te verklaren, om de gerechtigheid van zijn zoon te bewijzen en om het werk van rechtvaardiging te vieren.

Iedereen die deze morgen aanwezig is in deze zaal, heeft vergeving nodig, en diep van binnen, zelfs als we er niet aan denken, verlangen we ernaar. We smachten ernaar door God te worden aangenomen. We vrezen de vervreemding veroorzaakt door onze schuld. Maar Paulus zegt, omdat Christus uit de dood oprees, zijn we niet meer zondig. Dit is het eerste en meest basale verlangen van onze harten.

2. Ons geloof is goed gefundeerd

Ten tweede, op basis van vers 14, kunnen we in de plaats van het negatieve dat ons geloof niet zinloos is, op positieve wijze zeggen dat vanwege de wederopstanding ons geloof goed gefundeerd is. Of om het persoonlijker te stellen, vanwege de wederopstanding van Jezus is er iemand die we geheel en al kunnen vertrouwen.

Ik geloof dat diep in het hart van een ieder er een verlangen is naar iemand die je door dik en dun kunt vertrouwen. Iemand die je geheel en al kunt vertrouwen. Iemand bij wie, als je op diegene vertrouwt, het niet tevergeefs zal zijn. Hij zal u niet in de steek laten. Hij zal er altijd zijn. Wij willen dat want zo zijn wij gemaakt. God plaatste man en vrouw in het hof van Eden om God te prijzen door erop te vertrouwen dat hij zou zorgen voor alles wat ze nodig hadden.

Die behoefte is nooit verandert, ondanks de zonde. En nu we niet langer in zonde leven, is ook deze behoefte vervult met de wederopstanding van Jezus. De dood van Jezus bewijst zijn liefde voor ons, en de wederopstanding bewijst zijn macht over elke vijand van het leven. En zo is er dus iemand waarop u kunt rekenen. Iemand die volkomen betrouwbaar is. Iemand die u nooit in de steek zal laten. Jezus leeft om vertrouwd te worden. “Mijn leven hier op aarde leef ik in het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en zich voor mij heeft prijsgegeven” (Galaten 2:20).

3. De apostelen preken wat waar is

Ten derde, op basis van vers 15, kunnen we in de plaats van het negatieve dat de apostelen geen valse getuigen zijn, het positief stellen dat vanwege de wederopstanding de apostelen de waarheid verkondigden. Ze zijn geen valse getuigen van God. Ze zijn waarachtig.

Onze jonge mensen wordt geleerd (en velen onder ons werd geleerd) dat er geen absolute waarheid is – iets wat te allen tijde en overal waar is ongeacht of mensen er weet van hebben of het leuk vinden. Tegenwoordig is het zeldzaam dat een tiener het lef en de onafhankelijkheid heeft om, bijvoorbeeld in een middelbare-schoolklas tijdens les over gezondheid, te zeggen dat seks voor het huwelijk verkeerd is – niet goed voor wie dan ook, niet slechts voor zij die denken dat het niet goed is. Uitoefening van homoseksualiteit is niet goed – niet goed voor een ieder en niet slechts voor zij die vinden dat het verkeerd is.

Zonder de overtuiging dat er absolute dingen zijn, die gedeeld kunnen worden en de basis vormen voor de maatschappij, zou het enige andere anarchie zijn waarin iedereen doet wat in eigen ogen goed wordt gevonden. Daarom is de behoefte aan de waarheid een diepgaande behoefte van de menselijke ziel en de menselijke samenleving. En Jezus kwam op aarde om te zeggen: “Ik ben de weg, de waarheid en het leven” (Johannes 14:6). En toen rees hij op uit de dood om zijn bewering te bewijzen. Jezus heeft een recht om ons te vertellen wat absoluut waar is want met de wederopstanding bewees God dat hij absoluut waarachtig is.

4/5. We zijn te benijden

Ten vierde en ten vijfde, op basis van vers 19, kunnen we in de plaats van het negatieve dat we niet beklagenswaardig zijn, op een positieve wijze zeggen dat vanwege de wederopstanding we te benijden zijn. Onze getuigenis is niet tevergeefs – het heeft inhoud, is betekenisvol, geldig, waardevol, belangrijk.

Als Christus niet herrezen is, is doen wat hij zegt, voor hem leven en zijn wil volgen, een grote begoocheling. We zouden meelijwekkend zijn als waanzinnigen die hun leven laten leiden door hallucinaties. Maar aangezien hij is herrezen, leeft en voor altijd heerst als koning, is al onze gehoorzaamheid, al onze liefde, al onze zelfontkenning niet slechts niet-beklagenswaardig maar benijdenswaardig in positieve zin. “En de geringe last die we tijdelijk te dragen hebben, brengt ons een eeuwige luister, die alles omvat en alles overtreft,” zei Paulus (2 Korintiërs 4:17).

En er is in een ieder van ons het verlangen dat onze levens goed besteed zijn – dat onze levens meetellen, dat ze betekenis en nut hebben, dat we aan het einde van de dag niet zeggen dat het allemaal voor niets was, leeg, zinloos, nutteloos, onbeduidend – beklagenswaardig.

Paulus weet dat. Daarom sluit hij dit hele hoofdstuk over de wederopstanding (vers 58) af met de woorden: “Wees standvastig en onwankelbaar en zet u altijd volledig in voor het werk van de Heer, in het besef dat de inspanningen die u voor de Heer verricht, nooit tevergeefs zijn.”

Nooit tevergeefs! Dat is de behoefte van onze levens. O Heer laat het niet verspild zijn. Laat me niet bij m’n graf aankomen en zeggen: “Ik heb het weggegooid!” Zo hoeft het niet te zijn. Christus is herrezen en alles wat gedaan is in zijn naam – met zijn kracht en voor zijn glorie – is niet tevergeefs. Het is benijdenswaardig. Belangrijk. Waardevol. Eeuwig.

6. De gestorvenen zijn levend

Ten slotte, er is het verlangen om voor altijd in vreugde te leven. Opdat we niet aan een leeg einde komen na een rijk en waardevol leven. Opdat we niet een nul worden, of nog erger, verdoemd. En dus zegt Paulus in vers 18 dat, omdat Christus is herrezen, zij die ons ontvallen zijn in hem – de gelovigen die zijn gestorven – niet verloren zijn. Of positief gezegd, ze leven. Ze zullen leven voor altijd. Ze leven zoals Christus leefde. Ze zullen delen in de vreugde van hun Meester.

Het grootste nieuws van de hele wereld

Het grootste nieuws van de hele wereld is dat God en zijn Zoon door u het meest vereerd zijn wanneer u optimaal tevreden bent met hen. En om dat waar te maken, rees de ware God zijn Zoon Jezus uit de dood om voor altijd te regeren.

Door hem uit de dood te herrijzen

Daarom dring ik er deze morgen met heel mijn hart bij u op aan om uw hart op te halen en samen met de koren van hemel en aarde te zeggen:

Waardig is het Lam dat geslacht werd en dat ons heeft verlost voor God via zijn bloed om macht, rijkdom, wijsheid, kracht, eer, glorie en zegeningen te ontvangen. Amen.

Noot van de vertaler

1 Bijbelteksten zijn geciteerd uit de Nieuwe Bijbelvertaling van 2021 (NBV21)